Tag Archief van: regionale samenwerking

Een interview met Mechelien van der Aalst

We gaan in gesprek met een van onze partners bij de Human Capital Agenda (HCA) over samenwerking en arbeidsmarktinnovatie. Deze keer aan het woord: Mechelien van der Aalst, beleidsmedewerker Werk en Inkomen bij de gemeente Leiden en vertegenwoordiger van de Arbeidsmarktregio Holland Rijnland. Vanuit haar regionale rol vertelt zij hoe de HCA de arbeidsmarktaanpak in haar regio ondersteunt: “We sluiten graag aan bij de initiatieven van de Human Capital Agenda. Waarom het wiel uitvinden als het elders al gebeurt?”

Zuid-Holland bestaat uit zeven arbeidsmarktregio’s. Periodiek komen afgevaardigden van deze arbeidsmarktregio’s en de Economic Board Zuid-Holland samen voor overleg. Voor regio Holland Rijnland neemt Mechelien van der Aalst die taak op zich. Op initiatief van de HCA komen afgevaardigden van de verschillende arbeidsmarktregio’s van Zuid-Holland geregeld bijeen.

Mechelien: “We horen over elkaars initiatieven, leren van elkaar en waar mogelijk bundelen we onze krachten. Waarom het wiel opnieuw uitvinden ais het elders al gebeurt? Natuurlijk heeft iedere regio zijn eigen uitdagingen. In de regio Rijnmond bijvoorbeeld spelen hele andere zaken dan hier in Holland Rijnland. Zo hebben we hier een grote Life Sciences-sector met het Leiden Bio Science park. Maar er zijn ook veel overeenkomsten ledere regio kampt bijvoorbeeld me een groot tekort aan technisch personeel. En er Zin veel overlappende ontwikkelingen, denk aan de vorming van de regionale werkcentra.”

Samen meer mensen bereiken

Tijdens de bijeenkomsten horen de arbeidsmarktregio’s ook meer over initiatieven vanuit de HCA, zoals Via Delta, de Techniekcoalitie Zuid-Holland, WE-IT en Heel Zuid-Holland Leert: een talentfonds dat omscholing aanbiedt. Mechelien: Heel Zuid-Holland Leert wordt hopelijk een talentfonds voor bedrijven en mensen – die we normaal gesproken niet makkelijk bereiken – om met opleiding en training aan de slag te gaan. Met één platform zou je een overzicht kunnen bieden van het opleidingsaanbod en de subsidiemogelijkheden. Onze regio heeft geen eigen talentfonds dus als we kunnen aansluiten bij zo’n provinciaal initiatief dan kan dat zeker aantrekkelijk zijn. Ik ben dus heel benieuwd wat het voor onze arbeidsmarktregio kan betekenen en wat we moeten meebrengen.”

Werkcentrum

Een ander onderwerp waarop de arbeidsmarktregio’s samenwerken en uitwisselen is de ontwikkeling van de nieuwe Werkcentra, In alle arbeidsmarktregio’s wordt het Werkcentrum het eerste aanspreekpunt voor werk en scholing, zowel voor werkzoekenden zonder baan, als voor werkenden. “Nu heb je nog een regionaal mobiliteitsteam, een leerwerkloket, een Werkgeversservicepunt, de gemeente en het UWV. Mensen weten vaak niet waar ze naar toe moeten. straks kunnen ze met werk- en scholingsvragen terecht bij het Werkcentrum. We lopen daar al op vooruit met onze werkcafés, waar we in ruim een jaar tijd al bijna 1.200 mensen hebben geholpen werkenden en niet-werkenden, uitkeringsgerechtigden en niet-uitkeringsgerechtigden. We boren hiermee dus onbekend arbeidsaanbod aan. Medio 2025 willen we operationeel zijn met het Werkcentrum, zeqt Mechelien.

Het probleem kan juist de oplossing zijn

We werken de afgelopen tijd ook steeds meer aan het samenbrengen van sociale en economische opgaven. Zo werkt de arbeidsmarktregio op Human Capital steeds meer samen met het samenwerkingsverband van gemeenten in Holland Rijnland. “We kunnen mensen zonder werk verbinden aan bedrijven met een personeelstekort. Het probleem van het sociaal domein kan een deel van de oplossing zijn in het economisch domein. Daarmee los je echt niet voor 100% de werkloosheid op en ook niet voor 100% het tekort op de arbeidsmarkt, maar het kan wel én van de dingen zijn waar je samen stappen in kunt zetten.”

“We sluiten graag aan bij de initiatieven van de Human Capital Agenda van de Economic Board en Province Zuid-Holland. Waarom het wiel uitvinden als het elders al gebeurt?”.

Mechelien van der Aalst, Beleidsadviseur Werk en Inkomen Gemeente Leiden

Dit interview is onderdeel van het Human Capital Agenda jubileum magazine, waarin we nog meer inspirerende gebeurtenissen delen tijdens vijf jaar Human Capital Agenda. Het online magazine lees je hier.

Voor een toekomstbestendige arbeidsmarkt in Zuid-Holland is een krachtige aanpak van personeelstekorten en opleidingsvraagstukken in de technieksectoren essentieel. Via het deelakkoord “Slimme Techniek” zet de Human Capital Agenda Zuid-Holland hier vol op in, in samenwerking in samenwerking met Technolab. De doelen: 750 werknemers ontwikkelen, 25 werkgevers ondersteunen in HR-beleid, 30 transities realiseren over sector- en/ of regiogrenzen realiseren en 45 werkzoekenden aan het werk helpen. Het belang van dit initiatief is recent vanuit triple helix verband (overheid, bedrijfsleven, kennisinstellingen) benadrukt, namens de taskforce Human Capital. 

Vijf verdiepende vragen over het belang van deze samenwerking, stellen we aan één van de leden van onze taskforce Human Capital, namelijk Robbert-Jan van Duijn.

Wat merk je in jouw rol (als Burgemeester van de Gemeente Nieuwkoop en portefeuillehouder Economie in Holland Rijnland) van het vraagstuk van personeelstekorten en opleidingsvraagstukken in de technieksectoren?

“In mijn eigen gemeente, maar ook op basis van alle signalen die ik krijg vanuit mijn rol in Holland Rijnland, speelt het vraagstuk van personeelstekort in de technieksectoren heel erg. Kijk alleen maar naar alle openstaande vacatures op de verschillende vacatureplatforms, of de vele borden langs de weg en bij de bedrijven. Ondernemers, en zeker in de technische sectoren, hebben daar, ook in mijn eigen gemeente, veel last van.”

Wat spreekt de taskforce aan in dit Deelakkoord?

“Techniek en Digitalisering zijn essentieel voor de economische ontwikkeling van de regio en ook voor het realiseren van de grote transities, zoals de energietransitie en de klimaattransitie. Ook draagt het Deelakkoord bij aan verhoging van de arbeidsproductiviteit in Nederland/ Zuid-Holland. Juist op die onderdelen wil de Stichting Technolab, onder de noemer Slimme Techniek, hun bestaande instrumentarium en infrastructuur verder uitbouwen en inzetten om tegemoet te kunnen komen aan de opleidingsvraag van het bedrijfsleven. Dat spreekt de taskforce bijzonder aan.”

En in het verlengde daarvan: Hoe sluit dit aan op de reeds lopende initiatieven die vanuit de Taskforce worden ondersteund? 

“Dit gebeurt in afstemming en samenwerking met andere lopende Deelakkoorden, zoals Naar Bouw en Techniek en ook met een verbinding met de Techniekcoalitie Zuid-Holland. We hebben daar als team goed op toegezien, omdat we – het BOUWEN-spoor in de Human Capital Agenda (HCA)-tweesporenstrategie voor blijvende effecten – willen dat er in Zuid-Holland een meer samenhangende aanpak tot stand komt. Initiatieven goed verbinden. De verbinding met de brede aanpak van de Techniekcoalitie Zuid-Holland zit dus goed in het Deelakkoord Slimme Techniek. Dat vergroot het bereik onder en de betrokkenheid van het bedrijfsleven.”

Is jou bekend waarom het regionale bedrijfsleven het oriëntatie- en omscholingsprogramma voor de techniek en het Leven Lang Ontwikkelen (LLO) aanbod van Technolab positief heeft ontvangen?

“Investeren in opleiden voor de techniek wordt belangrijk gevonden. Door de verbinding van de aanpak van Technolab met de Techniekcoalitie Zuid-Holland kan Technolab ook profiteren van de verbinding van die coalitie met de landelijke Industriecoalitie van de techniekbranches. Dat spreekt aan. De taskforce is blij dat daardoor de impact van de aanpak groter is en versnippering in de aanpak in Zuid-Holland wordt tegengegaan.”

Kun je nog iets meer zeggen over de vraag waarom vanuit de Human Capital Agenda juist die verbindingen worden gestimuleerd?

“De HCA staat juist in het teken van samen gaan voor één visie en één agenda. Samen investeren en een einde maken aan de versnipperingen en losse projecten. Alleen dan kunnen we de arbeidsmarkt structureel beter laten werken en op schaal bedrijven en mensen op weg helpen om klaar te zijn voor de toekomst.

 

– Robbert-Jan van Duijn, Burgemeester Gemeente Nieuwkoop en lid van de taskforce human capital van de Economic Board Zuid-Holland

In de laatste boardvergadering van de EBZ op vrijdag 13 december was er tijd voor reflectie én een blik op de toekomst. De conclusie die was dat we een mooi pad hebben uitgerold met de Groeiagenda Zuid-Holland en de Human Capital Agenda. En dat er nog genoeg uitdagingen liggen waar we met heel ons netwerk op moeten doorpakken.

De successen
Een mooi voorbeeld van een succesvol regiosysteem liet onze gastheer Ras Lalmy zien tijdens de rondleiding. Hij is directeur van YES!Delft, sinds 2005 de incubator voor technologische startups. Zij hebben inmiddels dan 450 startups voortgebracht, waarvan 83% nog actief is. Lalmy vertelde over de uitdagingen waar YES!Delft en het regionale startup- en scale-up ecosysteem nog voor staan.

Henk Bakker, programmamanager Human Capital, gaf een update over de Human Capital Agenda. Zo is onlangs een evaluatie uitgevoerd waarbij is teruggeblikt op vijf jaar Human Capital Agenda. Er zijn inmiddels meer dan 20 projecten gestart met 173 unieke partners. Er is ruim 8 miljoen euro subsidie verstrekt en 42 miljoen euro cofinanciering opgehaald. De toegevoegde waarde die door alle partners en met alle projecten is geleverd, telt op tot meer dan 6 miljard euro. De EBZ heeft unaniem haar steun uitgesproken voor een vervolg op de Human Capital Agenda.

De urgente acties
Annetje Ottow (Universiteit Leiden) nam ons mee in de actuele ontwikkelingen rondom de bezuinigingen op onderwijs en internationale studenten. “Met deze voorstellen wordt de motor van de Nederlandse economie in haar hart geraakt”, aldus Ottow. Hoewel de bezuinigingen iets zijn afgezwakt, zijn de voorstellen voor internationale studenten desastreus. Afgesproken is om hier als EBZ een actieve rol in te pakken.

Vervolgens heeft Frank van Oort (Erasmus Universiteit Rotterdam) een reflectie gegeven op de Groeiagenda Zuid-Holland. Zijn boodschap was dat alle zeilen moeten worden bijgezet voor transities, innovatie en brede welvaart. De EBZ heeft diverse aandachtspunten naar voren gebracht, waarbij uiteindelijk de conclusie is getrokken dat de Groeiagenda Zuid-Holland inhoudelijk als transitieagenda nog goed staat, maar dat we met alle partners hard aan de bak moeten met actie en implementatie.

Afscheid
Tot slot is afscheid genomen van Liesbeth Spies, burgemeester gemeente Alphen aan den Rijn, die per 1 februari voorzitter wordt van Aedes, de landelijke vereniging van woningcorporaties. Ook is Martin van Gogh, directeur Batenburg Techniek, bedankt voor zijn inzet voor het dagelijks bestuur van de EBZ. Tot de zomer van 2025 blijft hij nog lid van het algemeen bestuur.

Projecten zijn per definitie tijdelijk, met een kop en een staart dus. Maar hoe creëren we blijvende impact? Daarbij is het borgen van resultaten en het benutten van opschaalkansen essentieel. De deelakkoorden van onze Human Capital Agenda (HCA) richten zich op het creëren van duurzame waarde voor de arbeidsmarkt, bijvoorbeeld door samenwerking tussen bedrijven en onderwijsinstellingen. Het sleutelwoord hierbij is BORGEN. Vorige week stond dit thema centraal tijdens de bijeenkomst van onze Learning Community. In een intervisie-omgeving deelden projectleiders en kwartiermakers hun ervaringen over het borgen van hun projecten.

De bijeenkomst van de Learning Community Human Capital Zuid-Holland vond plaats op locatie van de Food Innovation Academy (FIA), waar op dit moment hard wordt gewerkt aan een concept deelakkoord door twee van onze kwartiermakers. Waarom spraken we over BORGEN? Dit onderwerp werd gekozen op verzoek van de projectleiders en kwartiermakers zelf, die tijdens de vorige inspiratiesessie op 19 maart het belang ervan onderstreepten. Iedereen heeft er mee te maken. In een intervisie-omgeving, gefaciliteerd door het programmateam Human Capital, deelden ze daarom graag hun ervaringen en werd feedback aan elkaar gegeven.

“Borgen” is zo eenvoudig niet, zo was de conclusie die breed gedeeld werd. Samenwerking is niet eenvoudig, zeker waar het gaat om publiek-private samenwerking, met bedrijven, kennisinstellingen en vaak ook overheden.

De intervisie, aan de hand van praktijkcasuïstiek die door de deelnemers zelf werd ingebracht, werd ingeleid door twee presentaties.

Tips & tricks

Wim Bens (expert Publiek Private Samenwerking (PPS) en verbonden aan Katapult) deelde (wetenschappelijke) inzichten over borging van samenwerking en aanpakken. Hij vertelde over praktische ervaringen in het land en gaf tips and tricks. Hij deelde een schat aan ervaring met borging van PPS-en in het land. Onder andere gaf hij aan dat het bij borgen gaat om tenminste de volgende belangrijke elementen:

  • Borging doe je in belangrijke mate in het begin van het project: niet pas halverwege of aan het slot
  • Een gezamenlijke strategie, missie en visie met concrete doelstellingen
  • Gezamenlijke KPI’s
  • Gedeelde governance (op meerdere niveaus)
  • Gedeelde faciliteiten en infrastructuur
  • Gedeelde (structurele basis-) financiering
  • Gezamenlijke verantwoordelijkheid
  • Gewogen/ gedeelde / aanvullende belangen van partijen
  • Continu bevestigen en verdiepen van het draagvlak en het commitment (zeker gelet op de discontinuïteit die er vaak ontstaat tijdens de uitvoering van projecten)

Borgen van de opbrengsten van Energy Switch

Jacqueline van Krieken (TU Delft Extension School en projectleider) deelde haar ervaringen als projectleider van Energy Switch, dat als HCA deelakkoord eind 2024 afloopt. Als het gaat om borging, waren er volgens haar vooral verbeterpunten door scherpte bij de start van de samenwerking. Dit heeft ze samen met het team gaandeweg gecompenseerd door te zorgen voor duidelijke afspraken en het behoud van het commitment van de partners. “Borging betekent zorgen dat de resultaten blijven leven.“, aldus Van Krieken. Bij ons project gebeurt dit onder meer door kennis en processen helder de beschrijven en te delen via netwerken( zoals LinkedIn-groepen en websites). Maar ook door de resultaten en opbrengsten onder te brengen bij partners, zoals de Techniekcoalitie Zuid-Holland (eveneens een HCA initiatief, dat als samenwerking duurzaam bedoeld is). Haar boodschap is helder: “Zorg al bij de start met scherpte in onder andere commitment, visie en wijze van meten. En vier successen onderweg voor blijvend commitment. Kijk ook tijdig en in goed overleg met de partners waar de aanpak en resultaten na afloop van het project het  beste kunnen worden belegd.”.

Intervisie aan de hand van praktijkcasuïstiek

Na de twee (interactieve) presentaties gingen de projectleiders in intervisiegroepen (gemodereerd door programmateamleden Aad van Pelt, Ron Brans, Cees-Jan van Overveld en Henk Bakker) aan de slag met praktijkcasuïstiek. Het doel hiervan was om van elkaar te leren en de verbindingen tussen de verschillende human capital initiatieven te versterken.

Bij de praktijkcasus die werden besproken ging het bijvoorbeeld om de groeistrategie van Campus Gouda en het borgen van de aanpak rond Digicampus Grond-, Weg- en Waterbouw. En rode draad in de bespreking was, dat het bij borgen om zowel de ‘zachte’ factoren gaat (zoals menselijke relaties), als om harde aspecten. Denk bij dit laatste aan het vastleggen van heldere schriftelijke afspraken en het zorgen voor continuïteit door o.a. een uitgewerkt overdrachtsdocument van de projectleider aan de dragende partners.

Learning Community Human Capital voor maximale impact

Onze Learning Community Human Capital is een belangrijk onderdeel van het Bouwen-spoor van de HCA. De HCA hanteert een tweesporenstrategie: Doen en Bouwen. Het Doen-spoor richt zich op de uitvoering van deelakkoorden met meetbare doelstellingen, terwijl het Bouwen-spoor zich richt op het creëren van een structureel betere werking van de arbeidsmarkt in Zuid-Holland

Met één agenda en met een samenhangende aanpak, streeft de HCA naar een samenhangende aanpak die de vele mooie initiatieven in Zuid-Holland verbindt. Deze bijeenkomst stond in dat teken: de vliegwieleffecten van de projecten die dankzij de HCA mogelijk zijn gemaakt.

Minister Kamp (EZ) heeft vandaag – 1 december 2016 – de Roadmap Next Economy van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag ontvangen uit handen van Ingrid van Engelshoven, voorzitter van de bestuurscommissie Economisch Vestigingsklimaat (EV) van de metropoolregio, Maarten Struijvenberg, bestuurslid EV en een van de initiatiefnemers van de Roadmap en Adri Bom-Lemstra, Gedeputeerde provincie Zuid-Holland.

De RNE is het economische antwoord van de regio op de uitdagingen van nu, waarbij twee ontwikkelingen boven alles uit torenen: de snelle ontwikkeling van internettechnologie en de overgang naar schone energie. De RNE bevat een strategie en een actieprogramma die ervoor moeten zorgen dat de economie van de metropoolregio klaar is voor de toekomst.

De Roadmap vloeit voort uit de ‘City Deal’ die een jaar geleden is gesloten door de Ministers van Economische Zaken en Binnenlandse Zaken, de provincie Zuid-Holland en de Metropoolregio Rotterdam Den Haag, gesteund door de Economische Programmaraad Zuidvleugel (EPZ). Met de oplevering van de Roadmap Next Economy is de City Deal afgerond.

Minister Kamp sprak zijn waardering uit voor de getoonde bestuurskracht in de Metropoolregio Rotterdam Den Haag, waar 23 gemeenten, de provincie Zuid-Holland, de EPZ, kennisinstellingen en het bedrijfsleven, intensief aan de totstandkoming van de Roadmap hebben gewerkt.

Meer informatie

Het Regionaal Investeringsprogramma ‘Investeren in vernieuwen’ is opgesteld door de Metropoolregio Rotterdam Den Haag samen met de EBZ, de Provincie Zuid-Holland, Holland Rijnland en Drechtsteden. Op 6 juli is het programma overhandigd aan premier Rutte.

Vernieuwen in viervoud

Vanuit vier invalshoeken zijn investeringsprojecten uitgewerkt:

  • Vernieuwen economie
  • Vernieuwen energie
  • Vernieuwen verbindingen
  • Vernieuwen stad en omgeving

Het programma bevat investeringen voor onder andere de campussen van Leiden en Delft, fieldlabs, OV-bereikbaarheid en duurzame woonwijken.

‘Investeren in vernieuwen’ brengt een investering met zich mee van tussen de 12 en 15 miljard euro over de komende tien jaar. Deze investeringen moeten gezamenlijk worden opgebracht door het bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheden en leveren naast de noodzakelijke vernieuwing van de economie uiteindelijk ook tussen de 25.000 en 50.000 banen op in de regio waar nu al ruim 22% van het BNP wordt verdiend. Volgens de OESO kan een dergelijk investeringsprogramma leiden tot 2 tot 4% extra economische groei.

Rol EBZ

De EBZ en haar leden en het secretariaat bewaken de strategie, dragen via hun netwerken de urgentie uit van het programma en dragen waar mogelijk bij aan snelle realisatie. Dit gebeurt op de volgende wijze:

  • Strategische kansen, dilemma’s en knelpunten bespreken en adresseren via agendering tijdens EBZ-vergaderingen
  • Deelname kernteam: het EBZ-secretariaat neemt deel aan het kernteam dat voortgang bewaakt, kansen en knelpunten identificeert, agendeert en waar mogelijk oplost.
  • Public affairs: EBZ-secretariaat en vertegenwoordigers van EPZ-leden nemen deel aan de werkgroep Public Affairs. Vanuit de geformuleerde kernboodschap worden acties in gang gezet als werkbezoeken, 1-op-1 meetings en events; waar nodig zullen ook EBZ-leden gevraagd worden inzet te plegen.
  • Europa: de provincie Zuid-Holland organiseert een Europa-werkgroep waarin de provincie, verschillende gemeenten en vertegenwoordigers van kennisinstellingen en bedrijven die ook deel uitmaken van de EBZ hun inzet en kennis bundelen om kansen voor Europese financiering van projecten te identificeren en te ondersteunen bij het aanvragen van middelen.

Lees meer:  www.investeringsprogramma.nl

In opdracht van InnovationQuarter en MRDH is met partners een stevig gemeenschappelijk verhaal gemaakt: de regio als een ‘real life testing ground’: De regio is de proeftuin voor wereldwijde metropool-gebieden; innovaties om een sterk verstedelijkte delta leefbaar te houden worden hier bedacht, gemaakt, getest en verkocht. Hier wordt in cross-sectoraal verband gewerkt aan mondiale uitdagingen op het gebied van voeding, gezondheid, maritieme- en logistieke vraagstukken, watermanagement en veiligheid. De EPZ partners gaan dit verhaal gebruiken en maken daarbij gebruik van de toolbox die samen met publiek private partners wordt ontwikkeld.

De EPZ heeft aangegeven dat ook een gemeenschappelijke regioaanduiding nodig is, zodat wij naar buiten treden met een eenduidige naam, dit verhoogt de herkenbaarheid en de gezamenlijke communicatiekracht. Het is niet gelukt die in 2016 te vinden. In 2017 komt dit terug op de agenda.