Belangrijke bedrijvigheid en innovatie dreigen weg te vallen door de economische crisis ten gevolge van corona. Banen staan onder druk, net als initiatieven om de economie te vernieuwen en CO2-neutraal te maken. Dit komt bovenop de grote uitdagingen die de regio Zuid-Holland reeds had: achterblijvende economische prestaties, hoge werkloosheid, een grote woningbouwopgave en een té beperkte bereikbaarheid. Private en publieke sleutelspelers hebben een gezamenlijk actieplan gemaakt om de Zuid- Hollandse economie te vernieuwen en versterken. Investeren in het actieplan van Zuid-Holland levert Nederland in tien jaar € 24 miljard extra BBP, 200.000 woningen, 40% CO2-reductie en 120.000 nieuwe banen op.

Achterblijvende economische groei

De grootste nationale opgaven krijgt Zuid-Holland voor de kiezen. De regio vormt een vijfde van de nationale economie en stoot een derde van de CO2 uit. Bovendien woont 20% van de Nederlandse bevolking in Zuid-Holland en daar komen in tien jaar nog eens 400.000 extra inwoners bij. En dat terwijl de regio al geen sterke uitgangspositie had: de afgelopen tien jaar groeiden Noord-Holland en Brabant 10-15% meer dan Zuid-Holland. Europese concurrerende regio’s als Antwerpen, München en Stockholm groeiden zelfs drie keer harder.

Zuid-Holland heeft nu een gezamenlijke actie- en Investeringsagenda opgesteld om de belangrijke nationale uitdagingen aan te pakken: de Groeiagenda Zuid-Holland. De Groeiagenda werd op 15 januari door de Economic Board Zuid-Holland vastgesteld. Ruim 40 bedrijven, kennisinstellingen en overheden uit Zuid-Holland investeren samen fors en samenhangend in:

  • Energie-infrastructuur
  • Maakindustrie
  • Kennis & innovatie
  • Human Capital
  • Bereikbaarheid

Met deze Groeiagenda gaat Zuid-Holland:

 

  • 40% van de CO2-reductie in Nederland realiseren
  • 25% van de Nederlandse woningbouwopgave realiseren door 200.000 woningen te bouwen
  • 000 éxtra banen creëren
  • € 24 miljard éxtra BBP voor Nederland realiseren in tien jaar

 

De OESO, NEO Observatory en Erasmus Universiteit hebben berekend dat het in samenhang uitvoeren van de Groeiagenda Zuid-Holland structureel 12 % extra economische groei oplevert na 10 jaar. Dat betekent over 10 jaar € 24 miljard extra BBP voor Nederland. Ook is berekend dat deze aanpak 120.000 banen oplevert.

Om dat voor Nederland te kunnen realiseren heeft Zuid-Holland hulp van het Rijk nodig om snel een begin te kunnen maken met de samenhangende investeringen in de Groeiagenda.

Groeiagenda ondersteund door brede coalitie

Bedrijfsleven:

  • Havenbedrijf Rotterdam
  • DSM
  • Shell
  • Janssen Pharmaceuticals
  • Batenburg
  • Airbus Defence & Space NL
  • GKN-Fokker
  • ManPowerGroup
  • KPN
  • Stedin
  • LG Sonic
  • HTM
  • Technolution
  • VNO-NCW

Kennisinstellingen:

  • TU Delft
  • Hogeschool Rotterdam
  • TNO
  • LUMC
  • Erasmus Universiteit
  • Universiteit Leiden

Overheden:

  • Gemeente Rotterdam
  • Gemeente Leiden
  • Gemeente Dordrecht
  • Gemeente Den Haag
  • Gemeente Alphen aan den Rijn
  • Gemeente Delft
  • InnovationQuarter
  • Provincie Zuid-Holland
  • Economic Board Zuid-Holland

Het is een prachtig motto die de kern vormt van de ActieAgenda Technologische Industrie Zuid-Holland: samen staat de sector sterker. “De Technologische Industrie is één van de vier thema’s waar de EBZ zich door middel van een tasforce voor in zet,” zegt Martin van Gogh, voorzitter van de Taskforce Technologische Industrie. “Met ruim 30.000 bedrijven en 110.000 werknemers is de maakindustrie van groot belang voor de economie Zuid Holland. Door samen op te trekken en te innoveren kunnen we met ondernemers voorop nog succesvoller worden en een ware banenmagneet zijn voor iedere techneut van VMBO tot aan WO.

Op maandag 1 februari spraken circa 200 deelnemers onder leiding van Anton Duisterwinkel en Martin van Gogh hun steun uit voor de ActieAgenda. In 10 digibreakouts vanuit verschillende hotspots, van Duurzaamheidsfabriek tot Technology Park Ypenburg en Unmanned Valley, brainstormden de aanwezigen over hoe ze kunnen bijdragen aan:

De afsluitende keynote van Peter Hein van Mulligen onderstreepte het belang van de ActieAgenda: al decennialang zijn innovatie en industrie de motor van economische groei. Die groei blijft nodig voor welvaart en welzijn. De Zuid-Hollandse maakindustrie kan een belangrijke groeimotor voor Nederland blijven. #ZuidHolland4NL

“Wat fantastisch om te zien dat zoveel ondernemers en mensen uit onderwijs en overheid actief deelnamen aan de gesprekken,” zegt Anton Duisterwinkel van InnovationQuarter. “Dat leverde veel bevestiging op voor de gekozen richtingen, maar ook aanscherpingen en inspiratie voor aanvullingen. Dat verwerken we met plezier in de definitieve versie van de ActieAgenda.”

Over de Technologische Industrie Zuid-Holland

De Zuid-Hollandse technologische industrie is een belangrijke innovator en banenmotor voor de Nederlandse economie. In de regio Zuid-Holland zijn de meeste maakbedrijven van Nederland gevestigd en werken ruim 110.000 medewerkers. Alleen zijn de spelers in vele eindmarkten actief, van maritiem tot zorg en tuinbouw. Dat is lastig, want daardoor zijn deze spelers actief in allerlei verschillende versnipperde netwerken. Terwijl ze heel veel gemeenschappelijke uitdagingen hebben die je met elkaar veel slimmer en beter kunt oppakken: denk aan alles wat te maken heeft met digitalisering, 3D printen, tekort aan personeel en nieuwe vaardigheden voor nieuwe technologie.

Bovendien worden er businesskansen gemist: voor een eindproduct moeten verschillende leveranciers samenwerken; maar die productieprocessen communiceren tussen bedrijven niet of nauwelijks met elkaar. Zuid-Holland gaat nu als éérste regio in Nederland zorgen voor een Digital Supply System: een overkoepelend systeem, zodat álle technologische industrie-spelers in Zuid-Holland veel effectiever en veiliger data met elkaar kunnen delen. De tijd en effectiviteit die dat Digital Supply System de regio oplevert, zorgt ervoor dat de Zuid-Hollandse maakindustrie haar omzet kan verdubbelen: van € 26 mrd nu naar € 50 mrd in 2030.

De regio presenteert in februari de ActieAgenda Technologische industrie. Bedrijven gaan samen met kennisinstellingen en overheden aan de slag met op vier sporen:

  • Nieuwe productketens opzetten op de hierboven genoemde thema’s
  • Digitaal verbinden van machines en fabrieken
  • Talenten aantrekken, scholen en vasthouden

D66-lijsttrekker Sigrid Kaag sprak met Allard Castelein, CEO van het Havenbedrijf Rotterdam en Rinke Zonneveld, directeur van InnovationQuarter, over de uitdagingen en groeiplannen van Zuid-Holland. Met de volgende maand te lanceren Groeiagenda belooft Zuid-Holland 40% van de CO2-reductieopgave en 25% van de woningbouwopgave van Nederland voor haar rekening te nemen, 120.000 extra banen te realiseren en € 24 miljard extra BBP op te leveren in tien jaar. Maar dat lukt Zuid-Holland niet alleen, daarvoor wil het samen met het Rijk investeren energie-infrastructuur, kennis & innovatie, maakindustrie, bereikbaarheid en human capital.

“De energietransitie in de haven van Rotterdam is een nátionale opgave; een van de grootste waar Nederland op dit moment voor staat,” zegt Allard Castelein van de haven van Rotterdam. “Als regio Zuid-Holland kampen we met achterblijvende groei. We investeren als regio fors in het oplossen van onze maatschappelijke uitdagingen. We kunnen en willen in de haven 40% van de Nederlandse CO2-reductie-opgave voor 2030 realiseren. Maar we kunnen deze nationale opgave niet in ons eentje oplossen. Daar hebben we het Rijk echt bij nodig.”

“D66 stelt zich op als een warm pleitbezorger van innovatief ondernemerschap. De partij zet  in op energietransitie, een circulaire economie en goede digitale randvoorwaarden voor ondernemers. Op die thema’s wil Zuid-Holland graag met D66 samenwerken,” zegt Rinke Zonneveld.

De Groeiagenda Zuid-Holland is een gezamenlijke actie- en investeringsagenda, die in februari 2021 gelanceerd wordt. De Groeiagenda gaat de belangrijke nationale uitdagingen aanpakken en is doorgerekend door de OESO, NEO Observatory en de Erasmus Universiteit. Met deze Groeiagenda gaat Zuid-Holland:

  • 40% van de CO2-reductie in Nederland realiseren (73 megaton)
  • 25% van de Nederlandse woningbouwopgave realiseren (240.000 woningen)
  • 120.000 extra banen creëren
  • € 24 miljard extra BBP voor Nederland realiseren in tien jaar
Jongere aan het werk

Vanuit de Human Capital Agenda Zuid-Holland is het initiatief gestart om 150 jongeren in Zuid-Holland aan een baan te helpen. Dit zijn plekken voor jongeren die op dit moment moeilijk aan een baan kunnen komen. Via de website www.kickstartyourcareer.nl kunnen bedrijven en jongeren zich nu aanmelden.

Subsidie voor werkplek jongere beschikbaar

Bedrijven kunnen zich nu aanmelden om een startende jongere een jaar lang een arbeidscontract aan te bieden. Voor de werkplek kan het bedrijf subsidie aanvragen. Met deze subsidie kan het bedrijf een tegemoetkoming van 20% van het bruto jaarsalaris voor het eerste jaar ontvangen (met een maximum van 10.000 euro per kandidaat).

Het bedrijf moet aan een aantal voorwaarden voldoen. Zo moet het bedrijf actief zijn in één van de sectoren Life Sciences & Health, cybersecurity, hightech-maakindustrie, tuinbouw of haven of een bijdrage leveren aan de transities digitalisering, energietransitie en circulaire economie. Ook mag het bedrijf er geen reguliere vacature mee invullen en moet bereid zijn om de jongere minimaal een jaar lang in dienst te nemen. Alle voorwaarden staan op www.kickstartyourcareer.nl

Iedere werkplek is een kans voor een jongere

Jongeren die op of na 1 maart 2020 minimaal een mbo-3-diploma en maximaal een hbo-diploma hebben behaald komen in aanmerking, als zij minder dan een jaar relevante werkervaring hebben.

Het gaat om jongeren die op dit moment moeizaam aan een baan komen. Dit geldt voor alle jongeren, behalve jongeren met een IT-, onderwijs- of zorg-achtergrond. In IT, onderwijs en zorg zijn er op dit moment genoeg baankansen.

Na selectie en matching wordt er gekeken of de jongere bij- of omscholing nodig heeft. Vervolgens krijgt de jongere tijdens het jaar begeleiding.

ManpowerGroup ondersteunt bij selectie en matching

ManpowerGroup verzorgt de selectie en matching met werkgevers en jongeren. Zij zijn als beste partij geselecteerd na een meervoudige onderhandse aanbesteding waar meerdere partijen voor waren uitgenodigd.

Zuid-Holland maakt bijna een kwart uit van de Nederlandse economie. De regio zet zich in om binnen 5 jaar 5,5 % extra economische groei voor Nederland te realiseren. Daarom steekt Zuid-Holland nu € 6,9 miljoen in het omscholen van 3.000 IT’ers via het subsidieprogramma WE-IT. Onder andere jongeren en mensen uit diverse wijken worden omgeschoold naar een baan in de IT. Eerder deze maand maakte Zuid-Holland al bekend € 1,5 miljoen te steken in het creëren van jongerenwerkplekken.

In 2019 tekenden 66 partijen uit bedrijfsleven, onderwijs en overheid  het Human Capital Akkoord Zuid-Holland. De agenda loopt in ieder geval tot 2024 en de regio heeft zich voor die horizon een aantal concrete doelen gesteld: 85.000 werknemers in staat stellen zich te ontwikkelen, 55.000 werknemers van werk naar werk begeleiden en hierbij 1.000 werkgevers ondersteunen. Zuid-Holland werkt op deze wijze een belangrijk deel van haar arbeidstekort weg.

Via het deelproject WE-IT schoolt Zuid-Holland nu 3.000 mensen extra om richting de IT. Bedrijven die zijn betrokken bij WE IT zijn o.a. Nationale Nederlanden, Aegon, AT&T, NIBC, PostNL, TNO, YES!Delft The Hague, Amazon, Shell, The Hague Security Delta, Gouda Onderneemt en de Rijksoverheid. Zowel binnen de IT-sector als in andere sectoren is er een groot tekort aan goed geschoold personeel. Vorig jaar steeg het aantal IT-vacatures met 27%. Iedere IT-professional kan momenteel kiezen uit vijf openstaande vacatures. Bovendien krijgen ook werkenden in andere functies steeds meer te maken met digitalisering.

Zo krijgen 300 kandidaten scholing via het opleidingsprogramma TechGrounds. Deze opleiding voor mensen uit diverse wijken wil tech en IT toegankelijk maken voor een brede doelgroep. Dankzij subsidie vanuit de Human Capital Agenda kan TechGrounds uitbreiden naar Rotterdam. ICT is samen met Techniek, Onderwijs en Zorg, door het UWV aangeduid als één van de meest kansrijke sectoren om een baan in te vinden.

Projecten die zorgen voor een toekomstbestendige en veerkrachtige arbeidsmarkt zijn essentieel voor onze provincie,” zegt Willy de Zoete, gedeputeerde Provincie Zuid-Holland. “Juist nu is het belangrijk dat mensen met de juiste opleiding weer aan het werk kunnen. Alle partijen die het Human Capital akkoord hebben ondertekend werken samen aan projecten, die dit mogelijk maken. We investeren nu bijna 7 ton om te zorgen dat deze projecten extra mensen kunnen op leiden als IT’er en om te zorgen dat ondernemers in het MKB kunnen digitaliseren.”

Economie Zuid-Holland

De coronacrisis en de onvermijdelijke economische crisis die daarop volgt, trekken een zware wissel op de Nederlandse en Zuid-Hollandse economie. Hoe hard die klap is, hangt niet alleen af van de lastig te voorspellen impact van Covid-19. Het hangt ook samen met de uitgangspositie van de regionale economie. In deze serie onderzoeken we daarom hoe de Zuid-Hollandse economie ervoor staat op vier verschillende thema’s: economie, innovatie, human capital en de technologische industrie. Deze vierde en laatste editie gaat in op de kansen en risico’s die wij zien voor de Zuid-Hollandse technologische industrie.

Lees hier deel #1deel #2 en deel #3 van het vierluik

In de vorige drie artikelen in dit vierluik, hebben we benoemd dat er in Zuid-Holland grote kansen liggen. De regio is goed gepositioneerd om in verschillende technologievelden een leidende rol in innovatie te pakken. Hoewel de regionaal-economische potentie groot is, tonen de economische cijfers van de afgelopen jaren dat Zuid-Holland economisch achterblijft bij vergelijkbare regio’s. De afgelopen vijf jaar is de Zuid-Hollandse economie met een gemiddelde jaarlijkse groei van 1,3 procent minder hard gegroeid dan andere grootstedelijke Europese regio’s. Die lieten een gemiddelde groei zien van 2,6 procent per jaar. De gemiddelde arbeidsproductiviteitsgroei over de hele economie van Zuid-Holland was de afgelopen vijf jaar zelfs negatief, terwijl die in de benchmarkregio’s en in Nederland als geheel is gestegen.

Figuur 1. Economische groei 2014-2019 en 2019. Gemiddelde jaarlijkse groei bruto regionaal product (marktprijzen 2018) Zuid-Holland (NEO Observatory, 2020).

Om het onbenut potentieel de komende jaren te benutten, zien we kansen voor technologische industrie. In Nederland laat die sector als enige al jaren een stevige exportgroei zien (figuur 2), zowel in machines en onderdelen als in hoogwaardige kunststoffen was de groei de afgelopen drie jaar circa 30 procent. Andere sectoren, zoals landbouw, farmacie en food, vertonen geen of nauwelijks groei of zelfs een forse daling.

Figuur 2. Verdiensten aan de export van Nederlandse makelij, top 10 (bron: CBS).

Ook in Zuid-Holland zitten tal van technologische bedrijven die groeicijfers in de dubbele digits hebben laten zien, zoals Lely Industries (melkrobots), Quooker (keukenartikelen), D.O.R.C. (medische instrumenten) en Ampelmann (maritiem). Sterker nog, met ruim 3.400 bedrijven met meer dan 5 werknemers is Zuid-Holland de regio met het hoogste aantal bedrijven in de technologische industrie, meer dan Noord-Brabant (ca. 3.200) en Noord-Holland (ca. 2.700). De Technologische Industrie in Zuid-Holland kan flink groeien en daarmee het verdienvermogen van de provincie en dus Nederland significant vergroten. Dit aantal groeit bovendien harder dan in andere regio’s, niet in de laatste plaats door de impulsen van incubators als YES!Delft, wereldwijd de #2 incubator voor technologische bedrijven. TU Delft en TNO vormen een bron van kennis en kunde én van een continue stroom start-ups. Opmerkelijk genoeg is de arbeidsproductiviteit in de Zuid-Hollandse technologische industrie het hoogste van Nederland en groeit deze ook door.

Maar niet alleen de omvang van de Zuid-Hollandse technologische industrie doet ertoe. In het tweede artikel in deze reeks lieten we al zien dat veel van de Technisch Weekblad Top-30 meest innovatieve bedrijven een vestiging heeft in Zuid-Holland. De innovatieve oplossingen die deze technologische bedrijven ontwikkelen kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan het oplossen van de transitieopgaven waar de regio en de rest van de wereld voor staan.

Het potentieel van de technologische industrie benutten

Ondanks deze concentratie van kennisinstellingen en hoogwaardige innovatieve bedrijven, blijft de groei van de regio dus fors achter bij de prestaties van vergelijkbare grootstedelijke Europese regio’s. De werkloosheid is er hoger dan elders in Nederland, zeker in Rotterdam en Den Haag. En de arbeidsmobiliteit is relatief laag: men stapt niet over naar andere sectoren. Voor de coronacrisis werd de groei van een kwart van de hightech bedrijven geremd door een tekort aan geschoold personeel; tegelijkertijd zaten mensen uit andere sectoren waar het minder goed ging thuis op de bank. Dit wijst op een van de grootste zwaktes in de Zuid-Hollandse economie: de sterke sectorale onderverdeling.

Sectoren als petrochemie, haven, maritiem, tuinbouw, medtech en ruimtevaart zijn in Zuid-Holland zo groot dat een sterke sectorale organisatie mogelijk is –  en dat heeft die sectoren in het verleden geen windeieren gelegd. Maar in de dynamische economie van vandaag de dag is sectorale organisatie niet langer toereikend. Kennisontwikkeling, kruisbestuiving  en arbeidsmobiliteit tussen sectoren is essentieel om concurrerend te blijven. Door de technologische industrie, toeleverancier aan al die sectoren, beter onderling te verbinden, kan allicht een begin worden gemaakt aan het doorbreken van de muren tussen de sectoren.

Wat verder opvalt als we de technologische industrie in Zuid-Holland beschouwen, is dat de gemiddelde bedrijfsomvang klein is en dat de gemiddelde omzet per vestiging lager ligt dan in andere regio’s (zie figuren 3 en 4). In totaal werken er 110.000 mensen bij 31.000 bedrijven, alle ZZP-ers en andere bedrijven met minder dan 5 werknemers meegerekend. Dat komt deels door het aantal start-ups, maar ook bij mkb-ers die al langer bestaan zien we weinig groeiambitie. Kleine bedrijven hebben minder diepe zakken om radicale innovatie te realiseren, kunnen minder investeren in middelen die de arbeidsproductiviteit verhogen en zijn niet in de positie om leiderschap op zich te nemen.

Daar raken we het derde zwaktepunt: er staan in bedrijfsleven en kennisinstellingen te weinig mensen op die het leiderschap naar zich toe trekken – en gegund krijgen. Wellicht spelen hier opnieuw het sectorale denken en een gebrek aan ambities een rol. Ongetwijfeld is ook de sterke interne gerichtheid van bedrijven en kennisinstellingen in Zuid-Holland een factor. Dergelijke culturele factoren spelen zeker een rol en zijn wel aan het veranderen, maar dat vergt tijd. In een onderzoek uitgevoerd door Berenschot zien we ook bij de technologische bedrijven in Zuid-Holland dat zij elk een eigen kring van klanten en toeleveranciers hebben waar maar heel beperkt overlap tussen zit.

Figuur 3. Aantal werknemers Technologische Industrie naar werknemersklasse (bron: CBS, bewerking Berenschot).

Figuur 4. Gemiddelde omzet per vestiging technologische industrie per regio (bron: CBS, bewerking Berenschot).

Kansen voor de technologische industrie

De Zuid-Hollandse technologische industrie biedt kortom grote kansen voor het regionale en Nederlandse verdienvermogen. Om dat potentieel te benutten wordt er op dit moment de ActieAgenda voor de Technologische Industrie in Zuid-Holland opgesteld. De basis daarvoor is het genoemde onderzoek van Berenschot dat in opdracht van de Economic Board Zuid-Holland, Holland Instrumentation en InnovationQuarter is uitgevoerd. Met de ActieAgenda  zetten bedrijven, kennisinstellingen en publieke partijen uit Zuid-Holland de eerste stap om dat potentieel te benutten en de kansen voor de technologische industrie te pakken.

Uiteindelijk zijn het ondernemers die de kansen moeten pakken en verzilveren. Daarom zijn ondernemers van bedrijven als Batenburg Techniek, Krohne, Technolution, Airbus Defence and Space, Oceanco, Shell, Lely Industries, Festo, Boers en co, Hittech en vele anderen in de lead bij het samenstellen van de ActieAgenda. De gezamenlijk ambitie is fors: de omzet van de Technologische Industrie in Zuid-Holland in 2030 verdubbelen tot 50 miljard euro per jaar. Dit kan 30.000 nieuwe banen opleveren.

De komende tijd wordt de ActieAgenda Zuid-Holland afgerond. Op hoofdlijnen zal die bestaan uit vier actielijnen, die onderling sterk samenhangen en allemaal tot doel hebben om het technologische industrie ecosysteem verder te versterken:

  1. Nieuwe waardesystemen: een ecosysteembenadering om innovatie te versnellen in een beperkt aantal nieuwe waardesystemen die cross-overs vormen tussen sectoren maken een  snelle groei van omzet en export mogelijk. Denk hierbij aan het benutten van robotica in de tuinbouw , logistiek en retail.
  2. Digital Supply System: digitalisering van de maakprocessen tussen machines, in hele fabrieken en tussen fabrieken vereisen innige samenwerking tussen bedrijven en maken een ongekende groei van arbeidsproductiviteit mogelijk.
  3. Human Capital: vergroten van de instroom van technologische opleiding en versterking van de bij-, na- en herscholing van werknemers is nodig om die nieuwe producten te kunnen ontwerpen en maken en  om de verwachte groei in werkgelegenheid waar te maken.
  4. Netwerken, hotspots en branding: een sterker onderling netwerk is nodig om dit alles voor elkaar te krijgen. In de brede en diverse economie die Zuid-Holland is, is het goed om dat te doen rondom lokale knooppunten: innovatiehotspots zoals Technology Park Ypenburg, waar een bepaalde technologie (in dit geval: nieuwe materialen) centraal staat voor cross-sectorale toepassingen.

De ActieAgenda is op dit moment in ontwikkeling. Tijdens de eerstvolgende regionale online executive meeting (ROEM) die plaatsvindt in januari wordt de voorlopige ActieAgenda gepresenteerd en kunnen Zuid-Hollandse partijen hierover meepraten. Wilt u hierbij zijn of wilt u meedenken? Neem dan contact op met Anton Duisterwinkel.

Jongere aan het werk

Jongeren betalen de prijs van de coronacrisis. De groei in werkgelegenheid onder jongeren tot 25 jaar is zo’n 8% lager dan bij andere leeftijdscategorieën. In Zuid-Holland gaat het om 35.000 jongeren die op dit moment moeilijk aan een baan kunnen komen. Daarvan zijn de vooruitzichten voor 14.000 van hen echt slecht, omdat ze in een sector zijn opgeleid die het tijdens en na de coronacrisis extra moeilijk hebben. “Als we nu niets doen, dan creëren we een generatie met torenhoge schulden,” zegt Jeffrey van Meerkerk, voorzitter van de Zuid-Hollandse taskforce Human Capital. Zuid-Holland start nu een unieke pilot en steekt €1,5 miljoen in startersbanen voor mbo- en hbo-opgeleide jongeren. “We zijn in gesprek met het Rijk om onze pilot landelijk op te schalen. Dan kunnen we geen 150 maar 1500 jongerenwerkplekken creëren.” De pilot is onderdeel van de Zuid-Hollandse GroeiAgenda.

“Het bedrijfsleven zit in een klem,” zegt Jeffrey van Meerkerk, voorzitter van de taskforce Human Capital Zuid-Holland en mede-initiatiefnemer van het plan. “Bedrijven moeten nu bezuinigen op hun flexibele schil – en vaak betekent dat op jong talent. Maar binnen een jaar, als er een vaccin is, verwachten we dat diezelfde bedrijven juist weer staan te springen om jong talent. Die periode willen wij overbruggen. Door de coronacrisis verandert werk sneller en daarom moet er meer aandacht zijn voor de ontwikkeling van skills van mensen.”

Zuid-Hollandse pilot opschalen naar heel Nederland

Als eerste regio in Nederland start Zuid-Holland nu een pilot om in ieder geval 150 jongerenwerkplekken te creëren. Vanaf januari 2021 kunnen bedrijven subsidie aanvragen om een startende jongere een jaar lang een arbeidscontract aan te bieden. Hiervoor krijgt het bedrijf een tegemoetkoming van 20% van het bruto jaarsalaris. Hierbij geldt de voorwaarde dat het bedrijf actief is in of gerelateerd aan een toekomstbestendige sector (Life Sciences & Health, cybersecurity, hightech-maakindustrie, tuinbouw en/of haven) en/of bijdraagt aan de transities digitalisering, energietransitie en circulaire economie.

“We zijn momenteel in gesprek met het Rijk om onze pilot op te schalen naar de rest van Nederland. Dan kunnen er geen 150, maar 1500 jongerenwerkplekken gecreëerd worden,” zegt Jeffrey van Meerkerk.

De jongerenwerkplekken zijn onderdeel van de Zuid-Hollandse GroeiAgenda. Daarmee wil Zuid-Holland binnen 5 jaar 5,5% extra economische groei voor Nederland realiseren. Dat betekent over 5 jaar € 11 miljard en over 10 jaar € 24 miljard extra BBP voor Nederland. #Zuid-Holland4NL

Geen reguliere vacature vervullen

Het bedrijf mag er geen reguliere vacature mee invullen en moet bereid zijn om de jongere minimaal een jaar lang in dienst te nemen. “Jongeren die op of na 1 maart 2020 minimaal een mbo-3-diploma en maximaal een hbo-diploma hebben behaald en minder dan een jaar relevante werkervaring hebben, komen in aanmerking. We richten ons op jongeren die op dit moment moeizaam aan een baan komen. Dit geldt in principe voor alle sectoren, uitgezonderd jongeren met een IT-, onderwijs- of zorg-achtergrond. In IT, onderwijs en zorg zijn overigens kansen op banen genoeg,” zegt Ron Bormans, mede-initiatiefnemer van het plan en bestuursvoorzitter van de Hogeschool Rotterdam. “Na selectie en matching bekijken we of de jongere bij- of omscholing nodig heeft en daarna zorgen we voor goede begeleiding van de jongere gedurende het jaar.”

Taskforce Human Capital springt in op coronaproblematiek

De provincie Zuid-Holland investeert €1,5 miljoen in deze subsidie voor jongerenwerkplekken. “Met de Human Capital Agenda Zuid-Holland werken we aan een betere arbeidsmarkt. Hierbij zetten we vooral in op het terugdringen van tekorten aan technici en IT’ers en het stimuleren van Leven Lang Ontwikkelen van werknemers,” zegt Willy de Zoete, gedeputeerde bij de provincie Zuid-Holland. “Door de coronacrisis zien we echter dat jongeren hard geraakt worden. Daar willen we als provincie op inspelen met dit Jongeren Werkplan.”

Over het Human Capital Akkoord Zuid-Holland

Zuid-Holland kampt met de grootste arbeidstekorten van Nederland. Op 24 juni 2019 tekenden 66 partijen uit bedrijfsleven, onderwijs en overheid daarom het Human Capital Akkoord Zuid-Holland. Samen committeren deze partijen zich aan harde doelstellingen omtrent (om)scholing van personeel, het aan het werk helpen van niet-werkenden en het aantrekken van internationaal talent.

De agenda loopt in ieder geval tot 2024 en de regio heeft zich voor die horizon een aantal concrete doelen gesteld. Zo gaat de regio 40.000 werknemers in staat stellen zich te ontwikkelen, 55.000 werknemers de overstap laten maken naar een andere sector en 20.000 deeltijdwerkers die meer willen werken, aan werk helpen.

In het deelakkoord WE-IT zet Zuid-Holland zich momenteel in om 3000 extra IT’ers op te leiden.

En vanaf januari start Zuid-Holland de unieke pilot om ‘Jongeren-werkplekken’ te creëren. Die pilot wil ze opschalen naar heel Nederland. Dat betekent geen 150, maar 1500 werkplekken.

“De EBZ draait ondanks de beperkingen die Corona ons oplegt op volle toeren. De afgelopen maanden is samen met belangrijke partners in de provincie Zuid-Holland gewerkt aan een ambitieuze groeiagenda inspelend op het investeringsfonds (in de wandelgangen het Wobke-Wiebesfonds) dat het kabinet in het leven heeft geroepen om innovatie en groei een grote impuls te geven en daarmee ons toekomstig verdienvermogen als Nederland significant te vergroten.”

“De kracht van Zuid-Holland wordt duidelijk als wij in deze complexe en belangrijke provincie de krachten bundelen en gezamenlijk optrekken in de vraag naar kansen voor de toekomst. Samen met de vele partijen die aangesloten zijn bij de Economic Board Zuid-Holland, de metropoolregio Rotterdam/den Haag, bedrijven en kennisinstellingen is deze groeiagenda ontwikkeld. Juist het feit dat wij de krachten bundelen is een belangrijke stap voorwaarts. Zuid-Holland is een belangrijk deel van de economische motor van ons land en investeringen in die regio zullen onze gehele economie ten goede komen. In die groeiagenda zijn 5 ecosystemen benoemd te weten: Uitbouwen kennis- en innovatie ecosystemen met proposities op het gebied van AI, Quantum, biotech en medtech. Versterken regionale waardeketens met proposities op het gebied van smart manufacturing. Vernieuwen energie-infrastructuur met de focus op waterstof- en electrificatieindustrie. Moderne vormen van metropolitaan OV en verstedelijking. Intensivering van een leven lang ontwikkelen waardoor mensen in zichzelf kunnen blijven investeren en de aansluiting bij de arbeidsmarkt behouden.”

“Ik ben ervan overtuigd dat wij met elkaar op die manier in de komende jaren een forse impuls aan het groeivermogen van Zuid-Holland kunnen geven en daarmee een impuls kunnen geven aan onze nationale welvaart en ik ben er trots op dat wij in staat zijn om met elkaar deze ambities verder uit te werken en zo de kracht van deze regio ten volle kunnen benutten.”

 

Jaap Smit

De economie in Zuid-Holland had een goede uitgangspositie aan het begin van de Covid-19-crisis. Dat blijkt uit de jaarlijkse Economische Monitor 2020 die deze week door de Economic Board Zuid-Holland is gepresenteerd. “Het aantal scale-ups en buitenlandse investeringen laten een stijgende lijn zien en de regio heeft een uitstekende kennisbasis”, zegt Jan Jacob Vogelaar, de opsteller van de Monitor. Hoewel Zuid-Holland iets minder hard getroffen wordt dan andere regio’s, verwacht hij wel een forse terugslag in 2020 en 2021. “We denken dat de economie met ca. 10 mld euro zal krimpen.”

 

Grote veranderingen op de arbeidsmarkt 

Door de covid-19-maatregelen is de situatie op de arbeidsmarkt nu al sterk veranderd. Vorig jaar ervoer een kwart van de Zuid-Hollandse bedrijven een tekort aan arbeidskrachten als een belemmering voor groei. Inmiddels is dat aantal fors gedaald naar een kleine 9%. Vogelaar: “Een belangrijke kanttekening hierbij is dat er zeker nog bedrijven zijn die arbeidstekorten als een belemmering ervaren. De behoefte aan cybersecurity en software ontwikkelaars blijft onverminderd hoog. Het aantal WW-uitkeringen toegenomen met bijna 12.000, een stijging van 25%. Veel van deze uitkeringen gaan naar jongeren met flexcontracten die hun baan hebben verloren.  

Brede welvaart vraagt investeringen 

De Monitor presenteert voor het eerst ook cijfers over brede welvaart. Uit deze cijfers, verzameld door PBL, blijkt dat de kwaliteit van leven in Zuid-Holland onder het Nederlands gemiddelde ligt. EBZ-secretaris Linco Nieuwenhuyzen: “Deze cijfers onderstrepen het belang van de Groeiagenda Zuid-Holland, die de regio momenteel opstelt. Samenhangende investeringen in kennis, maakindustrie, energietransitie, scholing, bereikbaarheid en woningbouw zijn nodig.” 

‘Right to play’ op technologievelden van groot maatschappelijk belang 

De Economische Monitor 2020 besteedt extra aandacht aan het technologieprofiel van de regio, een belangrijke basis voor investeringen in meer welvaart. Uit onderzoek van RVO blijkt dat Zuid-Holland goede papieren heeft binnen technologievelden die de komende jaren van groot maatschappelijk en economisch belang zijn. “Vooral op quantumtechnologie, fotonica en life sciences heeft de regio een ‘right to play’, bijvoorbeeld binnen voorstellen voor het Groeifonds”, zegt Jan Jacob Vogelaar. 

Zuid-Holland: groeimotor van de Nederlandse economie 

Zuid-Holland is een belangrijke motor van de Nederlandse economie. Op gebied van export, innovatie en werkgelegenheid draagt de regio Zuid-Holland meer dan 20% bij aan het nationale totaal. De regio was in 2019 de regio met het hoogste aantal venture capital investeringen in Nederland. Projecten met 135 buitenlandse bedrijven resulteerden in 6120 extra banen en 665 miljoen euro aan investeringen, een forse stijging ten opzichte van 2018. 

Terugkijken: Webinar Zuid-Holland sterker uit de crisis

“De uitdagingen en te nemen acties die het kabinet signaleert, herkennen we,” zegt vice-voorzitter Martin van Gogh.

De coronacrisis en de onvermijdelijke economische crisis die daarop volgt, trekken een zware wissel op de Nederlandse en Zuid-Hollandse economie. Hoe hard die klap is, hangt niet alleen af van de lastig te voorspellen impact van Covid-19. Het hangt ook samen met de uitgangspositie van de regionale economie. In deze serie onderzoeken we daarom hoe de Zuid-Hollandse economie ervoor staat op vier verschillende thema’s: economie, innovatie, human capital en de technologische industrie. Deze derde editie gaat in op de kansen en risico’s die wij zien voor de Zuid-Hollandse arbeidsmarkt.

 

Lees hier deel #1 en deel #2 van het Vierluik.

 

Hoe staat de Zuid-Hollandse arbeidsmarkt ervoor en wat kunnen we verwachten?

Vanuit de Economic Board Zuid-Holland en InnovationQuarter zien wij het versterken van het regionale ecosysteem voor ondernemerschap als een belangrijk doel (zie figuur 1). Een goed functionerende arbeidsmarkt waarop voldoende talent beschikbaar is, is een essentiële randvoorwaarde voor kennisinstellingen en ondernemingen om te floreren. De afgelopen jaren was toegang tot talent structureel één van de grootste uitdagingen voor Zuid-Hollandse bedrijven. Eind 2019 gaf bijna een kwart van de Zuid-Hollandse bedrijven last te ondervinden van de beperkte toegang tot talent, zo bleek uit de regionalisering van de conjunctuurenquête van het CBS. Een belangrijke interventie die in 2019 mede om die reden is gepleegd is het Human Capital Akkoord. Het akkoord is erop gericht om arbeidstekorten terug te dringen en een leven lang ontwikkelen te stimuleren. 

 

Met de uitbraak van Corona is de arbeidsmarkt fors veranderd en het percentage bedrijven dat wordt belemmerd door een arbeidstekort fors gedaald. De vraag naar personeel neemt in algemene zin af en het aanbod van personeel neemt toe, omdat bedrijven personeel laten gaan. Dat heeft niet alleen consequenties voor bedrijven, maar ook voor individuele mensen. Naast randvoorwaardelijk voor innovatief ondernemerschap in de regio, heeft de arbeidsmarkt in brede zin een directe impact op de welvaart en het welzijn van mensen. Om inzicht te krijgen in het functioneren van de Zuid-Hollandse arbeidsmarkt in tijden van corona bespreken we in dit artikel een aantal indicatoren.

Ecosysteeminterventies

Figuur 1. IQ-perspectief op ecosysteemdenken, bewerking van Stam (2014).

Voordat we ingaan op de regionale cijfers kijken we eerst naar de wereldwijde ontwikkelingen. Dit doen we naar aanleiding van een analyse die ManpowerGroup heeft gemaakt op basis van 59.000 interviews met werkgevers in 43 landen, zie figuur 2. Hieruit blijkt dat meer werkgevers denken dat het herstel van de arbeidsmarkt langer gaat duren. In april dacht nog 54% dat de arbeidsmarkt in april 2021 weer hersteld zou zijn, nu denkt nog maar 31% dat. Daarnaast geeft 60% van de werkgevers aan dat ze werknemers die nu minder of niet meer werken, weer fulltime werk kunnen bieden; 19% van de werkgevers zal minder uren hebben, 9% zal niet alle werknemers terughalen en 12% heeft nog niet besloten. Tot slot geeft 59% van de werkgevers aan dat ze flexibele werkmogelijkheden ook voor de lange termijn zullen blijven aanbieden.

Figuur 2. Q4 global outlook, Augustus 2020 (ManpowerGroup, 2020)

Daarnaast heeft de coronacrisis invloed op de skills van werknemers, zie figuur 3. We zien de grootste personeelsverschuiving en herschikking van vaardigheden sinds de Tweede Wereldoorlog. De tekorten in de techniek lopen verder op, de vraag naar cybersecurity, softwareontwikkeling en data-analisten gaat onverminderd door. Daarnaast is er een stijgende vraag naar werknemers en leiders met goede soft skills. Werknemers geven aan veel waarde te hechten aan ontwikkeling en beseffen dat skills de mogelijkheid bieden om helder te krijgen waar en hoe ze in de toekomst gaan werken. Tot slot zijn werknemers meer op zoek naar steun bij hun werkgever om hun skills te ontwikkelen, hebben ze meer mogelijkheden om op verschillende plekken te werken en ervaren ze meer flexibiliteit.

Figuur 3. Hoe de coronacrisis de gevraagde skills verandert (Manpowergroup, 2020)

Dan zoomen we nu verder in op de regionale cijfers. Een eerste indicator die een beeld geeft van de snelle veranderingen op de arbeidsmarkt is het aantal WW-uitkeringen, waarover we op het moment van schrijven data hebben tot en met augustus 2020. Zoals is te zien in figuur 4 is de dalende trend die voor Corona was ingezet omgeslagen naar een stijging. In juli stond het aantal WW-uitkeringen in Zuid-Holland op 62.355 en de verwachting is dat dit verder zal oplopen.

Figuur 4. WW-uitkeringen Zuid-Holland (UWV, 2020; bewerking Zuid-Hollandinzicht.nl).

De toename van WW-uitkeringen roept de vraag op wat de achtergrond is van mensen in de WW. Figuur 4 laat zien dat van de lopende WW-uitkeringen de meeste mensen een bedrijfseconomisch of administratief beroep hebben. In juni zijn dat er ruim 13.000. Dit zijn voornamelijk ondersteunende administratieve functies zoals secretaresse, financieel-administratief medewerker en medewerker personeelsadministratie, niet direct functies die door de coronacrisis worden geraakt. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat bedrijven op deze functies bezuinigen vanwege de coronacrisis. Dat commerciële en dienstverlenende beroepen de op twee na grootste categorie zijn ligt meer in de lijn der verwachting. Onder andere horecamedewerkers, schoonmakers en verkoopmedewerkers vallen binnen deze categorie.

 

Naast een oververtegenwoordiging van bepaalde beroepsgroepen blijkt dat het aantal WW-uitkeringen met name is toegenomen onder jongeren tot 27 jaar. In februari waren er nog 3.758 jongeren met een WW-uitkering, in juli was dat aantal al ruim verdubbeld naar 8.910. Een verklaring hiervoor is dat relatief veel jongeren flexcontracten (uitzendkrachten, oproepkrachten, tijdelijke contracten) hebben en daarmee als eerste bij de werkgever weg moeten in tijden van crisis.

Figuur 5. Lopende WW-uitkeringen Zuid-Holland naar beroepsklasse in augustus 2020 (UWV, 2020; bewerking Zuid-Hollandinzicht.nl).

Een laatste indicator die inzicht biedt in de effecten van corona op de arbeidsmarkt is het aantal bijstandsuitkeringen. Op het moment van schrijven is er toegang tot data tot en met april 2020. Net als voor de WW-uitkeringen zien we dat het aantal bijstandsuitkeringen na een langere periode van afname in maart 2020 weer licht is gestegen tot 93.380 uitkeringen in Zuid-Holland. De verwachting is dat dit aantal inmiddels fors is gestegen en de komende maanden verder zal stijgen. Enerzijds omdat sommige mensen die hun baan zijn kwijtgeraakt geen recht hebben op een WW-uitkering. Anderzijds omdat mensen met een relatief korte periode recht op een WW-uitkering (3 maanden) vervolgens in een bijstandsuitkering terechtkomen.

Figuur 6. Bijstandsuitkeringen Zuid-Holland (CBS, 2020; bewerking Zuid-Hollandinzicht.nl).

Online vacatures

Waar uitkeringen iets zeggen over de aanbodzijde van de arbeidsmarkt, geven vacatures een beeld van de vraagzijde. Op het moment van schrijven is er data beschikbaar tot en met september 2020. Op basis van figuur 7 ontstaat het beeld dat het aantal vacatures in vrijwel alle beroepsgroepen daalt ten opzichte van een jaar eerder. Voor verkoopmedewerkers detailhandel, software- en applicatieontwikkelaars en databank- en netwerkspecialisten zien we een stijging ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. De meeste vacatures zijn er op dit moment in de beroepsgroepen 

verkoopmedewerkers detailhandel en software- en applicatieontwikkelaars, allebei zo’n 600. Daarbij moet de kanttekening worden geplaatst dat lang niet alle bedrijven al hun vacatures online zetten, met name IT-gerelateerde vacatures. Sommige bedrijven weten dat de kans op een reactie zo klein is, dat ze niet – meer – de moeite nemen om de vacature online te zetten.

Figuur 7. Online vacatures Zuid-Holland naar beroepsgroep (Textkernel, 2020; bewerking Zuid-Hollandinzicht.nl).

Kijken we naar het aantal nieuwe online vacatures per sector dan zien we dat er nog veel vacatures zijn in de detailhandel, zorg en specialistische dienstverlening (o.a. boekhouders, accountants en ingenieurs) (zie figuur 8). In de specialistische en zakelijke dienstverlening zien we zelfs een stijging ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. We zien een daling in de meeste andere sectoren. Verrassend genoeg zien we een stijging in de sector cultuur, sport en recreatie.

Figuur 8. Nieuwe online vacatures Zuid-Holland per sector (Textkernel, 2020; bewerking Zuid-Hollandinzicht.nl).

Een nadere blik op de technische beroepen laat zien dat er vooral veel nieuwe online vacatures voor machinemonteurs zijn. Ook voor procesoperators, elektriciens & elektronicamonteurs, ingenieurs en technici bouwkunde & natuur zijn veel vacatures.

Hoe de Zuid-Hollandse arbeidsmarkt zich de komende periode precies zal ontwikkelen is lastig te zeggen en hangt deels samen met het moment waarop er een vaccin beschikbaar komt. Maar met de kennis van nu is de verwachting in ieder geval dat de werkloosheid in Zuid-Holland de komende tijd verder gaat oplopen. Een raming van onderzoeksbureau NEO Observatory (2020), uitgevoerd in opdracht van de Provincie Zuid-Holland, Economic Board Zuid-Holland, InnovationQuarter en de gemeenten Den Haag en Rotterdam, bevestigt dat beeld. De onderzoekers verwachten een toename van de regionale werkloosheid van 3,9 procent in 2019 naar 6,4 procent in 2020. De verwachting is dat de werkloosheid verder zal oplopen tot 7,5 procent in 2021. Zolang er geen vaccin is zullen veel bedrijven in de meeting industry (horeca, toerisme, cultuur, vrijetijdseconomie) bijzonder zwaar blijven hebben.

Concrete kansen voor de Zuid-Hollandse arbeidsmarkt

De economische stagnatie heeft grote gevolgen voor de Nederlandse en Zuid-Hollandse arbeidsmarkt. Een louter somber beeld is echter te beperkt en doet geen recht aan de kansen die er ook op dit moment nog zijn in bepaalde sectoren. In sectoren als de detailhandel, zorg en specialistische dienstverlening zijn nog voldoende vacatures en is er nog volop behoefte aan goed geschoold personeel in toekomstbestendige sectoren, zoals technici en IT-professionals. Juist nu liggen er kansen om (jonge) mensen bij te scholen en om te scholen richting toekomstbestendige tekortsectoren.

Meerdere partijen hebben de bijl er niet bij neergelegd en zijn initiatieven gestart om deze kansen te benutten. We lichten er drie uit:

Het Human Capital Akkoord: misschien wel relevanter dan ooit. Het Human Capital Akkoord Zuid-Holland speelt onder andere het project WE IT op de geschetste kansen in. Hier worden mensen bij de ICT Praktijk Academie in twee jaar (associate degree) of vier jaar (volledige hbo) opgeleid tot IT-professional. Het traject start een bootcamp van twee maanden, waarna deelnemers vier dagen in de week bij een werkgever gaan werken en één dag opleiding volgen. Een ander voorbeeld is TechGrounds, waarbij mensen in zes maanden tijd worden opgeleid tot webdeveloper en vervolgens naar werk worden begeleid. Voor jonge mensen is er The Young Digitals, waarbij jonge mensen middels een tien-weken durende training opgeleid tot digital marketeer.

Young Professional Kickstart. Verder wordt momenteel het project Young Professional Kickstart verder uitgewerkt. Hierbij worden jongeren voor minimaal een jaar gekoppeld aan een Zuid-Hollandse werkgever, waarbij de werkgever een tegemoetkoming voor de loonkosten ontvangt. Het doel van dit programma is om in de komende periode 150 jongeren te matchen aan Zuid-Hollandse werkgevers.

Actieplan: behoud mbo-stages en leerbanen. De Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) heeft een actieplan gepresenteerd om ervoor te zorgen dat iedere mbo-student in het komend schooljaar aan een stage of leerbaan aan de slag kan. Eind augustus waren er in Zuid-Holland ruim 4.200 stages en leerbanen te kort in Zuid-Holland. Daarnaast heeft het ministerie van OCW de tegemoetkoming voor bedrijven verhoogd. Hiervoor gelden drie criteria: de arbeidsmarktperspectieven voor mbo’ers moeten goed zijn, de sector is conjunctuurgevoelig of er komen veel contactberoepen voor, en de sector wordt voornamelijk privaat gefinancierd. Voor de sectoren landbouw, horeca en recreatie is eerder al extra budget ter beschikking gesteld.

De coronacrisis en de onvermijdelijke economische crisis die daarop volgt, trekken een zware wissel op de Nederlandse en Zuid-Hollandse economie. Hoe hard die klap is, hangt niet alleen af van de lastig te voorspellen impact van Covid-19. Het hangt ook samen met de uitgangspositie van de regionale economie. In deze serie onderzoeken we daarom hoe de Zuid-Hollandse economie ervoor staat op vier verschillende thema’s: economie, innovatie, human capital en de technologische industrie. Deze tweede editie gaat in op de urgentie van innovatie en de uitgangspositie van Zuid-Holland. Op basis van uniek maatwerkonderzoek van het gebruik van nationale innovatie-instrumenten door RVO geven we inzicht in het technologieprofiel van de regio en in samenwerkingsrelaties.

 

Lees hier deel #1 en deel #3 van het Vierluik.

 

Waarom innovatie juist nu van belang is

Het Zuid-Hollandse bedrijfsleven, onderwijs en overheden hebben in potentie alles in huis om een innovatieve topregio zijn. De kennisdichtheid is enorm met toonaangevende kennisinstellingen en er is veel hoogwaardige bedrijvigheid binnen een breed scala aan sectoren. Ondanks dat potentieel zien we dat de Zuid-Hollandse economie op punten achterblijft bij vergelijkbare regio’s en constateren we dat bijna 30% van de Nederlandse CO2-uitstoot in Zuid-Holland wordt uitgestoten. De regio staat voor enorme innovatie- en transformatieopgaven om op een hoger economisch groeipad te komen en bij te dragen aan de maatschappelijke transities.

De corona-uitbraak en de daarop volgende economische crisis maken de noodzaak om te innoveren alleen maar groter. De afgelopen jaren liep de arbeidsproductiviteitsgroei in Nederland en Europa al fors terug en het risico is dat een economische crisis dat verergert, bijvoorbeeld omdat R&D-budgetten worden gekort in tijden van crisis (Trouw, 2020). Maar innovatie is niet alleen van belang voor het veilig stellen van ons verdienvermogen. Uiteindelijk is innovatie ook cruciaal om welzijn en de kwaliteit van leven op een betaalbare wijze te verbeteren. In lijn met die gedachte stelde TNO (2020) onlangs voor dat Nederland zich uit de crisis innoveert.

Figuur 1. De arbeidsproductiviteitsgroei in Nederland loopt al jaren terug (Trouw, 2020).
Figuur 1. De arbeidsproductiviteitsgroei in Nederland loopt al jaren terug (Trouw, 2020).

Hoe staat de Zuid-Hollandse economie ervoor op het gebied van innovatie en wat kunnen we verwachten?

Uitgaven aan R&D (research and development) geven een beeld van het innovatievermogen van een regio. Uit eerder onderzoek weten we dat Zuid-Holland name op het gebied van publieke R&D ruim bovengemiddeld scoort. In 2017 werd ruim 27 procent van de Nederlandse publieke R&D in Zuid-Holland gedaan, gevolgd door Noord-Holland met 19,5 procent. Het hoge percentage publieke R&D is een logisch gevolg van de aanwezigheid van drie topuniversiteiten en verschillende leidende kennisinstellingen, zoals TNO. Private R&D uitgaven blijven met slechts 17,2 procent in 2017 achter bij het Nederlandse gemiddelde – ter vergelijking: Zuid-Holland is goed voor zo’n 21 procent van het Nederlandse BBP. Op basis van de inzet van R&D personeel ontstaat een vergelijkbaar beeld (zie figuur 2).


Figuur 2. Publiek en privaat R&D personeel per provincie (CBS).

Een blik op de meest recente uitgave van de R&D Top-30 van het Technisch Weekblad en WBSO-data naar COROP regio verfijnt dat beeld enigszins. Het Technisch Weekblad (2020) inventariseert jaarlijks een wat de meest innovatieve bedrijven Nederland zijn (zie figuur 3). Van de Top-30 hebben er twaalf een vestiging in Zuid-Holland.

Figuur 3. Zuid-Hollandse vertegenwoordiging in Technisch Weekblad top 30 (Technisch Weekblad, 2020).

Data over de generieke WBSO-regeling (Wet bevordering speur- en ontwikkelingswerk) is een waardevolle aanvulling op de private R&D-data omdat vrijwel alle innovatieve bedrijven gebruikmaken van de zeer toegankelijke WBSO. Van alle WBSO ontvangende bedrijven is 17% gevestigd in Zuid-Holland. De uitsplitsing naar COROP-regio toont dat op de regio Delft & Westland na, alle Zuid-Hollandse COROP’s achterblijven bij het Nederlandse gemiddelde wat betreft WBSO-deelname.

We kunnen concluderen dat een groot aantal van de meest innovatieve bedrijven van Nederland een vestiging heeft in Zuid-Holland en dat er in absolute zin veel private innovatieve plaatsvindt in Zuid-Holland, maar dat de regio in relatieve zin achterblijft. Bovendien doen leidende kennisinstellingen en universiteiten veel onderzoek in Zuid-Holland. De uitdaging is om het bedrijfsleven, en dan met name de middengroep, te laten profiteren van die publieke R&D en de innovatiekracht van de meest innovatieve bedrijven uit de regio.

Figuur 4. WBSO-bedrijven (exclusief zelfstandigen) als aandeel van het totaal aantal bedrijfsvestigingen per COROP regio in 2018 (RVO, 2020).

Het technologieprofiel van Zuid-Holland

Door een te analyseren hoe de R&D-middelen in Zuid-Holland worden ingezet ontstaat een beeld van het technologieprofiel van de regio. Begrip van de onderscheidende technologievelden in Zuid-Holland kan helpen om beleid richting te geven. Hoe stimuleren we de technologieën waarin we massa hebben bijvoorbeeld om maatschappelijke transities te bevorderen?

Op basis van WBSO-uitgaven presenteert figuur 5 het technologieprofiel van Zuid-Holland. De regio heeft een relatief sterk profiel op het gebied van medisch en farma, biotechnologie en plantaardige wetenschappen. De uitgaven aan mechanische- en elektrotechniek zijn hoog maar blijven enigszins achter bij het Nederlands gemiddelde. De R&D-uitgaven aan ICT komen redelijk overeen met het Nederlands gemiddelde, maar de grootte van de bol laat zien dat er in absolute termen veel bedrijven zijn die de WBSO-regeling benutten voor ICT-gerelateerd onderzoek.

Figuur 5. Technologieprofiel Zuid-Holland, 2018. Toelichting: de X-as is het verschil tussen het aandeel R&D-uitgaven binnen Zuid-Holland regio ten opzichte van totaal aandeel Nederland. De Y-as is de omvang van R&D-uitgaven in € miljoenen. De cirkelgrootte correspondeert met het totaal aantal WBSO-bedrijven (RVO, 2020).

Naast de WBSO bestaan verschillende instrumenten om innovatie te bevorderen. De MKB-innovatiestimulering Regio en Topsectoren (MIT) stimuleert MKB samenwerking over regio- en sectorgrenzen heen. De TKI-PPS toeslag (PPS) subsidieert samenwerking tussen kennisinstellingen en bedrijven vanuit de topsectoren. Uit een analyse van deelname van Zuid-Hollandse partijen aan de MIT en PPS-regeling per sleuteltechnologie (figuur 6) valt direct op dat het percentage projecten met een Zuid-Hollandse deelnemer een stuk hoger ligt dan het private-R&D-percentage van 17%. Zuid-Hollandse partijen zijn gewilde partners in nationale onderzoeksconsortia. Dat zegt iets over de kwaliteit van het onderzoek.

Verder valt op dat partijen uit de regio een dominante rol spelen in de life sciences, fotonica en quantum. Met name quantum springt eruit: bij alle quantum gerelateerde MIT-projecten in 2018 was een Zuid-Hollandse partij betrokken. De cijfers in figuur 6 laten dus zien dat Zuid-Holland op een aantal technologieën duidelijk een unieke positie inneemt.

Die technologische kennis biedt een basis om het economisch herstel van de regio rondom vorm te geven. Concreet betekent dat bijvoorbeeld dat er op die vlakken kansen liggen om waardevolle proposities te ontwikkelen voor het onlangs gelanceerde Nationale Groeifonds. Daarbij zien we in het bijzonder kansen voor de regionale right-to-play-technologieën die worden versneld als gevolg van corona, zoals Life Science and Health, maakindustrie en digitalisering.

In een eerder artikel in deze reeks constateerde we al dat er de komende jaren veel kansen zullen ontstaan in de Life Science and Health. Zuid-Holland is op basis van het technologieprofiel uitermate goed gepositioneerd om kansen die in deze sector ontstaan te verzilveren. Daarnaast zal de toenemende behoefte aan digitalisering de komende jaren vragen om innovatieve oplossingen (Mckinsey, 2020). Quantumtechnologie kan daar op termijn een substantiële bijdrage aan leveren.

Figuur 6. Percentage Zuid-Hollandse deelnemers in Nederlandse innovatieprojecten in 2018 (RVO, 2020).

De innovatiepartners van Zuid-Holland

Innoveren doe je samen met anderen. De data over de MIT- en PPS-regeling geven ook inzicht in samenwerkingsrelaties. Figuur 7a laat zien dat bij de PPS-regeling de kennisinstellingen in en rond Zuid-Holland sleutelposities hebben. TNO en TU Delft zijn met afstand de belangrijkste spelers, maar ook de WUR, NLR en TU Eindhoven zijn belangrijk in Zuid-Hollandse projecten. Opvallend in de data van de MIT (figuur 7b) is de sterke relatie met Amsterdam en Utrecht.

Om innovatie verder te stimuleren en samenwerking aan te jagen zijn goede connecties met de omliggende regio’s van groot belang. De kennisinstellingen in Zuid-Holland hebben daarbij een belangrijke rol om regionale bedrijven te positioneren in nationale consortia. Ook de regionale ontwikkelingsmaatschappijen kunnen daarbij een belangrijke rol vervullen. De komst van een regionale ontwikkelingsmaatschappij in Utrecht als counterpart voor InnovationQuarter is dan ook een kans voor Zuid-Holland.

 

Kansen: Zuid-Holland is goed gepositioneerd om innovatiekansen te pakken

De komende jaren zal het belang van innovatie als een drijver van economisch herstel verder toenemen in Nederland en Zuid-Holland. De uitdaging daarbij is om keuzes te maken die voortbouwen op het kennisprofiel van de regio en aansluiten op veranderingen die worden gedreven of versneld door Corona. Wij constateren om drie redenen dat Zuid-Holland een goede uitgangspositie heeft om die economische kansen te pakken:

  • De juiste kennis en een sterk netwerk. Zuid-Holland heeft een krachtige kennispositie en is goed vernetwerkt. Een aanzienlijk deel van de publieke R&D vindt plaats in de regio en met bedrijven en kennisinstellingen met diepgaande kennis van technologieën als quantum en fotonica heeft Zuid-Holland een onderscheidend technologisch karakter.
  • Gedeelde urgentie. Bovendien is er de afgelopen jaren fors geïnvesteerd in de regionale samenwerking, bijvoorbeeld met de Economic Board Zuid-Holland. Triple helix partijen weten elkaar te vinden en, belangrijker nog, zijn bereid tot samenwerking. De coronacrisis onderstreept het belang van die regionale samenwerking en heeft de gedeelde urgentie om regionaal in te zetten op innovatie verder versterkt.
  • Concrete regionale voorstellen. Met kennis en urgentie als belangrijke randvoorwaarden is er de afgelopen tijd hard gewerkt aan het ontwikkelen van concrete voorstellen. Regionale partners hebben proposities voor het Nationale Groeifonds ontwikkeld en hun krachten gebundeld in een regionale Groeiagenda. Kansen waarmee morgen aan de slag kan worden gegaan zijn er onder andere op het gebied van artificial intelligence, life sciences and health, quantum, waterstof en de maakindustrie. De analyse in dit artikel laat zien dat Zuid-Holland op deze thema’s een sterke positie heeft die verder verzilverd kan worden.

Zuid-Holland heeft alles in huis om zich uit de crisis te innoveren. Dat vereist dat we de ontstane urgentie benutten om regionale samenwerking te verstreken en samen in te zetten op concrete regionale voorstellen.