Economic Board Zuid-Holland doet aanbod aan de informerende partijen: klaar voor actie! Met de afgelopen verkiezingen van 22 november nog vers in ons geheugen, is de formatie van een nieuw kabinet iets wat de Nederlanders in zijn greep heeft. In deze periode van onzekerheid worstelen velen met vragen als: “Waar gaat een nieuwe coalitie zich voor inzetten?” en “Hoe gaan ze om met financiële uitdagingen?”. Samenwerkende bedrijven, kennisinstellingen en overheden uit Zuid-Holland helpen het nieuwe kabinet graag met vier concrete ambities, namelijk: meer dan 25% van de nationale bouwopgave, meer dan 20% van de nationale strategische groeiambitie, 40% van de nationale CO2-reductiedoelstelling, 5-15% productievere beroepsbevolking. Om dit te kunnen realiseren hebben zijn de juiste keuzes van de nationale overheid essentieel.

Samenwerkende partijen in Zuid-Holland  vragen het toekomstige kabinet en de Tweede Kamer om naar gemeenschappelijkheid en (ver)binding te zoeken. Nederland heeft behoefte aan investeringen in innovatie, toekomstbestendige infrastructuur en een standvastig industriebeleid. Dit is ook belangrijk voor een gezond vestigings- en investeringsklimaat. Onzekerheid leidt tot het uitstellen of verplaatsen van investeringsbeslissingen daar waar tempo juist is vereist. Er is behoefte aan een stabiel, toekomstbestendig en betrouwbaar beleid.

Nederland staat voor uitdagende opgaven. Voor veel mensen staat hun bestaanszekerheid onder druk, ondernemingen moeten veel veranderingen doorvoeren om fit te zijn voor de economie van de toekomst. In een gezamenlijke brief aan de informateurs onderstreept Jaap Smit, Voorzitter van de EBZ, de potentie van Nederland, met name in de provincie Zuid-Holland, om deze uitdagingen aan te gaan.

“Samenwerking tussen Rijksoverheid en partijen achter de Groeiagenda Zuid-Holland illustreert hoe gemeenschappelijke uitdagingen aangepakt kunnen worden,” aldus Jaap Smit. Hij benadrukt de rol van Zuid-Holland als economische motor van het land en de bijdrage van de regio aan nationale doelstellingen, zoals het realiseren van een kwart van de nationale bouwopgave en 40% van de nationale CO2-reductiedoelstelling.

De brief benadrukt verder de noodzaak voor een stabiel en toekomstgericht beleid, met investeringen in innovatie, infrastructuur en industriebeleid als prioriteiten. Onzekerheid wordt gezien als een rem op investeringsbeslissingen, waar snelheid juist geboden is. Smit sluit af met een uitnodiging aan het toekomstige kabinet en de Tweede Kamer om samen te werken aan een gezonde economie en welzijn voor de inwoners van Zuid-Holland en heel Nederland. De Groeiagenda van Zuid-Holland geeft een overzicht van de acties die nodig zijn om deze doelen te bereiken.

Ferrie Förster, Secretaris Economic Board Zuid-Holland:

”Zuid-Holland vormt bijna een kwart van de Nederlandse economie. We dragen graag bij aan de doelstellingen van het Rijk op het gebied van CO2-reductie, woningbouw, productiviteit en toekomstbestendige economie. Hiervoor is goede samenwerking met het Rijk cruciaal, evenals een stabiel, toekomstbestendig en betrouwbaar beleid. Zuid-Holland doet mee, u ook? Zoals de bekende Rotterdamse uitdrukking luidt: niet lullen, maar poetsen!”

 

In een gezamenlijke oproep naar de leden van de Tweede Kamercommissie Economische Zaken en Klimaat pleiten alle Economic Boards in Nederland voor het voortzetten van de vierde ronde van het Nationaal Groeifonds en blijvende investeringen in het verdienvermogen van Nederland. Economic Board Zuid-Holland heeft de brief ook ondertekend.

Het Nationaal Groeifonds speelt een essentiële rol in het versterken van het innovatie- en vestigingsklimaat in Nederland. Recente ontwikkelingen tonen aan dat de Nederlandse industrie krimpt en investeringen afnemen. Dit is zorgwekkend, vooral gezien de daling van Nederland van de 2e naar de 7e plaats op de WIPO-innovatieranglijst in 5 jaar tijd.

Economic Board Zuid-Holland zet zich actief in voor een sterke regio door de economie toekomstgericht en duurzaam te versterken. Investeringen uit het Nationaal Groeifonds zijn van essentieel belang voor deze ambitie. Het Nationaal Groeifonds fungeert als vliegwiel, verlaagt investeringsrisico’s en bevordert publiek-private samenwerkingsverbanden. Hierdoor draagt het fonds direct bij aan het verdienvermogen van Nederland, ons vestigingsklimaat, onze welvaart en die van onze kinderen.

Zie hiervoor ook ons eerdere nieuwsbericht over verdienvermogen, met daarin drie concrete adviezen aan de Tweede Kamer met betrekking tot Infrastructuur, Industriebeleid en Innovatie. Door voort te bouwen op onze strategische geografische ligging en de hier aanwezige sleuteltechnologieën kunnen we floreren. Laten we samen werken aan een veerkrachtig Nederland dat klaar is voor de uitdagingen en kansen die de toekomst biedt.

Ferrie Förster, Secretaris Economic Board Zuid-Holland benadrukt:

“Onze oproep aan de leden van de Tweede Kamercommissie Economische Zaken en Klimaat is glashelder: Houd de 4e tranche van het Nationaal Groeifonds intact. Als secretaris van de Economic Board Zuid-Holland sta ik volledig achter deze boodschap. Het Groeifonds is niet alleen een cruciaal instrument om het innovatie- en vestigingsklimaat in Nederland te versterken, maar het vormt tevens de ruggengraat van onze economische toekomst. Als regio die zich inzet voor een duurzame en toekomstbestendige economie, zien wij de investeringen uit het Groeifonds als onmisbaar voor onze ambitie. Laten we niet alleen vasthouden aan ons verleden, maar samen bouwen aan een veerkrachtig Nederland dat klaar is voor de uitdagingen en kansen van morgen.”

In een brief aan de Tweede Kamercommissie Economische Zaken en Klimaat roepen de Economic Boards van Nederland op om de vierde ronde van het Nationaal Groeifonds intact te houden en in de toekomst duurzaam te blijven investeren in het verdienvermogen van Nederland.

De hele brief is hier te lezen.

 

© NXTGEN Hightech. Dit is een van de Groeifonds projecten in Zuid-Holland.

De provincie Zuid-Holland heeft middels het programma Kansen voor West een financiële bijdrage van maar liefst €3 miljoen toegekend aan innovatiecampussen in de regio. De campussen brengen een innovatie-ecosysteem samen waarin bedrijven en kennisinstellingen samenwerken. Ze spelen een essentiële rol in het realiseren van de ambities in de Groeiagenda Zuid-Holland, het stimuleren van innovatie, het creëren van nieuwe bedrijvigheid en de reductie van CO2. Het geld is bedoeld om de campussen te versterken en de samenwerking met mkb-partijen te vergroten. Daarnaast bevordert de subsidie de samenwerking tussen de innovatiecampussen.

Op weg naar een innovatief Zuid-Holland dankzij “Kansen voor West”

De subsidies aan de campussen worden verstrekt vanuit het meerjarig subsidieprogramma “Kansen voor West” dat onder andere gefinancierd wordt door het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO). Een belangrijke doelstelling van dit programma is de versterking van de onderzoeks- en innovatiecapaciteit en de invoering van geavanceerde technologieën.

Provincie Zuid-Holland heeft de zeggenschap over een vastgesteld deel van het budget van “Kansen voor West” en een gedeelte hiervan wordt gebruikt voor het versterken van innovatiecampussen. Voor Zuid-Holland betekent dit concreet dat vijf campussen in de regio financiële steun ontvangen: TU Delft Campus en Leiden Bio Science Park ontvangen €900.000, daarnaast hebben Biotech Campus Delft, NL Space Campus en Erasmus MC Campus elk €400.000 toegekend gekregen. Met deze financiële steun kunnen de campussen en campusorganisaties een volgende stap zetten in de doorontwikkeling en wordt de betrokkenheid van het mkb op de campussen vergroot. De campussen kunnen zo een nog grotere rol spelen in het stimuleren van innovatie en werkgelegenheid om de transitie te maken naar een economie waarin duurzaamheid en welzijn centraal staan.

Op donderdag 7 maart heeft Gedeputeerde Meindert Stolk de subsidiecheque uitgereikt aan de vijf innovatiecampussen, tijdens een feestelijke bijeenkomst in Delft. Gedeputeerde Meindert Stolk, Economie en Innovatie: “Wij zijn erg blij met het Kansen voor West-programma. Dit programma biedt ons als provincie de kans om in campussen te investeren, waardoor we de overgang naar een duurzame, circulaire en digitale economie kunnen versnellen. De subsidies die ik heb mogen uitreiken, worden voornamelijk ingezet voor verdere groei en doorontwikkeling. Ik kijk er zeker naar uit om binnenkort bij alle campussen langs te gaan en te zien hoe deze subsidies worden ingezet.”

Een gezamenlijke Investerings- en Samenwerkingsagenda

In opdracht van de Economic Board Zuid-Holland en de provincie Zuid-Holland heeft adviesbureau Buck Consultants International een gezamenlijke investerings- en samenwerkingsagenda voor de campussen in Zuid-Holland opgesteld. Deze agenda geeft richting aan de ontwikkeling van de campussen en daarnaast worden terreinen voor samenwerking geïdentificeerd. Meer samenwerking helpt om het volledig potentieel van de campussen te benutten en oplossingen voor de grote maatschappelijke transities te versnellen.

Buck heeft berekend dat er voor al deze investeringen – zoals beschreven in de ‘Investerings- en Samenwerkingsagenda’ – minimaal €54 miljoen nodig is. Hierbij geldt de randvoorwaarde dat de campusorganisaties de capaciteit hebben om deze plannen uit te werken en financiering te verkrijgen. Deze financiering zal in veel gevallen afkomstig zijn van diverse partijen, waaronder overheden, kennisinstellingen en het bedrijfsleven, op Europees, nationaal, provinciaal en lokaal niveau.

Kopgroep Innovatiecampussen

Vanuit een gedeelde ambitie om technologieoverdracht naar en via bedrijven te bevorderen,  hebben de vijf Zuid-Hollandse campussen de afgelopen jaren hun krachten gebundeld. In de Kopgroep Innovatiecampussen wisselen zij kennis uit en zorgen ze ervoor dat beschikbare financiering optimaal wordt benut. De campussen hebben een gedeelde ambitie, maar variëren  sterk in ontwikkelingsfase: van de Erasmus MC Campus (die pas recent is begonnen), tot de (universitaire) campussen in Leiden en Delft, die al jaren volwassen zijn en een sterk fundament hebben gelegd voor verdere groei. Deze diversiteit biedt een omgeving voor wederzijdse leerervaringen.

De Kopgroep Innovatiecampussen werkt met specifieke aandacht voor de Groeiagenda Zuid-Holland. Samen met meer dan 80 sleutelspelers in Zuid-Holland is de Economic Board Zuid-Holland (EBZ) partner van deze Groeiagenda, waarin sterk wordt gefocust op het stimuleren van innovatie, het creëren van nieuwe bedrijvigheid en de reductie van CO2 in Zuid-Holland. Onze regio telt veel verschillende fysieke locaties die van groot belang zijn voor het behalen van de doelen van de Groeiagenda Zuid-Holland.

De vijf eerdergenoemde innovatiecampussen (TU Delft Campus, Leiden Bio Science Park, Biotech Campus Delft, NL Space Campus en Erasmus MC Campus) hebben hier een substantieel aandeel in. Wil je meer weten over deze campussen? Hieronder hebben we de vijf Zuid-Hollandse innovatiecampussen en hun visies voor je op een rijtje gezet.

© Buck Consultants International, 2022

 

©BCI/Ministerie Economische Zaken en Klimaat

#1 TU Delft Campus

TU Delft Campus is een internationaal toonaangevend innovatie-ecosysteem met een focus op radicale innovaties op het gebied van Robotica, Quantum, Health &Tech en de Energietransitie. Op dit moment telt de campus 31.000 studenten en 3600 medewerkers van diverse onderwijs- en kennisinstellingen. Op de campus zijn 12 fieldlabs gevestigd, 200 startups verspreid over zes verschillende hubs en ongeveer 50 bedrijven met in totaal 5000 medewerkers. Op de campus werken  onderzoekers, ondernemers en studenten samen aan oplossingen voor maatschappelijke vraagstukken – a community pioneering for change.

#2 Leiden Bio Science Park

Het Leiden Bio Science Park (LBSP) is de nr. 8 Bio tech campus van de wereld en de  grootste bio tech en Life Sciences & Health (LSH) campus van Nederland. De clustering van hoogwaardig onderwijs, onderzoek, gezondheidszorg en bedrijvigheid trekt studenten, wetenschappers en ondernemers vanuit de hele wereld naar het Leiden Bio Science Park. Deze campus telt 425 organisaties en er werken meer dan 22.000 professionals. Er studeren meer dan 22.000 studenten. op zowel mbo, hbo als wo niveau. Van het eerste onderzoek van een molecuul tot de toepassing in de patiënt vindt op het LBSP plaats. Van start-ups, scale-ups tot corporates zoals Johnson & Johnson en Bristol Myers Squibb en Galapagos. Een uniek en compleet ecosysteem op 125 hectare grond.  Het LBSP is daarmee een toonaangevend  Innovation District, waar mensen uit verschillende domeinen en sectoren elkaar kunnen ontmoeten en samenwerken, waar wordt gewoond, gewerkt en ontspannen. De komende jaren worden er in de fysieke ruimte nog meer elementen toegevoegd die de levendigheid, de kans op toevallige ontmoetingen en het stimuleren en faciliteren van open innovatie verder vergroot en daarmee toepassingen die levens verlengen en verbeteren.

#3 Biotech Campus Delft

De Biotech Campus Delft (BCD) is de grootste open innovatiecampus in Europa gericht op biotechnologie die de transitie naar een duurzame, biobased economie een boost geeft. Ze ondersteunt de hele innovatiecyclus, van onderzoek en pilot tot productie. De Biotech Campus Delft speelt een cruciale rol in het bevorderen van een biobased economie, waarbij het zorgvuldig benutten van natuurlijke grondstoffen en het waarborgen van een verantwoorde leefomgeving centraal staan. De ambitie van de Biotech Campus Delft is om een internationaal erkende open innovatiecampus te zijn op het gebied van industriële biotechnologie, met als voornaamste doel om middels een open innovatie-ecosysteem de totstandkoming van een duurzame, biobased economie te versnellen.

#4 NL Space Campus

De NL Space Campus fungeert als het centrale ontmoetingspunt voor zowel de nationale als internationale space sector. Het campusgebied omvat belangrijke instellingen zoals ESA test centrum ESTEC, het EUSPA Galileo Reference Centre (GRC), het Space Business Innovation Centre (SBIC), met het ESA incubatieprogramma, en Space Expo. Bovendien is de Leiden Delft Erasmus (LDE) alliantie een vooraanstaande partner en kennispoot in dit geheel. De NL Space Campus heeft de ambitie om een hotspot te zijn voor innovatieve space gerelateerde startups en scale-ups waar gevestigde bedrijven, studenten, wetenschappers, young professionals en overheid samenkomen en samenwerken. Het doel van de campus is uit te groeien tot een centrale plek voor de space community en de hotspot voor de ontwikkeling van commerciële space ondernemers. Een plek waar (internationale) ondernemers, onderwijsinstellingen, onderzoeksorganisaties en andere (maatschappelijke) belanghebbenden elkaar ontmoeten, samenwerking initiëren en gestimuleerd en gefaciliteerd worden kennis te delen en verder te ontwikkelen.

#5  Erasmus MC Campus

De Erasmus MC Campus heeft de ambitie om de toonaangevende HealthTech-campus van Nederland te zijn, waar ondernemers, bedrijven, studenten en (zorg)instellingen van over de hele wereld samenkomen. Hier versmelten onderzoek, onderwijs, wetenschap en technologie om baanbrekende innovaties te bedenken en deze sneller te implementeren met het oog op de toekomstige gezondheidszorg. Visie is om een campus te zijn waar zorgorganisaties, vernieuwende bedrijven op het gebied van gezondheid en technologie, onderwijs- en onderzoeksinstellingen in de toekomst samenwerken om de nieuwste technologische ontwikkelingen in de praktijk te brengen.

 

The most trusted and sustainable partner in the sky. Dat is de missie van GKN Aerospace / Fokker, aldus CFO Dennis Laven. Een groep bedrijven dat vliegtuigonderdelen maakt voor de vliegtuigindustrie, zoals bekabeling, structuurdelen en landingsgestellen. Dat doen ze zowel voor de civiele markt als voor defensie. Dennis Laven – die leiding geeft aan het bedrijf met een focus op financiën – is onlangs toegetreden tot de Economic Board Zuid-Holland (EBZ). Volgens Dennis is de EBZ van grote toegevoegde waarde voor GKN Aerospace/ Fokker. Dit onder meer vanwege de versterking van het concurrentievermogen van Nederland als industrieland, alsmede vanwege het inspirerende netwerk van de EBZ. Maar wat heeft Feyenoord met het succes van Fokker te maken? Hierover later meer in dit diepte-interview.

Fokker wil ‘the most trusted and sustainable partner in the sky’ zijn. Wat houdt dat precies in? “Een leidende rol in de verduurzaming van de luchtvaart. Dat betekent dat we alleen nog maar investeren in nieuwe technologieën en nieuwe producten die een significante reductie met zich meebrengen wat betreft emissies. Dat doen we door in te zetten op elektrificatie-oplossingen, die behoorlijke eisen stellen aan de bekabeling, én door het produceren van lichtgewicht structuurdelen voor uiteindelijk alle type vliegtuigen. Maar ook door gebruik van alternatieve energiebronnen om te vliegen, zoals waterstof. We zijn daarnaast een belangrijke partner voor Luchtvaart in transitie en onderdeel van het Nationaal Groeifonds. Daarmee hebben we vorig jaar veel energie gestoken in het opstarten van projecten die bijdragen aan nul emissies in 2050.”

Hoe gaat het met die transitie naar een duurzame luchtvaart?

“Goed. Ik denk ook dat het niet alleen bij een ambitie blijft, want dankzij het Groeifonds kunnen we die onderliggende projecten ook echt realiseren. Je ziet ook dat de vraag vanuit de vliegtuigmarkt naar producten die de uitstoot of de emissie van vliegbewegingen reduceert, significant toeneemt. Dat geldt zowel voor de bekabeling als voor de vraag naar lichtgewicht structuurdelen, zodat een vliegtuig minder brandstof hoeft te verbruiken. Daar proberen wij ons steentje aan bij te dragen door echt flinke stappen te maken. Als bedrijf zelf verduurzamen we ook door bijvoorbeeld het samenvoegen van activiteiten. Onze twee productielocaties in Noord-Brabant hebben we in 2023 verplaatst naar Papendrecht. Daarnaast hebben we duurzame oplossingen gekozen voor de productiefaciliteiten en productieprocessen.”

Niet alleen woorden, maar ook daden dus?

(Lachend), “Ik zag hem al aankomen: ik ben – zoals de vraagstelling al doet vermoeden – een groot Feyenoord-fan en dat past inderdaad bij de manier waarop ik het liefst werk. Het is dus wel een club die bij me past ja, net als Fokker. Denken in mogelijkheden en uitdagingen aanpakken door er hard voor te werken samen met je team. Dat heeft ook mede bijgedragen aan het succes dat we de afgelopen jaren hebben behaald. Ik hoop dat ik me ook in de toekomst zo kan blijven inzetten voor zowel Fokker als de EBZ. En wat ze bij Fokker maken spreekt voor mij ook echt tot de verbeelding. Het eindproduct ziet er vaak relatief simpel en eenvoudig uit, maar als je de complexe technologie ziet die daarachter zit en hoe ze dat hebben uitgedacht! In Papendrecht maken we de staart, vleugelonderdelen en de romp van commerciële vliegtuigen. Ik mag weleens een vliegtuigonderdeel vastpakken en dan verwonder ik me over de lichtheid van het materiaal, maar tegelijkertijd is het enorm sterk. Dan zie je dat er in Nederland heel veel kennis en kunde is. Het is vooral ook die combinatie. We hebben bij Fokker de ingenieurs, maar óók de mensen die het op de vloer allemaal voor elkaar krijgen. Dat maakt het toch wel bijzonder wat je als bedrijf neerzet. Ik ben er trots op om daar onderdeel van te zijn. En tegenwoordig gelukkig dus ook van de EBZ.”

Eén van de doelstellingen van de Human Capital Agenda Zuid-Holland is een productievere beroepsbevolking door bijscholing en begeleiding in toekomstbestendig werk. Daar leveren jullie een flinke bijdrage aan toch?

“Klopt. Voor ons is het heel erg belangrijk dat we de beschikbaarheid van voldoende arbeid in deze regio op de juiste manier blijven ontwikkelen. Dat is ook de reden waarom we die samenwerking zoeken in de EBZ, maar ook met het Da Vinci College. We zijn zowel een grote werkgever alsook praktijkopleider hier in de regio. We bieden op verschillende opleidingsniveaus banen aan, van operator tot aan teamleider of groepsleider. Afgelopen jaar stond in het teken van transformatie en groei. In Papendrecht hebben we nu een multi-technologiesite waar al meer dan 2.000 mensen werken. Met de groei die we hebben doorgemaakt in Papendrecht zijn we meer dan verdubbeld en hebben we een behoorlijk beroep gedaan op de beschikbare arbeidskrachten hier in de regio.”

Wat levert de samenwerking met de EBZ jullie op en welke inzichten heeft dat al opgeleverd?

“Een aantal dingen. Versterking van het concurrentievermogen van Nederland als industrieland is een belangrijk punt. Maar in de eerste plaats is de EBZ voor ons een inspirerend netwerk. Samen bouwen aan de uitdagingen die er liggen, zoals de krapte op de arbeidsmarkt. Dat is na COVID meer dan ooit een issue. Genoeg arbeidskrachten is heel belangrijk voor de kans die je hebt als industrie om je te kunnen ontwikkelen in lijn met jouw gemaakte plannen. Juist door die samenwerking te zoeken met de EBZ, maar ook met scholen en overheden zorg je ervoor dat je met elkaar vraag en aanbod dichter bij elkaar kunt brengen. Ten tweede kom je door het onderling delen van kennis veel verder dan alleen denkend vanuit je eigen sector. Die samenwerking kan tot inzichten leiden die we anders zelf pas veel later pas zouden hebben, of misschien helemaal niet. We doen ook continu nieuwe inzichten op over hoe de wereld aankijkt tegen duurzaamheid. Daarin voelen we ons gesterkt dat we met onze projecten de goede weg zijn ingeslagen om duurzaamheid echt op nummer één te zetten.”

 

“Successen behalen doe je wat mij betreft altijd samen” – Dennis Laven

 

Wat brengen jullie mee in de EBZ?

“We zijn natuurlijk een multinational met veel kennis en ervaring. Daarnaast zijn we ook een grote Nederlandse speler in de Aerospace Delta, samen met TU Delft, de kennisinstituten daar en in de defensie-industrie. Ik denk ook dat een gezonde defensie-industrie belangrijk is voor Nederland en dat die baat heeft bij ons innovatief vermogen en karakter. Daarmee leveren we als bedrijf tegelijkertijd een bijdrage aan de veiligheid van ons land. Voor ons is het van belang dat wij in Nederland het juiste netwerk om ons heen houden om succesvol te kunnen zijn, en de samenwerking in Nederland te kunnen aangaan met de juiste partijen. Om met elkaar de juiste innovaties en beschikbaarheid van mensen en middelen voor elkaar te krijgen en om te voldoen aan de vraag die er is. Samen kansen grijpen, daar gaat het volgens mij om. Ik denk echt dat je sector overstijgend moet samenwerken om die eerdergenoemde vraagstukken aan te pakken. Want Nederland is een prachtig land met heel veel kansen, ook voor de industrie. Maar om daar successen te halen, moet je dat wat mij betreft altijd samendoen. De EBZ is een heel goed platform om samen die kansen te grijpen.”

Talent is dé sleutel tot innovatie en groei. Ook in het MKB, waar meer dan 70% van de inwoners van Zuid-Holland werkzaam in is. Uit onderzoek weten we dat te veel medewerkers van MKB-bedrijven onvoldoende doen aan om- en bijscholing. Dat terwijl de economie, het werk en de benodigde skills snel veranderen! Denk alleen maar aan digitalisering en nieuwe technologie. De komende decennia zullen beroepen versneld veranderen of zelfs verdwijnen. Dat vraagt om actie!

De Economic Board Zuid-Holland, Provincie Zuid-Holland en Rabobank lanceren met ondersteuning van ESTI daarom de MKB’ter Challenge! Het doel van deze challenge is het stimuleren van innovatieve oplossingen om een sterke leercultuur binnen het MKB in de provincie Zuid-Holland te bevorderen. Het ecosysteem van MKB-ondernemers, grote bedrijven, kennis- en opleidingsinstituten en overheden te versterken.

Help jij ons mee het MKB van Zuid-Holland te boosten?

Heb jij de oplossing voor de MKB’ter Challenge?

Download dan nu de challenge briefing via de website www.mkbeterchallenge.nl en dien een oplossing in!

De kans

Alle inzendingen worden beoordeeld door een vakjury. Er is prijzengeld van €25.000 beschikbaar en dit is dé kans om jouw oplossing in de markt te zetten met zicht op grootschalige toepassing bij MKB-bedrijven in Zuid-Holland. Je kunt tot uiterlijk 16 mei 2024 jouw oplossing insturen.

De beste oplossingen worden getest en begeleid in samenspraak met de Rabobank, dé partner van de MKB’ter challenge. Meedoen betekent voor jouw oplossing zichtbaarheid richting het grote netwerk aan MKB-ondernemers en een podium tijdens het finale evenement.

Mogelijke richtingen voor oplossingen:

  • Oplossingen om MKB-ondernemers en werknemers beter te bereiken en te activeren om met continu leren/ontwikkelen aan de slag te gaan;
  • Digitale platforms voor kennisdeling en samenwerking;
  • Innovatieve trainingsprogramma’s die aansluiten op MKB-behoeften en het makkelijk maken om medewerkers in staat te stellen om aan Leven Lang Ontwikkelen te doen;
  • Campagnes of initiatieven die effectief zijn als het gaat om het aanzetten tot leren en ontwikkelen in het MKB;
  • Partnerschap modellen tussen MKB-ondernemers en onderwijsinstellingen (en eventueel overheidsinstanties);
  • Programma’s die jonge werknemers in het MKB op weg helpen om aan Leven Lang Ontwikkelen en arbeidsmobiliteit te doen.

Ontmoet ons bij de Informatiesessie

Heb je nog vragen, bijvoorbeeld over het proces, over hoe je mee kunt doen of andere (inhoudelijke) vragen? Of wil je graag andere geïnteresseerden en het programmateam ontmoeten? Kom dan op dinsdagmiddag 19 maart 2024 naar de informatiesessie: een bijeenkomst waar je al jouw vragen kunt stellen rondom de MKB’ter Challenge en waar we elkaar kunnen ontmoeten. Aanmelden kan al via deze link.

Blijf op de hoogte

Blijf op de hoogte van alle ontwikkelingen rondom de MKB’ter Challenge door je in te schrijven voor de nieuwsbrief.

 

Volgens Wikipedia is een Kwartiermaker een van oorsprong militaire term voor troepen die vooruit worden gestuurd om voorbereidingen te treffen voordat de rest van de militairen arriveert. In overdrachtelijke zin: iemand die belast is met de voorbereiding, de organisatie van iets geheel nieuws; voorloper, wegbereider. Wij werken binnen het Human Capital Agenda programma van de Economic Board en provincie Zuid-Holland veel met kwartiermakers. Omdat duurzaam succes staat of valt bij het leggen van een stevig fundament. Bij elkaar opgeteld hebben we wel “een paar uur” rondlopen. Dat sluit goed aan bij de maakindustrie waarvan we met zijn allen vinden dat we die nieuw leven in moeten blazen en moeten koesteren. Onlangs heeft de Taskforce Human Capital Zuid-Holland zijn akkoord gegeven aan de voorbereiding door een drietal kwartiermakers van weer een aantal belangrijke initiatieven. Te belangrijk om onbelicht te laten.

Als eerste is daar het Energie Transitie Huis (ETH) in Alphen aan den Rijn e.o. Een mooi Groene Hart-initiatief, voortgekomen uit de vastgestelde wens om als regio in 2050 energieneutraal, klimaatbestendig en volledig circulair te zijn. Daar is het initiatief tot de opzet van het ETH ontstaan. Want net als in veel andere regio’s en sectoren is de arbeidsmarktkrapte een serieuze bedreiging voor het kunnen realiseren van de getoonde groei- en vergroeningsambities. Met de komst van een ETH willen de partners een brandpunt creëren waar werknemers (inclusief zij-instromers) en studenten in de regio opgeleid worden in nieuwe en innovatieve energiebesparende technieken. Daarnaast wordt het een plek waar bedrijven hun nieuwste technieken kunnen testen en inwoners informatie kunnen krijgen over wat zij (zelf) kunnen doen om bij te dragen aan de energietransitie.

Minstens zo belangrijk is een andere transitie, die we met de Groeiagenda Zuid-Holland willen versnellen en die we daarom vanuit de Human Capital Agenda ondersteunen. namelijk de eiwittransitie. Deze speelt een rol in de Food Innovation Academy. Dit wil hét kennis- en innovatiecentrum van de levensmiddelenindustrie in de regio Rotterdam-Den Haag zijn. Dit tripartiete samenwerkingsverband gaat wil de bestaande infrastructuur en netwerken ook inzetten voor bijvoorbeeld bij- en omscholing van bestaande medewerkers. Ook gaan werkgevers veel meer samenwerken om werknemers via de ontwikkeling van carrièrepaden voor de sector te behouden, krijgt de sector een inclusie-impuls en wordt de in de Human Capital Agenda geprioriteerde instroom in de techniek gestimuleerd.

Tot slot mag de uitbouw van het Technolab in de Leidse regio niet onbesproken blijven. Al jaren een schoolvoorbeeld om jongeren enthousiast te maken voor techniek, willen zij hun bestaande (infra)structuur in de toekomst nu open stellen en geschikt maken voor volwassen werkenden om hen bij (en om) te scholen in nieuwe technologieën in de verschillende sectoren.

De door ons ingezette kwartiermakers gaan de weg bereiden om als gezamenlijke en betrokken partijen van plan naar uitvoering te komen. Uitvoering die vervolgens mede mogelijk kan worden gemaakt door HCA-deelakkoorden, met financiering door partners, aangevuld met maximaal 25% cofinanciering door de provincie. Hiermee wordt bijgedragen aan de doelstellingen van de Zuid-Hollandse Human Capital Agenda en aan de ontwikkeling van de provincie tot koploper Leven Lang Ontwikkelen.

Meer weten?

Schroom niet om contact op te nemen met een van de leden van het Programmateam Human Capital.

 

© Op de foto: De kwartiermakers en projectleiders betrokken bij de Human Capital Agenda, november 2023

We zijn verheugd om jullie voor te stellen aan onze nieuwe collega, Astrid Garretsen, die ons team versterkt als Strategisch Adviseur. Ze gaat aan de slag als secretaris van de taskforces Digitale Economie, Circulaire Economie en Energietransitie. Met veel ervaring op het gebied van publiek-private partnerships, strategie- en implementatietrajecten en high-tech innovatieis zij een zeer welkome aanwinst voor ons team. In het verleden heeft Astrid gewerkt bij kennisinstellingen, bedrijven én overheden. Het versterken van triple helix samenwerkingen is daarmee een van haar grote ambities. 

Benieuwd naar onze nieuwe collega? Dat begrijpen we en daarom stellen we haar graag alvast via deze weg aan je voor:

Welke expertise breng je mee in het EBZ-team?

“Als consultant bij McKinsey & Company ben ik regelmatig betrokken geweest bij publiek-private projecten, waarbij (technologische) innovatie een hoofdrol speelde. In deze projecten vervulde ik steeds een verbindende, coachende en structurerende rol voor de betrokken topbestuurders en -ondernemers. Ik heb een multidisciplinaire studieachtergrond in zowel medisch/technische als juridisch/ethische vraagstukken.”

Wat zijn jouw persoonlijke ambities die je in je professionele leven nastreeft?

“Ik wil mezelf graag persoonlijk ontwikkelen en tegelijkertijd de wereld beter achterlaten dan ik deze heb aangetroffen. In het bijzonder ben ik gemotiveerd om me in te zetten voor het verbeteren van de levensverwachting van alle sociaaleconomische groepen en ik geloof dat een schone en gezonde leefomgeving daar in belangrijke mate aan bijdraagt.”

Wat spreekt jou aan in de taskforces Digitale Economie, Circulaire Economie en Energietransitie?

“Zuid-Holland is de motor van de Nederlandse economie en kent tegelijk grote uitdagingen. De regio heeft veel potentie én een sleutelrol in de grote transities waar we als samenleving voor staan. De EBZ-taskforces dragen bij aan het vernieuwen, verduurzamen en versterken van de economie.”

En tot slot: wat wil je bereiken binnen deze taskforces?

Ik hoop dat we, door effectief samen te werken met alle betrokkenen, Zuid-Holland en daarmee Nederland in 2030 een stukje schoner, leefbaarder en weerbaarder hebben gemaakt! 

 

Welkom bij het team, Astrid. We kijken uit naar de samenwerking!

 

Even sparren?

Dat kan! Neem contact op met Astrid via astrid.garretsen@economicboardzuidholland.nl.

Binnenkort lanceren we de de MKB’ter Challenge! Ook in het MKB is talent dè sleutel tot innovatie en groei. Meer dan 70% van de inwoners van Zuid-Holland werkt in het MKB. Wat we uit onderzoek weten is dat te veel medewerkers van MKB-bedrijven onvoldoende doen aan bijscholing en omscholing. Dat terwijl de economie, het werk en benodigde skills snel veranderen! Denk alleen maar aan digitalisering en nieuwe technologie. De komende decennia zullen beroepen versneld veranderen of zelf verdwijnen. Dat vraagt om actie.

Weinig gebruik van bestaand aanbod

Er is veel scholingsaanbod en ook zijn er vaak financiële mogelijkheden die onvoldoende worden benut. Onlangs nog werd becijferd door AWVN dat werknemers jaarlijks meer dan 1,5 miljard euro laten liggen. Dit is niet alleen zonde, maar leidt ook tot forse economische schade. Denk alleen al aan productiviteitsverlies door niet efficiënt of niet met de laatste kennis en vaardigheden te werken. Nederland loopt achter als het gaat om innovatie en juist hiervoor – zéker in het MKB, waar vaak geen R&D afdelingen en HRM-functies bestaan – zijn de mensen op de werkvloer de sleutel tot vernieuwing.

We moeten talent dus veel meer benutten en een brede leer- en ontwikkelcultuur realiseren. Dat is dus ook een belangrijke doelstelling van het bedrijfsleven en alle partners bij de Human Capital Agenda Zuid-Holland. Onlangs is Rabobank onze partner geworden. Ook zij willen graag doen wat mogelijk is om het MKB hierin te ondersteunen.

Maar hoe krijgen we dit voor elkaar?

Wij organiseren de MKB’ter Challenge waarmee we oproepen om vernieuwende ideeën en initiatieven te delen over hoe we in het MKB in Zuid-Holland kunnen komen tot een brede leer- en ontwikkelcultuur. Zuid-Holland koploper Leven Lang Ontwikkelen! Hoe zorgen we ervoor dat het MKB wèl breed gebruik gaat maken van het beschikbare scholingsaanbod en de scholingsmiddelen?

Met ondersteuning van stichting ESTI dagen de Economic Board Zuid-Holland, Provincie Zuid-Holland en Rabobank een ieder uit om ideeën en initiatieven bij ons in te dienen in de challenge.

Denk jij hier de oplossing voor te hebben?

Doe dan mee aan deze challenge en boost samen met ons het MKB van Zuid-Holland!

Een paar belangrijke zaken op een rij:

  • Op 20 februari gaan we live en kunt u alle benodigde informatie vinden op www.mkbeterchallenge.nl. Hou deze website dus in de gaten!
  • Save-the-date voor de Informatiesessie

Heb je nog vragen, bijvoorbeeld over het proces, over hoe je mee kunt doen of andere inhoudelijke vragen? Of wil je graag andere geïnteresseerden en het programmateam ontmoeten? Kom dan op dinsdagmiddag 19 maart 2024 naar de informatiesessie: een bijeenkomst waar je al jouw vragen kunt stellen rondom de MKB’ter Challenge en waar we elkaar kunnen ontmoeten. Noteer 19 maart 2024 dus alvast in jouw agenda en meld je aan via deze link.

Blijf op de hoogte: We houden je graag op de hoogte van alle ontwikkelingen rondom de MKB’ter Challenge. Schrijf je daarvoor in voor de nieuwsbrief.

 

Voor de vijfde tranche (2024) Regio Deals werden vanuit Zuid-Holland 5 aanvragen ingediend. Vier aanvragen zijn gehonoreerd, zo maakte minister Hugo de Jonge vrijdag 9 februari namens het kabinet bekend.

Het gaat om de regio’s:

  • Delft
  • Waterweggemeenten
  • Drechtsteden-Gorinchem
  • Zuid-Hollandse Delta

Zij ontvangen gezamenlijk €65 miljoen extra van het Rijk. In de Regio Deals werken Rijk en regio samen aan een betere woon-, werk- en leefomgeving voor inwoners en ondernemers in de regio. Op die manier wordt een bijdrage geleverd aan het verhogen van de brede welvaart en de Groeiagenda Zuid-Holland.

Meindert Stolk, gedeputeerde Economie en Innovatie: “Vanmiddag hebben wij gehoord dat maar liefst 4 regio’s uit Zuid-Holland extra geld van het Rijk ontvangen dat zij kunnen gebruiken voor plannen die het leven, wonen en werken van onze inwoners en ondernemers verbeteren. Er is maar liefst €65 miljoen beschikbaar gesteld om de regionale economie te versterken. Een ontzettend mooi bedrag! Ik kijk uit naar de plannen die uit de Regio Deals voortvloeien.”

De gehonoreerde Regio Deals in het kort:

Delft-West

De aanvraag vanuit Delft concentreert zich op de kwetsbare wijk Delft-West met 35.000 inwoners. En zet vooral in op een betere en duurzame aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt. Met deze op Delft-West toegespitste aanpak willen de alliantiepartners in ‘Wij West’ de bestaanszekerheid en het toekomstperspectief van bewoners structureel verbeteren. Dit gebeurt in samenwerking met regionale partners vanuit onderwijs en bedrijfsleven. Deze regio ontvangt €12,3 miljoen.

Waterwegregio

De aanvraag vanuit de Waterwegregio is vooral gericht op kwetsbare wijken in Schiedam, Vlaardingen, Maassluis en Rotterdam West. De Waterwegregio heeft jarenlang in de schaduw gestaan van Rotterdam-Zuid, terwijl de problematiek daar niet voor onder doet. Nu de 4 gemeenten elkaar hebben gevonden, ligt er een uitgelezen kans om krachtig samen te werken (ook met maatschappelijke partners) aan een betere toekomst voor en met inwoners en bedrijven. De aanpak is vertaald in 3 pijlers:

  • Het verbeteren van de leefbaarheid in de wijken;
  • Het bevorderen van duurzame werkgelegenheid;
  • Het realiseren van doorbraken in duurzaam en circulair wonen en werken.
  • De Waterwegregio ontvangt €17,7 miljoen.

Drechtsteden-Gorinchem

De aanvraag vanuit de Drechtsteden-Gorinchem gaat om een (gezonde) leefomgeving, bestaanszekerheid en innovatie. De regionale economie is kwetsbaar en de brede welvaart in sommige wijken is onverminderd slecht, terwijl de impact van de PFAS-problematiek rond Chemours nog niet uit de scores is af te lezen. We zien dat de triple helix partners in de regio elkaar, mede voortbouwend op de eerdere Regio Deal, steeds beter weten te vinden. De regio Drechtsteden-Gorinchem ontvangt €25 miljoen.

Zuid-Hollandse Delta

De aanvraag vanuit de Zuid-Hollandse Delta bouwt voort op de vorige Regio Deal rond de thema’s duurzaamheid, agrifood, landschap & toerisme en onderwijs & arbeidsmarkt. Hoewel de brede welvaart in deze regio gunstig is, staat ze in de toekomst onder druk. De regio heeft te maken met ontgroening en vergrijzing en een tekort aan arbeidskrachten met een hoge vraag naar goed opgeleid personeel. De karakteristieke delta staat onder druk door de transitieopgaven en de opgaven op het gebied van bodem en water. In combinatie met ontwikkelingen in het Haven Industrieel Complex geeft dit de regio extra druk en een minder gunstig toekomstbeeld. Deze regio ontvangt €10 miljoen.

Er was ook een aanvraag uit de Duin- en Bollenstreek (ligt gedeeltelijk in Noord-Holland). Deze is niet gehonoreerd.

Realisatie van de Regio Deals

Alle regio’s hebben in onze ogen een formidabele prestatie geleverd. Ze hebben grote stappen gezet in de samenwerking en prachtige plannen gesmeed passend bij de eigen problematiek en identiteit. Deze plannen kunnen zeker het verschil maken voor de brede welvaart van inwoners en ondernemers van de regio’s en soms ook voor anderen daarbuiten. En nu komt het aan op realisatie daarvan in het belang van de brede welvaart van de inwoners en ondernemers. Partnerschap van het Rijk is daarvoor onontbeerlijk. De regio’s en de provincie zijn er klaar voor.

Terwijl de storm om ons heen raasde, vierden we op 2 november met de partners van de Human Capital Agenda (HCA) Zuid-Holland onze mooie resultaten. Ook bespraken we de volgende fase van de HCA: een gerichte strategie om de werking van de arbeidsmarkt in Zuid-Holland structureel te verbeteren. Structurele vernieuwing van de arbeidsmarkt, het onderwijs en HRM. Aan de hand van visies van sprekers uit bedrijfsleven, onderwijs en overheid gingen we met elkaar in gesprek de rol die de menselijke factor (human capital) speelt bij het realiseren van brede welvaart. Zuid-Holland doet het niet goed in de benchmark van brede welvaart en hetzelfde geldt voor het aanboren van onbenut talent om de transities te kunnen realiseren. Als Taskforce en Programmateam Human Capital zijn we trots op de ruim 150 partners bij de HCA en hoeveel daarvan weer en wind hebben getrotseerd om tijdens het event samen met ons de successen in de afgelopen jaren te vieren en samen vooruit te blikken. Hoe gaan we met de HCA Zuid-Holland het nieuwe jaar tegemoet? Door een aangescherpte veranderstrategie, met twee sporen: DOEN en BOUWEN.

© Human Capital Event Zuid-Holland 2023

Van versnippering naar een samenhangende en transparante aanpak

We zijn een regio met ontzettend veel potentie, die tegelijkertijd grote uitdagingen kent, namelijk dat we voor grote uitdagingen staan (zoals de energietransitie en duurzame economie), terwijl we intussen te kampen hebben met grote personeelstekorten, mismatch en onderbenutting van menselijk potentieel. De arbeidsmarkt aanpak in Zuid-Holland, zo bleek uit eerder onderzoek, is versnipperd en daardoor onvoldoende effectief. We missen slagkracht, zo was in 2018 de conclusie. Dit resulteerde in veel schade, zoals het missen van circa € 6 miljard toegevoegde waarde en van 3,7 % economische groei. Via een gezamenlijke HCA, met concrete doelstellingen en afspraken, nemen we daarom als bedrijfsleven, onderwijs en overheden verantwoordelijkheid. Van versnippering naar een samenhangende en transparante aanpak. Het doel is om de talenten van alle inwoners maximaal te benutten, werkgevers goed te ondersteunen in hun personele uitdagingen en om Zuid-Holland – met een brede, actieve leercultuur – koploper te maken in Leven Lang Ontwikkelen. Een groot aantal Human Capital deelakkoorden en projecten werd gestart en daarmee zijn we – volgens onafhankelijk tussentijds evaluatieonderzoek van de Erasmus Universiteit (SEOR) – op de goede weg.

Een tweesporenstrategie voor directe resultaten en duurzame arbeidsmarktontwikkeling

De volgende vraag, die we met elkaar hebben beantwoord, was: hoe ziet de stip op de horizon eruit en hoe zorgen we niet alleen voor concrete (scholings)projecten, maar ook voor duurzame impact? Hoe ziet de structurele arbeidsmarktvernieuwing eruit en wat betekent dat voor onze ‘veranderstrategie’?

Het beleid rondom de Human Capital Agenda (ember. Vervolgens wHCA) Zuid-Holland is daartoe in november door de Taskforce Human Capital aangescherpt en door Taskforce voorzitter Jeffrey van Meerkerk gepresenteerd tijdens het Partner event in noverd de voortgang en strategie van de HCA in december besproken met de Economic Board Zuid-Holland door Hans Schutte, lid van de Taskforce en voorzitter van ROC Mondriaan. Het resultaat van dit participatieve ontwikkelproces is een breed gedragen tweesporenstrategie: DOEN en BOUWEN.

Het DOEN-spoor is gericht op direct resultaat en kwantitatieve targets: bedrijven en inwoners profiteren direct van alle projecten. Daarnaast gaan we de komende jaren gericht BOUWEN. Dit spoor is vooral gericht op het realiseren van een structureel beter werkende arbeidsmarkt door de versnippering in de aanpak tegen te gaan. Meer samenwerking, meer samenhang, meer transparantie, bredere impact. Bijvoorbeeld door samenwerking met de techniekbranches gezamenlijk (Techniekcoalitie Zuid-Holland) en door]e LLO alliantie van de vijf ROC’s in Zuid-Holland.

Download de two-pager

In onderstaande twopager wordt deze tweesporenstrategie DOEN en BOUWEN nader toegelicht. Wilt u daar meer over weten? Onze programmamanager Henk Bakker, onze Strategisch Projectadviseurs Aad van Pelt en Ron Brans en onze strategisch beleidsadviseur Cees-Jan van Overveld staan u graag te woord.

 

 

 

Het zal je maar gebeuren dat je als directeur van een groot onderhoudsbedrijf op een maandagmorgen wordt gebeld door de dochter van één van je medewerkers die al jarenlang bij je in dienst is. De dochter heeft maar één vraag: “Wil je alsjeblieft mijn vader ontslaan?” Bij doorvragen blijkt dat de medewerker (62 jaar oud) in het weekend niet zo gezellig meer is voor zijn gezin. Hij heeft heel veel last van zijn knieën en zijn rug. Ligt voornamelijk op de bank en is voor zijn vrouw, kinderen en kleinkinderen niet meer de man die hij vroeger was. De dochter, ten einde raad, ziet nog maar één oplossing: hij moet stoppen met zijn huidige werk anders gaat het van kwaad tot erger. Dat zet de directeur tot nadenken over hoe deze medewerker met zijn specifieke skills en talenten nog wel behouden kan blijven voor haar bedrijf en mogelijk (tijdelijk) ingezet kan worden bij een ander bedrijf of zelfs in een heel andere bedrijfssector. Een intrigerend verhaal. Daarom zijn we blij om in dit artikel het mooie nieuws te delen: de Taskforce Human Capital heeft het deelakkoord ‘Sociale Circulariteit – De Nieuwe Arbeidsmarkt’ goedgekeurd! 

Met bovenstaand verhaal is het zaadje gepland voor het gedachtengoed van Amy Oerlemans, de directeur van Kloet Onderhoud B.V. in Vlaardingen. Oerlemans gaat hier verder over nadenken en spreekt erover met heel veel anderen: “We praten met elkaar al geruime tijd over een circulaire economie maar wat nou als we dit begrip ook eens bespreken vanuit een human capital perspectief?”.

Het startsein voor Sociale Circulariteit in Zuid-Holland

Dit is het begin geweest van het programma “Sociale Circulariteit”. Na een aantal verkennende gesprekken, hebben we als projectteam Human Capital van de Economic Board Zuid-Holland, één van onze kwartiermakers Eva Jeremiasse ingezet om ondersteuning te bieden bij de totstandkoming van een plan van aanpak en een concept deelakkoord Human Capital.

Een nieuw Human Capital Agenda (HCA)-deelakkoord waar we trots op zijn. Vernieuwing van HRM, als werkgevers gezamenlijk verantwoordelijk nemen voor mensen en medewerkers ook in staat stellen om eigen regie te nemen. Een geweldige nieuwe dimensie aan het begrip circulariteit: gezamenlijk zorgen voor sociale circulariteit door als werkgevers met elkaar te zorgen dat mensen duurzaam en passend bij hun talenten aan de slag kunnen blijven. Inclusief ontwikkelen van skills van medewerkers en matchen op skills en drijfveren, waardoor je talent voor de regio deelt en behoudt, arbeidsproductiviteit  verhoogt, uitval verlaagt en mensen zich optimaal en gelukkig kunnen ontplooien. Nu dit deelakkoord is goedgekeurd door de Taskforce Human Capital, kan subsidie aangevraagd worden bij de Provincie Zuid-Holland. Hierdoor is het startschot voor een circulaire arbeidsmarkt in de Waterwegregio nu écht gegeven.

Samenwerking in de Waterwegregio voor een nieuwe lokale en circulaire arbeidsmarkt

Het initiatief is ontwikkeld in samenwerking met Stichting De Riverboard, Kloet Onderhoud B.V. en de Tafel LLO van De Riverboard. De Riverboard is een samenwerking van bedrijven, overheden, onderwijsinstellingen en maatschappelijk organisaties in de Waterweggemeenten Maassluis, Vlaardingen en Schiedam.

In de Waterwegregio creëren bedrijven samen met onderwijs en overheid een nieuwe lokale en circulaire arbeidsmarkt met veilige en prettige mogelijkheden voor mensen om in beweging te komen en te blijven in huidige en nieuwe banen (intersectoraal). Er wordt de beste weg gezocht voor de mensen binnen de huidige beperkingen van wet- en regelgeving in het arbeidsmarktsysteem en de cultuuromslag van denken en doen die nodig is bij mensen en bedrijven als het gaat om leven lang ontwikkelen. De gezamenlijke aanpak is gebaseerd op denken vanuit skills (een combinatie van talenten, ambities en mogelijkheden) en de transities (technologisch, energie, maatschappelijk) die op bedrijven afkomen. Deze beweging in gang zetten kan een individueel (MKB)bedrijf niet alleen; dit gaan de partners samendoen in de Waterwegregio! Dit vertaalt zich naar buiten toe dat onder de naam “De Nieuwe Arbeidsmarkt (DNA)” en de pay-off “Lokaal Geluk Werkt!”.

 

Wil je meer weten over dit deelakkoord of even sparren?

Neem contact op met Aad van Pelt, Strategisch Projectadviseur Human Capital.

Shell Energy and Chemicals Park Rotterdam. Dat is de officiële naam van het enorme terrein dat voor velen nog steeds bekend staat als Shell Pernis. Het is de grootste raffinaderij in Europa en ook een locatie waar Shell werkt aan de energietransitie. Met als uiteindelijk doel: een einde aan de uitstoot – netto nul genoemd – in (uiterlijk) 2050. Pauline Buitink is sinds december 2022 de General Manager van Shell Energy and Chemicals Park Rotterdam. Historisch feit: zij is de eerste vrouw in deze positie. Sinds de zomer van 2023 is Pauline Buitink, als opvolger van voormalig Shell Nederland directeur Marjan van Loon, lid van de Economic Board Zuid-Holland (EBZ). In dit interview vertelt ze over haar persoonlijke achtergrond en werkervaring, de ontwikkelingen bij het bedrijf waar ze leiding aan geeft en haar visie op het belang van samenwerking met de EBZ en relevante partners in Zuid-Holland.

1987: Pauline Buitink studeert scheikundige technologie aan de Technische Universiteit van Delft. Haar afstudeerproject is bij Shell in Amsterdam en van het één komt het ander. Ze begint aansluitend aan haar opleiding een carrière. Eerst in verschillende technische banen. Van de pure chemie maakt ze daarna de overstap naar functies die meer over chemie tussen mensen gaan. Buitink: “Dat was een bewuste keuze, die je bij Shell op een bepaald moment kunt maken. Je kunt ervoor kiezen om in de techniek te blijven werken, maar ik koos voor het management. Dan krijg je steeds meer verantwoordelijkheid en groei je door als leidinggevende.”

Inmiddels werkt Pauline Buitink meer dan 25 jaar bij de onderneming. Jarenlang in Nederland, maar ook drie keer enkele jaren (ver) over de grens. Ze is verantwoordelijk voor het ontwerp van een Shell-fabriek in China en gaat, begin deze eeuw, vervolgens in dat land aan de slag om de plannen ook echt uit te gaan voeren.

“Ik ben 3,5 jaar bij het ontwerp van een Shell-fabriek in China geweest om ervoor te zorgen dat alles wat bij zo’n start-up komt kijken – technisch en ook qua opleiden van mensen – werd uitgevoerd.”

Ervaring als vrouwelijke techneut in het buitenland

Na een tussenfase in Nederland bij Shell in Amsterdam, vertrekt ze in 2015 voor een periode van vijf jaar naar Qatar, waar Shell benzine en andere brandstoffen maakt uit gas. Over die tijd zegt ze: “In Qatar had ik als technologie manager een hele mooie combinatie van een technische en een managementuitdaging, met een team van 80/90 mensen. Van tevoren hadden we gesproken over het feit dat ik een vrouw ben. Juist omdat er niet zoveel buitenlandse vrouwen werken, met name in technische beroepen, had ik daar een grote zichtbaarheid. Ik was één van de mensen die veel in overleg was met de Qatari’s en in de praktijk ging dat eigenlijk heel prima. Ik werd er gewaardeerd op mijn kennis en kunde.”

Na Qatar is Canada het volgende (en tot nu laatste) buitenland waar Pauline Buitink werkt. Daar is zij General Manager van een raffinaderij, ongeveer een vijfde van de grootte van die in Pernis. In de tijd dat ze daar werkt, laat ze binnen Shell weten dat zij en haar man, die bij haar was in China en Qatar, na al die jaren leven als ’expats’ graag weer terug zouden gaan naar Nederland.

Buitink: “Toen ik in China aan het werk kon, hebben mijn man en ik een grote keuze moeten maken. Hij heeft zijn baan opgezegd. Gelukkig kon hij in China ook aan de slag en hij was er voor de kinderen, een tweeling, toen één jaar oud. Terug in Nederland was mijn man een ‘stay at home dad’, weer een bewust besluit. Ook de keuze om naar Qatar te gaan, hebben wij gezamenlijk gemaakt. De tweeling was toen dertien. We hebben ze niet mee laten beslissen, maar ik kan wel zeggen dat zij daar een bredere kijk op de wereld hebben ontwikkeld. Wij hebben met elkaar in het buitenland hele goede tijden gehad.”

Het doel moet in 2050 worden bereikt

Sinds december 2022 is Pauline Buitink General Manager Shell Energy and Chemicals Park Rotterdam. Een gigantisch complex, met een enorme raffinaderij waar per dag 405.000 vaten olie worden verwerkt en met fabrieken voor chemicaliën. Er staat ook een groot kantoorgebouw, waar Pauline Buitink zetelt. Wie er de trap neemt, wordt gevraagd (of eigenlijk verplicht) de leuning vast te houden. Veiligheid is op het hele terrein een belangrijk aandachtspunt, voor Shell-mensen en voor bezoekers. Als General Manager is Buitink voortdurend bezig met veiligheid en betrouwbaarheid en ook – Shell is onderaan de streep een onderneming – met de manier waarop geld wordt verdiend. “Daarnaast hebben we, en dat vind ik het mooie van onze ‘site’ en ons bedrijf, ook de ambitie om aan de energietransitie te werken. We willen naar netto nul emissie. Zo willen we onze eigen uitstoot bij de productie naar nul brengen en ook stoppen met het maken van producten uit fossiele grondstoffen. Dat is niet iets wat we alleen maar zeggen, we werken er al volop aan. Het doel moet in 2050 zijn bereikt.”

Shell zet vol in op groene waterstof

Op weg naar het doel maakt Shell Pernis Energy and Chemicals Park Rotterdam (logischerwijs) gebruik van het voordeel dat de onderneming midden in het haven-industrieel complex van Zuid-Holland ligt. Om de productie van de raffinaderij schoner te maken, gaat Shell groene waterstof van een door de onderneming zelf gebouwde fabriek op de Maasvlakte gebruiken. Het windenergieproject waarmee de stroom voor de waterstoffabriek wordt gemaakt, is ook een investering van Shell.

Op het complex van Shell Pernis Energy and Chemicals Park Rotterdam wordt gewerkt aan een fabriek voor biobrandstoffen, die met name bedoeld zijn voor transportmiddelen van klanten die minder makkelijk zijn te elektrificeren, zoals grote vrachtwagens en vliegtuigen. De capaciteit van de biobrandstoffenfabriek is vergelijkbaar met de reductie in uitstoot van één miljoen personenauto’s. Ander feit: een kwart van de CO₂-uitstoot van de raffinaderij zal worden afgevangen en (via het Porthos-project van onder andere het Havenbedrijf Rotterdam) worden opgeslagen onder de Noordzee.

In tijden van klimaatverandering en toenemend protest tegen het gebruik van fossiele grondstoffen kan de vraag worden gesteld: kan die verduurzaming niet sneller? Pauline Buitink: “We kunnen onze site uitzetten, maar dan is het gebruik van fossiel nog niet gestopt. Uiteindelijk willen we allemaal naar netto nul uitstoot, maar je hebt het hier wel over enorme strategische beslissingen en miljarden investeringen. Zo’n waterstoffabriek, dat kun je door de hoge kosten één keer doen, niet ineens 3 of 4 keer. We zijn nu zelf onze enige klant. Wij hebben ons pad naar netto nul uitgezet en daar willen we ons aan houden. Maar, en dat bleek ook weer tijdens de klimaattop in Dubai, je moet het wel met de hele wereld doen.”

Verschil maken als Shell-vertegenwoordiger in de Economic Board Zuid-Holland

Namens Shell is Pauline Buitink lid van de Economic Board Zuid-Holland (EBZ). Op het moment van het interview heeft zij twee EBZ-vergaderingen en een diner achter de rug en kan zij haar eerste ervaringen en gedachten delen. Zij vindt het vanuit persoonlijk perspectief aantrekkelijk om meer kennis op te doen van en begrip te krijgen voor alles wat er op economisch gebied in Zuid-Holland gaande is. “Ik kom zelf niet uit Zuid-Holland, maar ik krijg zo een mooi beeld van het stakeholderlandschap. Dat is interessant. Zo kwam ik tijdens Het Diner de directeur van Rotterdam-The Hague Airport tegen – Wilma van Dijk – en met haar sprak ik over de verduurzaming van de luchtvaart.”

Dan, vanuit het bedrijfsperspectief: “Shell heeft, om het zo te zeggen, een stevige ‘footprint’ in Zuid-Holland, niet alleen hier in Pernis, maar ook in het centrum van Rotterdam en Den Haag. Wij vinden daarom dat wij als Shell een rol te spelen hebben in de Economic Board Zuid-Holland. Ik vertegenwoordig het hele bedrijf. Ik zit niet in de EBZ, omdat wij er als Shell iets uit willen halen, wel om, samen met anderen, Zuid-Holland te helpen met het halen van de doelen die we willen bereiken. Niet als leuk praatgroepje op de donderdagmiddag, maar om echt sturing te geven en, door inzet van de beschikbare kennis en kunde, het verschil te maken. En door met elkaar vast te stellen en te werken aan wat noodzakelijk is in Zuid-Holland, waar het zwaartepunt van de industrie van Nederland ligt. Dat collectief doen, kan echt helpen.”

Groeiagenda Zuid-Holland

Buitink ziet in de combinatie en de samenwerking van het bedrijfsleven, de overheden en kennisinstellingen in de EBZ een grote meerwaarde. Op de vraag wat er mogelijk gebeurt als er geen EBZ zou zijn, zegt ze dat er dan versnippering dreigt. “Een gezamenlijke aanpak maakt een grotere impact. Wij hebben als EBZ met de Groeiagenda Zuid-Holland duidelijk aangegeven waar we als Zuid-Holland beter in willen worden en in welke ‘takken van sport’ we willen groeien. Dan heb ik het over medewerkers (human capital) en de vraag hoe onze werkgelegenheid van de toekomst eruitziet. En bijvoorbeeld ook over de vraag hoe we de energietransitie doorzetten. Het gaat erom dat we samen stappen zetten om verbeteringen te maken. We hebben in Zuid-Holland een diversiteit aan bedrijven en instellingen en de kunst is met elkaar ervoor te zorgen dat je daarbij een goede gemene deler vindt.”