Je krijgt per definitie een etiket opgeplakt als farmaceutisch bedrijf. Er heerst een sentiment rond geneesmiddelen en de geneesmiddelenindustrie dat zich vooral laat leiden door emoties en minder door de feiten. Bart van Zijll Langhout ziet het als zijn taak om tegengas te geven in het farmadebat. Want dat debat schaadt het innovatief vermogen van de Zuid-Hollandse economie en bovenal de BV Nederland.

EBZ schrijft open brief aan de fractievoorzitter van de provincie

Economic Board Zuid-Holland feliciteert het nieuwe College van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland met hun installatie op 4 september. EBZ wil ook komende vier jaar weer met het College samenwerken om onze regionale economie te vernieuwen en zo Zuid-Holland iedere dag beter te maken, schrijft EBZ-voorzitter Jan Kees de Jager in de felicitatiebrief.

De EBZ onderschrijft de in het coalitieakkoord genoemde prioriteiten en ambities. De aangekondigde investeringen in innovatie, bereikbaarheid, schone energie en het versterken van de stedelijke omgeving ziet de board als noodzakelijk.

In het bijzonder is de EBZ verheugd met de ambities omtrent een versnelde transitie van de Zuid-Hollandse economie en een beroepsbevolking met de juiste ervaring en kennis. De aangekondigde inzet en middelen voor de uitvoering van het Human Capital akkoord dat op initiatief van Provincie Zuid-Holland en EBZ is opgesteld, juicht de board dan ook toe.

Lees hier de felicitatiebrief aan het nieuwe college van GS.

Zuid-Holland kampt met het grootste tekort aan vakmensen in Nederland. Tegelijk is de arbeidsmarkt versnipperd en staan veel mensen aan de kant. Ook staat de regio voor grote transities die veel impact hebben op de arbeidsmarkt. De Economic Board Zuid-Holland stelt daarom samen met overheid, bedrijfsleven en onderwijs een regionaal Human Capital akkoord op. De board werkt daarbij nauw samen met Provincie Zuid-Holland.

De economie in Zuid-Holland groeide het afgelopen jaar harder dan het landelijke gemiddelde. Dat blijkt uit de jaarlijkse Economische Monitor die deze week door de Economic Board Zuid-Holland is gepresenteerd. Ondanks de positieve groeicijfers is er nog veel werk aan de winkel voor de regio. Zuid-Holland heeft een economische achterstand op andere stedelijke regio’s in Europa. Een grote uitdaging is de beperkte beschikbaarheid van mensen. Hierdoor wordt de banengroei en de transitie van de economie in Zuid-Holland geremd.

 

Groeimotor Nederlandse economie hapert
Zuid-Holland is de motor van de Nederlandse economie. Op gebied van export, innovatie en werkgelegenheid draagt de regio Zuid-Holland meer dan 20% bij aan het nationale totaal. Maar sinds de crisis haperde die motor. Concurrerende stedelijke regio’s in Europa, zoals Antwerpen, München en Stockholm, groeiden sinds 2009 meer dan drie keer zo hard. Dit heeft Zuid-Holland op een grote economische achterstand gezet.

Toch bovengemiddelde groei
De economie in Zuid-Holland groeide in het afgelopen jaar met 2,8%, opnieuw boven het nationaal gemiddelde. Ramingen van ING geven zelfs aan dat een aantal stedelijke gebieden in Zuid-Holland dit jaar de snelst groeiende van Nederland zullen zijn: Alphen aan den Rijn, Gouda, Den Haag, Delft en het Westland. Dat is goed nieuws, maar de Economic Board Zuid-Holland geeft aan dat dit nog te weinig is om te spreken van een kantelpunt.

Verbeteren arbeidsmarkt levert veel winst op
De regio zal een aantal grote uitdagingen moeten overwinnen om de economische achterstand in te halen en de maatschappelijke opgaven, zoals het verduurzamen van de economie, te realiseren. Een van die uitdagingen is de arbeidsmarkt. Meer dan één op de vijf bedrijven in Zuid-Holland heeft een tekort aan personeel. De beperkte beschikbaarheid van mensen remt de banengroei en de transitie van de economie aan Zuid-Holland. Cijfers laten zien dat de regio winst kan boeken op leven lang ontwikkelen, overstap van werkenden naar andere sectoren en het activeren van onbenut potentieel.  Via het recent gepresenteerde Human Capital Akkoord pakken meer dan 65 werkgevers en andere partijen deze punten op.

Meer bedrijvigheid en innovatie
Als het gaat om nieuwe bedrijvigheid en innovatie dan scoort Zuid-Holland erg goed. De beschikbaarheid van kapitaal voor jonge en snelgroeiende bedrijven is sterk verbeterd, net als het vestigingsklimaat voor bedrijven. Steeds meer buitenlandse investeringen en bedrijven komen naar Zuid-Holland. Hiermee heeft de regio alle bouwstenen in handen om de economische achterstand op de Europese concurrenten in te lopen.

 

Lees de Economische Monitor Zuid-Holland 2019

Zuid-Holland kampt met de grootste arbeidstekorten van Nederland. Op 24 juni tekenden 66 partijen uit bedrijfsleven, onderwijs en overheid daarom het Human Capital Akkoord Zuid-Holland. Samen committeren deze partijen zich aan harde doelstellingen omtrent (om)scholing van personeel, het aan het werk helpen van niet-werkenden en het aantrekken van internationaal talent. Met het Human Capital Akkoord wil Zuid-Holland nationaal en internationaal concurrerend worden dankzij een arbeidsmarkt die het talent van werkenden optimaal benut.

Human Capital Akkoord staat voor een wendbare arbeidsmarkt

“Werkgevers hebben moeite met het vinden van goed personeel, werknemers hebben moeite met het vinden van een geschikte baan,” zegt Marja van Bijsterveldt, voorzitter van de taskforce Human Capital vanuit de Economic Board Zuid-Holland. “Die mismatch is niet een probleem van de werkgever of van de werknemer, dat is een probleem van ons allemaal. Het is belangrijk dat de Zuid-Hollandse arbeidsmarkt wendbaarder wordt. We willen koploper zijn in het Leven Lang Ontwikkelen. Die ambities zetten we nu om in daden.”

Op 24 juni werd het Human Capital Akkoord Zuid-Holland ondertekend door 66 partijen uit bedrijfsleven, onderwijs en overheid. De provincie Zuid-Holland heeft voor de uitvoering van de Human Capital Agenda in het eerste jaar € 1 mln. beschikbaar gesteld. De agenda loopt in ieder geval tot 2024 en de regio heeft zich voor die horizon een aantal concrete doelen gesteld. Zo gaat de regio 40.000 werknemers in staat stellen zich te ontwikkelen, 55.000 werknemers de overstap laten maken naar een andere sector en 20.000 deeltijdwerkers die meer willen werken, aan werk helpen.

Van de financiële dienstverlening naar de glastuinbouw

De doelstellingen in het akkoord worden gerealiseerd via projecten, waarvan de eerste drie inmiddels zijn gestart, vertelt projectleider Ferrie Förster. “In het SMITZH lang leven ontwikkelen-project worden 2000 werknemers uit de hightechsector bijgeschoold, in onder andere het Expertisecentrum Precisietechnologie, met de nieuwste technieken en nieuwste machines. In het Van Werk Naar Werk-project in samenwerking met de Greenport West-Holland worden 1500 werknemers onder andere in het World Horti Center om- of bijgeschoold voor een baan in de glastuinbouw. Het IT-kavel project laat 5000 werknemers in vernieuwende, kortdurende IT-opleidingen om- of bijscholen voor een IT-baan in Zuid-Holland.”

Het Human Capital Akkoord staat voor een nieuwe trend op de arbeidsmarkt: het creëren van een leercultuur, zowel bij werkgevers als werknemers. In de arbeidsmarkt van morgen gaan we ons een leven lang ontwikkelen.

Akkoord breed gedragen in de regio

Het Human Capital Akkoord wordt breed gedragen in de regio Zuid-Holland. Dat blijkt niet in de laatste plaats uit de grote en diverse groep partners die zich middels aan de doelstellingen hebben verbonden. 66 partijen hebben op 24 juni het akkoord ondertekend. Onder hen is zowel het bedrijfsleven ruim vertegenwoordigd (onder vele anderen Unilever, KPN en Siemens), als onderwijsinstellingen (alle Zuid-Hollandse mbo’s, hbo’s, universiteiten en medisch centra), als overheden (de provincie Zuid-Holland en alle grote gemeenten).

“Dit akkoord is hard nodig,” zegt gedeputeerde Adri Bom-Lemstra van de provincie Zuid-Holland. “De knelpunten op de arbeidsmarkt kosten de regio veel geld. Via de afspraken in dit akkoord behouden en ontwikkelen we talent voor de regio, zorgen we voor economische groei en werken we aan de concurrentiekracht van bedrijven in de regio. Zo geven we een impuls aan de Zuid-Hollandse economie.”

Klik hier voor alle ondertekenaars van het Human Capital Akkoord.

Knelpunten arbeidsmarkt kosten Zuid-Holland € 6 miljard

De Economic Board Zuid-Holland (EBZ) en de provincie Zuid-Holland presenteerden eind 2018 de resultaten van een grootschalig arbeidsmarktonderzoek door Birch Consultants. Daaruit bleek dat de knelpunten op de Zuid-Hollandse arbeidsmarkt de regio zo’n € 6 miljard kosten. 1 op de 5 bedrijven kan momenteel onvoldoende gekwalificeerd personeel vinden. Tegelijkertijd is er een groot onbenut arbeidspotentieel: 27.000 mensen zouden (meer) kunnen gaan werken, vergeleken met het Nederlandse gemiddelde. De regio kan op een extra groei van 3,7 % rekenen als ze de knelpunten op de arbeidsmarkt aanpakt.

Het Human Capital Akkoord is een initiatief van de Economic Board Zuid-Holland. In de board voeren alle bestuurlijke boegbeelden uit de regio (bedrijfsleven, onderwijs en overheid) het structurele gesprek met elkaar. De nijpende tekorten op de arbeidsmarkt zijn al langer onderwerp van gesprek. Naar aanleiding van het arbeidsmarktrapport stelde de EBZ eind 2018 een taskforce Human Capital in onder leiding van oud-minister van Onderwijs, en inmiddels burgemeester van Delft, Marja van Bijsterveldt. Het Human Capital Akkoord werd op 24 juni ondertekend tijdens het jaarevenement van InnovationQuarter, de regionale ontwikkelingsmaatschappij voor Zuid-Holland, in de Van Nellefabriek in Rotterdam.

“Bedrijven moeten juist nu hun maatschappelijke rol pakken.”

Dit is het eerste interview uit de serie ‘Gezichten achter de EBZ’.

 

In de geest van Oskar Schindler, zo wilde hij zijn bedrijf leiden. Jac Gofers is oprichter en CEO van de absolute specialist in het spuitgieten van hightech kunststof producten, het Haagse Promolding. Gofers wil zijn mensen niet alleen werk bieden, hij wil van betékenis zijn voor de mensen die afhankelijk zijn van zijn activiteiten. Vroeger ging je als werknemer op je 18e bij Shell of Philips werken en dan was je verzorgd van wieg tot aan graf. Het bedrijf regelde de muziekvereniging, de sportvereniging, huisvesting en je sociale contacten. Die maatschappelijke functie zijn bedrijven kwijt. En die rol moeten ze hervinden, vindt Gofers.

Nog altijd heeft hij het uiterlijk van een muzikant. Boven een coltrui en ribkoord colbert pieken zijn witgrijze haren fier de lucht in, trillend van energie. Jac Gofers heeft nooit hoeven kiezen tussen zijn passie voor muziek en het bedrijfsleven. Het een kon niet zonder het ander. Zijn studie werktuigbouwkunde bekostigde hij als beroepstrompettist in een muziekkwartet. Zijn eerste baan nam hij aan onder de voorwaarde dat hij mocht blijven musiceren.

Inmiddels heeft hij de dagelijkse leiding over zijn bedrijf Promolding overgedragen aan een algemeen directeur. Dat geeft hem weer tijd om met zijn vrouw en kinderen muziek te maken in hun eigen huisband. Zij doet de vleugel, de kinderen keys en gitaar, en ze zingen vierstemmig. Gofers zelf ruilde zijn trompet in voor een contrabas. Om de anderen niet te overstemmen.

“Ik ben blij dat ik niet meer professioneel in de muziek zit,” verzucht Jac Gofers. “In de cultuursector is ongelooflijk veel kapot gemaakt.”

Je doelt op de Halbe Zijlstra met zijn cultuurbezuinigingen in 2011?

“Inderdaad, die man heeft er niks van begrepen. Dat wij dat hebben geaccepteerd in ons land begrijp ik nog steeds niet. Een groot deel van de cultuursector is kapotgemaakt in anderhalf, twee jaar tijd. Bouw dat maar weer eens op.”

We leven wel in een tijd van rendementsdenken. Begrijp je vanuit dat oogpunt de redenering dat muziek, podiumkunsten en beeldende kunst ons geen direct rendement opleveren en dus minder financiering behoeven?

“Daar ben ik het absoluut mee oneens.” Hij leunt ontspannen achterover, maar zijn grijsgroene ogen staan alert als van een kat in het donker. “Het gebrek aan aandacht voor cultuur in onze maatschappij zorgt juist voor zo veel onrust, voor gele hesjestaferelen. In plaats van de hele dag achter dat scherm, zouden mensen hun vrije tijd nuttiger kunnen besteden met muziek maken. Of toneel, dans of schilderen. Dat maakt je hoofd echt leeg; je kunt onmogelijk muziek maken en tegelijkertijd denken aan zorgen. Muziek geeft je perspectivische lenigheid en maakt je empathischer. Neuropsycholoog Eric Scherder legt dat zo prachtig uit. Als je de impact van muziek niet wilt zien, dan worden we een heel arme maatschappij. En dat bedoel ik ook letterlijk: de landen waar cultuur een substantieel onderdeel uitmaakt van opleiding en opvoeding, zijn namelijk ontzettend welvarend.”

Gofers organiseert regelmatig culturele avonden bij Promolding. “De mensen in mijn productiebedrijf zouden niet snel naar een dansvoorstelling gaan, maar komen er hier toch mee in aanraking. Vorige week hadden we een dansgezelschap. Niet het eerste het beste, echt de top. Ik nodig onze buren van het bedrijfsterrein uit, onze klanten, medewerkers, leveranciers en netwerkrelaties. En na afloop zegt iedereen: het was toch weer bijzonder.”

Als bedrijf zou je dus een maatschappelijk belang moeten dienen?

“Absoluut. Kijk, als bedrijf ben je in wezen niet meer dan een georganiseerde chaos. Je zet een kluitje mensen bij elkaar – allemaal een andere mening, visie, manier van doen – en daar probeer je een organisch geheel van te maken. Zodat je uiteindelijk een gezamenlijk resultaat oplevert. Maar wat wij ook opleveren – of we nu een patatzaak runnen, zonnepanelen, of kunststof producten maken – die producten komen uiteindelijk allemaal in de maatschappij terecht. Waar onze medewerkers ook onderdeel van zijn. Daar moet je voeling mee houden.”

Wat gebeurt er dan als je als bedrijfsleven die voeling met de maatschappij verliest?

“Dan krijg je onrust. Mensen die zich wat populistischer uitlaten, krijgen momenteel al snel aanhang. Mensen willen zich graag identificeren met een groep. Vroeger was dat het bedrijf. Je was er trots op om bij Philips, DAF of Fokker te werken. Die bedrijven regelden alles voor je: werk, huisvesting, de muziekvereniging, sport en je sociale contacten. Je deed ertoe, was van A tot Z verzorgd, van wieg tot aan graf. Mensen voelen zich nu niet langer vertegenwoordigd door het bedrijf. We moeten ze dat vertrouwen teruggeven, dat ze er nog steeds toe doen. Het vertrouwen geven dat als het werk hier ophoudt, ze dan elders weer aan de slag kunnen. Eventueel in een andere sector. Dan maakt het namelijk ook niet meer uit wat voor arbeidscontract je hebt. Bedrijven in Zuid-Holland moeten die handschoen samen oppakken.”

Daarvoor moet de flexibiliteit bij bedrijven ook groter worden.

“Klopt. We moeten minder statisch denken. Ik zie bijvoorbeeld functieprofielen ook niet zo zeer als hokjes, eerder als rekbare ballonnen. Als een medewerker vaardigheid A goed beheerst en vaardigheid B nauwelijks, dan kun je beter A optimaliseren dan dat je onnodig veel energie steekt in het ontwikkelen van B. Een voorbeeld: mijn mensen in de productie zijn heel goed in het bedienen van de machines, maar hebben minder affiniteit met registreren en uren schrijven. Meer administratief ingestelde mensen vinden dat juist léuk. Bij ons houdt daarom soms de een de uren bij voor de ander. Het inlichten van zijn kompaan kost de productiemedewerker nu tien minuten, terwijl dat hem anders een half uur zou hebben gekost.”

Je maakt je ook binnen de Economic Board Zuid-Holland hard voor een wendbare arbeidsmarkt, toch?

“Met de Board zijn we die flexibiliteit op de arbeidsmarkt ook regiobreed aan het aanjagen. Onderdeel van het Human Capital Akkoord, dat we met bedrijven, kennisinstellingen en overheden uit de hele regio aan het opstellen zijn, is het beter begeleiden van werk naar werk. Hier op het terrein doen wij al aan collegiale doorlening. Als medewerkers van een van onze buurbedrijven minder te doen hebben, komen ze tijdelijk bij ons werken. En omgekeerd. Dat geeft de medewerker het vertrouwen dat het bedrijf met hem meedenkt. En hij leert tegelijk een ander bedrijf van binnen kennen.”

“Als je regelt dat de bedrijven in Zuid-Holland vraag en aanbod in een virtueel netwerk met elkaar gaan regelen, dan kom je ergens. Bedrijven moeten bovendien zorgen voor een goed scholingsaanbod en voldoende plek om door te stromen, intern en extern. Daardoor creëer je een enorme dynamiek op de markt die ook aantrekkingskracht gaat hebben op mensen buiten de provincie.”

Wat was je eerste indruk van de Economic Board Zuid-Holland?

“Rinke Zonneveld (directeur van InnovationQuarter) vroeg me een bijdrage te leveren aan de EBZ. En aanvankelijk dacht ik: die board, dat zijn vast weer mannen van een zekere leeftijd – lekker met een sigaar in de mond van alles vinden en hopen dat iemand anders het oplost. Inmiddels ben ik wat verder onderweg en heb ik me aangesloten bij de werkgroep Human Capital onder leiding van Marja van Bijsterveldt. En ik moet zeggen: ik krijg er wel energie van. Ik vind de board een daadkrachtige club die vooruit wil. Niemand zit z’n stoel warm te houden, iedereen geeft commitment en lévert. Dat ben ik heel anders gewend in sommige bestuurlijke gremia. Daar moet je toch vaak door dikkere modder heen.”

Tenslotte, in je regio sta je bekend als iemand die opstaat voor een veilige digitalisering van de maakindustrie. Waarom grijpt dit thema je?

“Als onze energiecentrale gehackt wordt, dan hebben we geen internet meer, baby’s kunnen niet meer in een warm bad, ziekenhuizen draaien nog maar 24 uur door voor de stroom definitief op is. Je kunt je niet voorstellen wat voor drama dat zou zijn. Daar zijn we veel te naïef in. De internetmaffia is echt onderweg. Ik weet zeker dat een heleboel bedrijven al gehackt zijn zonder dat ze het weten.”

Wat zijn de gevolgen van hacking?

“Je hebt twee typen hackers, een deel hackt gewoon voor de sensatie. Dat levert vooral heel veel last op, maar niet direct gevaar. Hacking door bedrijven of landen daarentegen – denk aan China en Rusland – is erger. Die zijn op zoek naar hoogwaardige kennis. Ik heb zelf twee vestigingen in China en heb een ambivalent gevoel bij dat land; de overheid heeft daar het beleid om hun voornamelijk lowtech-omgevingen om te vormen tot hightech-omgevingen. Alleen wil China niet de tijd nemen om de lange ontwikkeling door te maken zoals wij die in het Westen hebben doorgemaakt. Ze willen direct op hetzelfde niveau instappen. Als je die kennis niet hebt, dan moet je die ergens gaan halen. China neemt daarom veel Westerse bedrijven over – IBM, Volvo, KUKA – en ik vermoed dat er ook veel via achterdeurtjes gestolen wordt. China gaat gewoon de wereldmacht worden, daar hoeven we niet aan te twijfelen. Ze hebben eenvoudigweg een numerieke overmacht met hun 1,3 mrd. mensen.”

Ben je zelf wel eens gehackt?

“Ja, een keertje in China. Ik moest een Chinees bord lezen, daarvoor had ik vertaalprogramma gedownload. Niks aan de hand, niks in de gaten. Twee dagen later zegt mijn collega Petra van financiën tegen me: ‘Jac, die betaling doe ik morgen hoor, nog niet aan toegekomen!’ Ik zeg: Peet, welke betaling? ‘Die je me gisteren vroeg te doen, die 40.000 euro naar Engeland!’ Ze liet me een mail zien vanuit míjn account, ín het Nederlands en ook nog eens op collegiale, informele toon. ‘Groetjes, Jac,’ stond eronder.”

“Gelukkig hebben we bij Promolding een vierogensysteem. Ik fiatteer alle betalingen, dus hij was er nooit doorheen gekomen. Maar we schrokken ons rot. Dit was bijna niet van echt te onderscheiden.”

Wat is de oplossing?

“Binnen de EBZ zijn we nu bezig een regionaal cyberweerbaarheidscentrum op te zetten. Door zo’n centrum binnen de regio te houden, is er meer sociale controle en onderling vertrouwen. Je kent elkaar. Binnen het cyberweerbaarheidscentrum delen we incidenten, meldingen en best practices met elkaar. Bovendien zijn we aanspreekpunt voor het nationale Digital Trust Center. Dat deelt geen informatie met individuele bedrijven, maar wel met een cyberweerbaarheidscentrum.”

“Mag ik je nog even een filmpje laten zien van het strijktrio uit het Residentie Orkest dat laatst in onze draaiende productiehal heeft staan spelen?” Gofers kijkt naar zijn gekanteld schermpje, zichtbaar genietend. “Prachtig toch dat het Residentie Orkest hiervoor openstaat? Onze mensen verklaren me soms ook voor gek hoor, als ik zoiets voorstel. Dat kost toch alleen maar geld, zeggen ze dan. Maar ik wil niet alles vertalen naar geld. Je hoeft niet te begrijpen om te weten. In dit geval weten ze dat ik het belangrijk vind en dus doe. En geld? Ach, als het op de bankrekening staat, dan ga ik er toch weer een bedrijf mee beginnen.”

Zuid-Holland moet dé regio met de beste toegang tot toptalent worden. Een stevige ambitie. Onze provincie kampt immers met de hoogste arbeidstekorten van het land. Ferrie Förster gelooft dat het mogelijk is, méér Zuid-Hollanders aan het werk krijgen én van betere scholing voorzien. In december 2018 startte Förster, voormalig wethouder in Delft, als projectleider Human Capital Zuid-Holland. Zijn opdracht: het opstellen van een Human Capital Akkoord en het ondersteunen van concrete projecten.

Wat is er mis met de Zuid-Hollandse arbeidsmarkt?

De Economic Board Zuid-Holland (EBZ) en provincie Zuid-Holland presenteerden eind 2018 de resultaten van een grootschalig arbeidsmarktonderzoek door Birch Consultants. Hieruit blijkt dat de knelpunten op de Zuid-Hollandse arbeidsmarkt de regio zo’n € 6 miljard kosten. 1 op de 5 bedrijven kan momenteel onvoldoende gekwalificeerd personeel vinden. Ook is er een groot onbenut arbeidspotentieel: 27.000 mensen zouden (meer) kunnen gaan werken, vergeleken met het Nederlandse gemiddelde. Tenslotte hebben ontwikkelingen als robotisering en digitalisering een groot effect op de beroepen die wij vandaag de dag kennen. Om de transitie te maken naar een sterke en duurzame economie (Roadmap Next Economy) is beter aansluitend onderwijs noodzakelijk. Om een voorbeeld te noemen: de lasser van nu zal herschoold moeten worden, zodat hij een lasrobot kan programmeren.

 

“Ik kom maar wat graag in contact met ondernemers die concrete afspraken willen maken over het scholen van hun personeel of met bedrijven die in een krimp- of groeisector actief zijn.”

Wat is precies je opdracht?

De Human Capital Agenda zet in op drie paden: ten eerste moet Zuid-Holland koploper worden in Leven Lang Ontwikkelen. Dat houdt in het structureel bijscholen en omscholen van werkende mensen. Er moet een nieuwe ‘leercultuur’ ontstaan op de arbeidsmarkt. Ieder individu moet zich realiseren wat het betekent om flexibel te zijn op de arbeidsmarkt.

Ten tweede is het de bedoeling dat bedrijven provinciebreed gaan samenwerken – met elkaar en met kennisinstellingen – om werknemers beter van werk naar werk te begeleiden. Werknemers moeten makkelijker de overstap kunnen maken naar andere sectoren. Daarvoor moeten bedrijven  meer inzetten op het bijscholen van hun personeel. Dat geldt met name voor bedrijven in een krimpsector. Werknemers die boventallig dreigen te raken, moeten zich kunnen omscholen naar een baan in een groeisector.

Tenslotte willen we niet alleen de leercultuur bij werknemers en bedrijven stimuleren, maar ook de tekorten oplossen. Dat doen we door het beter benutten van deeltijdwerkers. Dat is nog best een lastige klus, want waar zitten die deeltijdwerkers en hoe verleid je ze tot meer uren? Maar daarvoor werken we samen met uitzendbureaus en private opleiders.

Welke rol heb jij daarin?

Als projectleider werk in opdracht van de Human Capital Werkgroep van de EBZ, onder leiding van Marja van Bijsterveldt. Ik ga in gesprek met overheden, onderwijs- en kennisinstellingen; maar vooral ook met bedrijven om concrete afspraken met ze te maken en ze aan te haken bij projecten. In de zomer van 2019 sluiten we een akkoord af waar deze partijen zich aan committeren. Geen vage beloftes, maar harde doelstellingen die na een nulmeting daadwerkelijk gemonitord worden. Daarnaast inventariseren we bestaande projecten en ideeën die een bijdrage kunnen leveren aan onze doelstellingen. We kijken welke projecten kansrijk zijn en hoe we deze projecten kunnen ondersteunen, versterken of opschalen.

Dat klinkt uitdagend. Hoe kom je erbij om aan zoiets te beginnen?

Het voelt alsof de opdracht voor mij gemaakt is. Ik ben iemand die concrete doelen stelt en graag snelheid maakt. Ik schroom niet om mezelf daarbij hoge eisen te stellen. Ik werd op jonge leeftijd wethouder economie in Delft. Ik heb dat enkel kunnen bereiken op basis van mijn betrokkenheid, door hard te werken en het geloof daadwerkelijk iets bij te kunnen dragen. Het mooie aan deze opdracht vind ik de maatschappelijke impact. Ik voel de urgentie en actualiteit van het probleem. Mijn kracht ligt er in diverse partijen bijeen te brengen om samen met hen aan de slag te gaan.

Hoe verloopt het tot nu toe?

Op dit moment zijn er zo’n 90 bestaande projecten en ideeën geïdentificeerd die bij kunnen dragen aan onze doelstellingen. Er gebeurt al heel veel. Ik ben nu aan het selecteren welke projecten het meest kansrijk zijn en de grootste bijdrage kunnen leveren aan onze doelstellingen. Vervolgens ondersteunen we deze projecten, bijvoorbeeld door het leveren van een kwartiermaker of het optreden als boegbeeld.

Kun je een voorbeeld geven van zo’n project?

In Den Haag werken ze aan het idee van de Energiehub. Een fysieke locatie waar bedrijven burgers de nieuwste technologieën en innovaties laten zien op het thema energietransitie. Denk aan een showroom waar burgers kunnen ervaren hoe zij hun huis kunnen verduurzamen. Daar zitten dan ook direct de bedrijven die dat kunnen leveren. Daarnaast is er een Energieacademie waar studenten een opleiding kunnen volgen en waar werkenden kunnen worden bij- of omgeschoold. Vanuit de Human Capital Agenda kunnen we dan helpen door te kijken welke bedrijven er goed kunnen aanhaken. Ook kunnen we aangeven welke succesvolle voorbeelden er elders in de regio zijn.

Ontstaan er ook projectideeën tijdens de gesprekken die je voert?

Jazeker. Zuid-Holland telt 400.000 flexwerkers. Het is me opgevallen dat veel mensen niet precies weten wat flexwerkers zijn (redactie: uitzendkrachten, gedetacheerden, payrollers, zzp’ers en mensen met een nulurencontract). Ook is er relatief weinig aandacht voor (bij)scholing van deze groep. Daarom ben ik nu concreet in gesprek met NCOI en ManpowerGroup om hiervoor een project te starten.

Zijn er al resultaten of is het daar nog te vroeg voor?

Er ligt nu een concept Human Capital akkoord. Dit wordt voorgelegd aan alle partners. We hopen dat alle beoogde ondertekenaars in juni hun handtekening zetten onder het definitieve akkoord.

Daarnaast hebben we een kwartiermaker aangesteld die voor SMITZH aan de slag gaat om met een interventiepakket voor her-, bij- en omscholing te komen. Dit houdt concreet in dat er in de bestaande fieldlabs (Robohouse, Big Data Innovatiehub, Duurzaamheidsfabriek etc.) wordt gekeken hoe studenten en werkenden met de nieuwste technieken en machines kunnen werken.

Ook het onderwijsveld zit niet stil. Waar onderwijsbestuurders voorheen elk hun eigen agenda hadden, zoeken onderwijspartijen nu echt de samenwerking op. 12 onderwijsbestuurders van de Zuid-Hollandse mbo- en hbo-instellingen hebben afgesproken hun scholingsaanbod voor werkenden beter af te stemmen op elkaar en op de vraag vanuit het bedrijfsleven. Leonard Geluk, voorzitter CvB Haagse Hogeschool en Pierre Heijnen, voorzitter CvB ROC Mondriaan, zijn beiden lid van de EBZ en werken momenteel aan een concrete invulling hiervan. Een mooie stap die bijdraagt aan het realiseren van onze ambitie.

Tot slot. Wat kunnen mensen doen die willen aanhaken en wat krijgen ze daarvoor terug?

Of je nou in het onderwijs werkt, een beleidsmaker bent of een bestuurder of ondernemer; we hebben voor ieder wat wils.

  • Overheden hebben vooral een verbindende rol en zorgen voor financiering van de uitvoering.
  • Het onderwijs investeert in en levert de scholing, zowel publiek als privaat.
  • Het bedrijfsleven levert een plus op de scholing van hun personeel, bijvoorbeeld door meer medewerkers op te leiden of door meer te investeren.
  • Tot slot zijn er ook nog allerlei andere partijen zoals sociale partners en netwerk- en brancheorganisaties. Zij zorgen voor het informeren en mobiliseren van hun achterban en wanneer partijen zich melden kunnen zij met ons in contact worden gebracht.

Ik kom maar wat graag in contact met ondernemers die concrete afspraken willen maken over het scholen van hun personeel of met bedrijven die in een krimp- of groeisector actief zijn. Dit levert hen werknemers op die productiever zijn, respectievelijk een oplossing voor hun overschot of tekort. En samen zorgen we ervoor dat Zuid-Holland dé regio wordt met de beste toegang tot toptalent. Dat is mijn droom.

 

 

EBZ schrijft open brief aan de fractievoorzitter van de provincie

Op de dag voor de installatie van de nieuwe Provinciale Staten heeft Jan Kees de Jager namens de gehele Economic Board Zuid-Holland (EBZ) een open brief geschreven aan de fractievoorzitters. In de brief stelt de EBZ haar kennis en expertise ter beschikking om samen de gezamenlijke opgaven waar de regio voor staat, te realiseren. Daarnaast roept de Board op om vier kernpunten in het nieuwe coalitieakkoord te adresseren.

Vraag en aanbod op de arbeidsmarkt

Onze regio staat voor grote arbeidsmarktuitdagingen. 1 op de 5 bedrijven kan geen goede mensen krijgen en Zuid-Holland is de nummer 10 (van 12 provincies) in het activeren van onbenut arbeidspotentieel. De EBZ heeft samen met Provincie Zuid-Holland onderzoek gedaan naar deze opgaven. Ook heeft de Provincie op basis van dit onderzoek middelen ter beschikking gesteld om een human capital akkoord op te stellen. De board ziet een cruciale rol voor de Provincie om de uitvoering van dit akkoord mogelijk te maken en adviseert 5-8 mln per jaar hiervoor te reserveren.

Financiële middelen voor vernieuwing van de economie

De afgelopen jaren heeft de provincie veel middelen vrijgemaakt om de vernieuwing van de economie aan te jagen. En met succes: op de innovatieranking van ING steeg de regio van de één na laatste plaats in 2014 naar de 2e plaats in 2018. We pleiten ervoor de komende periode hiermee door te gaan. De EBZ steunt in dit verband het advies van de Europese Investeringsbank (EIB) om de oprichting van een zogenaamd Multisectorfonds te verkennen en ziet Provincie Zuid-Holland als een logische partij om dit te initiëren samen met regionale partners.

Bereikbaarheid

Aantrekkelijke en goed bereikbare woon- en werkomgevingen zijn een belangrijke troef om talent aan te trekken en te binden. Inzet van Provincie Zuid-Holland is nodig voor bekostiging van infrastructuur zoals de viersporigheid tussen Leiden en Dordrecht en eenduidige aansturing van de verschillende initiatieven op gebiedsontwikkeling en bereikbaarheid. Ook adviseert de EBZ actie op bundeling van initiatieven op slimme mobiliteit.

Samenwerken loont

Het gebrek aan samenwerking in de regio tussen overheden, maar ook binnen de zogenaamde triple helix (bedrijven, onderwijs, overheden) zette Zuid-Holland jarenlang op achterstand. De afgelopen jaren is een duidelijke kanteling te zien en wordt de noodzaak tot samenwerking steeds meer ervaren. De totstandkoming van de Metropoolregio Rotterdam-Den Haag (MRDH), de samenwerking tussen Provincie Zuid-Holland en MRDH, de regionale ontwikkelingsmaatschappij InnovationQuarter en de Economic Board zelf zijn hiervan belangrijke voorbeelden. De EBZ roept daarom op ook in de volgende collegeperiode te gaan voor de verdere versterking van de regionaal economische samenwerking.

Lees hier de gehele brief aan de fractievoorzitters van de Provinciale Staten.

Dat er een transitie van economie en samenleving nodig is in Zuid-Holland, is onmiskenbaar. Samenwerking en kruisbestuiving tussen sectoren zijn daarbij troef. En precies daarbij kan de Economic Board Zuid-Holland een rol spelen. Achter de schermen, maar ook daarvoor. Kwartiermaker Wietze Smid werkte daarom de afgelopen maanden in nauwe samenwerking met de boardleden en het secretariaat aan een Public Affairs-aanpak voor de EBZ en de regio. 

“Het belang van meer intensieve regionale samenwerking wordt binnen de EBZ door iedereen onderschreven. Toenemende concurrentie en competitie tussen regio’s in Europa, en toenemende regionale samenwerking op complexe dossiers zorgen steeds vaker voor public affairs-vraagstukken,” zegt EBZ-voorzitter en KPN CFO Jan Kees de Jager. “De EBZ kan een belangrijke bijdrage leveren aan de grote transitievraagstukken van de regio dankzij de netwerkkracht, denkkracht en lobbykracht van de boardleden: de EBZ is dé plek waar bestuurlijke boegbeelden vanuit alle relevante private en publieke netwerken uit Zuid-Holland elkaar ontmoeten. Hier zetten we een eenduidige, gedragen economische strategie uit voor de regio.”

“De board heeft een goed verhaal dat het verdient om uitgedragen te worden,” zegt kwartiermaker Public Affairs Wietze Smid. “De urgentie voor een economische transitie in Zuid-Holland is onmiskenbaar. Het potentieel van de regio is op zichzelf gunstig: de regio beschikt over de kennis, vaardigheden, infrastructuur en instituties om te anticiperen op de transitie van economie en samenleving. Dit potentieel wordt tot nu toe echter onvoldoende omgezet in een stevige economische winst en maatschappelijke waarde. OESO analyseert dat dit vooral komt door een gebrek aan samenwerking en kruisbestuiving tussen economische sectoren. Juist hier kan de Economic Board van Zuid-Holland met haar triple helix-samenstelling en -aanpak een belangrijke rol spelen.”

De Economic Board Zuid-Holland gaat zich actief inzetten voor de positionering van de regio. Dat besloot de board op 14 maart tijdens de voorjaarsvergadering in het Schielandhuis in Rotterdam. Zo zal de EBZ onder andere een actievere rol gaan vervullen en meer zichtbaar worden bij het uitdragen van het bredere economische triple helix verhaal van de regio. De banden met regionale stakeholders gaan worden aangehaald en daarnaast worden de krachten gebundeld richting externe stakeholders op de onderwerpen human capital, mobiliteit, digitalisering en regionaal vestigingsklimaat. Bij de verdere realisatie van de Quantum Campus gaat de EBZ wat betreft de public affairs een ondersteunende rol vervullen.

Samenwerken doe je vaak pas als er een concrete aanleiding is. De ander benader je pas als je hem nodig hebt. Als bondgenoot in een gelegenheidscoalitie. En zodra het project is afgerond, dan laat je elkaar, niet uit onwil maar omwille van de waan, weer los. De Economic Board Zuid-Holland wil voorbij deze gelegenheidscoalities, naar een structureel gesprek in de bestuurlijke lagen van de triple helix – bedrijfsleven, overheid en kennisinstellingen.

De Economic Board Zuid-Holland (EBZ) presenteert nu haar jaarverslag 2018. Het afgelopen jaar zijn er belangrijke stappen gezet richting een bestendig en concurrerend Zuid-Holland. De cijfers hebben we wederom inzichtelijk gemaakt in de jaarlijkse Regiomonitor (2018) die we ieder jaar uitbrengen.

Bovendien beleefden we in december een hoogtepunt met de eerste editie van Het Diner – 150 van de belangrijkste spelers uit de triple helix in de regio kwamen bijeen in Delft op uitnodiging van de burgemeesters van Rotterdam en Den Haag, de Commissaris van de Koning, de directeur van InnovationQuarter en de voorzitter van de EBZ. Verder heeft de EBZ stappen gezet op haar speerpunten. Zo is er gewerkt aan:

  • Human Capital
    Zuid-Holland kent van alle provincies het grootste arbeidstekort, zo bleek uit onderzoek in opdracht van de Provincie Zuid-Holland en EBZ. Daarom werkt de Economic Board samen met bedrijfsleven, overheid en kennisinstellingen aan een regionaal Human Capital-akkoord. De inzet is om het akkoord in de zomer van 2019 te tekenen.
  • Mobiliteit
    700.000 extra inwoners, 3,7 mld aan economische schade door files en 25% van de CO₂-uitstoot door mobiliteit: investeren in openbaar vervoer in de Randstad is hard nodig. De EBZ ondersteunt daarom onder andere de lobby voor vier railsporen tussen Dordrecht en Leiden. Ook heeft voorzitter Jan Kees de Jager de economische urgentie van goed bereikbare en aantrekkelijke steden benadrukt bij de Verstedelijkingsconferentie.
  • Cybersecurity
    De board zet in op de aansluiting van het Zuid-Hollandse bedrijfsleven bij het nationale Digital Trust Centre van het Ministerie van EKZ. Inmiddels zijn de voorbereidingen getroffen voor de ontwikkeling van een Cyberweerbaarheid centrum door een coalitie van regionale partijen.
  • Ruimtevaart
    De EBZ ondersteunt de lobby van SpaceNed dat Nederland voldoende moet investeren in ruimtevaart, door haar ‘fair share’ bij te dragen aan de ESA-programma’s.
  • Voeding & gezondheid
    Een belangrijke ontwikkeling is de oprichting van het Nederlands Innovatiecentrum voor Leefstijlgeneeskunde door TNO en het LUMC. Het richt zich op innovaties die passen binnen personalized medicine. Een aantal boardleden gaat met het Innovatiecentrum in gesprek om vanuit hun organisaties use-cases in te brengen, ook als basis om regionale bedrijven te betrekken.

Lees hier het EBZ jaarverslag 2018.

Uitbreiding van het aantal carrièrestartgaranties, leerwerkplekken voor werkzoekenden en een platform waar medewerkers uit de havensector kennis en ervaring opdoen bij andere bedrijven. Het is een greep uit acties van het Rotterdams Leerwerkakkoord en de eerste sectorakkoorden MKB en Haven, waarbij bedrijfsleven, onderwijs en overheid de handen ineenslaan. Ook EBZ heeft het akkoord ondertekend.

De ondertekenaars verwachten dat de werkgelegenheid in de regio Rotterdam Rijnmond de komende jaren verder toeneemt. Met de energietransitie, circulaire economie en digitalisering zal de arbeidsmarkt veranderen. Hierdoor ontstaan nieuwe banen en beroepen. Tegelijkertijd staan er nog Rotterdamse werkzoekenden langs de zijlijn. Een gezamenlijke aanpak door bedrijfsleven, onderwijs en overheid moet antwoord geven op deze mismatch op de arbeidsmarkt. De aanpak richt zich op de drie pijlers: van school naar werk, van werk naar werk en aan het werk. Zo krijgen én houden we meer Rotterdammers aan de slag.

Marja van Bijsterveldt, voorzitter van de werkgroep Human Capital: “Als EBZ steunen we het Rotterdamse Leerwerkakkoord van harte. Bij de uitvoering kijken we hoe het Zuid-Hollandse Human Capital traject en het Leerwerkakkoord elkaar kunnen versterken zodat we tot concrete resultaten komen.”

Sectorakkoorden

Naast het overkoepelende Rotterdamse Leerwerkakkoord zijn er sectorakkoorden. Voor haven en logistiek en het midden- en kleinbedrijf (MKB) zijn deze al gereed. In de sectorakkoorden maken de betrokken partijen per bedrijfssector concrete en effectieve afspraken over scholing en begeleiding van jongeren, werkenden en werkzoekenden. Hierdoor sluiten de vaardigheden die studenten tijdens hun opleiding leren beter aan op de vraag van werkgevers. Blijven werknemers zich een leven lang ontwikkelen en kunnen daardoor makkelijker overstappen naar een nieuwe baan. En begeleiden we werkzoekenden naar een geschikte werkplek waar ze voor langere tijd aan de slag kunnen.  Later dit jaar volgen sectorakkoorden voor bouw, energie, zorg, facilitaire dienstverlening en horeca en toerisme.

Haven en MKB

In het sectorakkoord Haven staat bijvoorbeeld de oprichting van een Havenleerwerkplaats, maar ook uitbreiding van het aantal carrièrestartgaranties. Ook is er een platform opgezet waar havenpersoneel kennis en ervaring op kan doen bij andere bedrijven. In het sectorakkoord MKB staan onder andere afspraken over leerwerkplekken voor werkzoekenden, stageplaatsen en startgaranties voor schoolverlaters. Ook wordt onderzocht hoe MKB-personeel zich verder kan ontwikkelen.

Koplopers

Het Rotterdams Leerwerkakkoord is opgesteld door 12 partners uit bedrijfsleven, onderwijs en overheid: Albeda, Deltalinqs, EBZ, FNV, Havenbedrijf Rotterdam, MKB Rotterdam, Randstad, gemeente Rotterdam, STC, UWV Werkbedrijf, VNO-NCW en Zadkine. Het Leerwerkakkoord is een open samenwerking; geïnteresseerde organisaties en bedrijven kunnen zich aanmelden om mee te doen. 

Kijk voor meer informatie op: www.rotterdam.nl/leerwerkakkoord