Om een beeld te geven bij de economische impact van de COVID-19-uitbraak hebben de Economic Board Zuid-Holland, InnovationQuarter, de Provincie Zuid-Holland en de Metropoolregio Rotterdam Den Haag de Coronamonitor Zuid-Holland ontwikkeld. Doel van de monitor is inzicht te geven in de economische impact op de economie van Zuid-Holland. Dat inzicht is belangrijk, want de Zuid-Hollandse economie vormt een belangrijk deel van de Nederlandse economie. Negatieve effecten op de economie van Zuid-Holland zijn dus op nationaal niveau voelbaar. 

Grootste daling consumentenvertrouwen ooit 

De meest opzienbarende statistiek van de afgelopen twee weken is ongetwijfeld de daling van het consumentenvertrouwen. Het consumentenvertrouwen is van -2 in maart naar -22 gedaald in april, de grootste daling ooit. Ook over de economische situatie de komende 12 maanden is de Nederlandse consument nog nooit zo somber geweest. Het sombere consumentensentiment is wereldwijd merkbaar en komt tot uiting in een afnemende consumentenvraag. In de Europese Unie is de autoverkoop in maart 2020 met 55% teruggelopen. Italië is de uitschieter, zijn 85% minder auto’s verkocht. In Nederland is de terugloop met 23% relatief beperkt, al kan hier ook sprake zijn van enige vertraging.   

We werken meer thuis en willen dat blijven doen 

Het kan geen verrassing zijn dat wereldwijd meer wordt thuisgewerkt. Dit vertaalt zich onder andere in een toename van het gebruik van Zoom, Netflix en Amazon. Ook het aantal mensen dat googelt op zoektermen gerelateerd aan bakken en het aantal Instagramposts met de #homebaked is sterk toegenomen. In Nederland is thuiswerken met 44% toegenomen. In de automatisering en ICT geeft zelfs 90% aan meer thuis te werken. Het is de vraag of we ook blijven thuiswerken na de coronacrisis. Uit een onderzoek van het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid blijkt dat ruim een kwart van de Nederlanders dat van plan is. 

Een deel van de detailhandel profiteert, een deel wordt hard geraakt 

Omzetcijfers van het Centraal Planbureau laten zien dat de effecten op de detailhandel erg verschillen per bedrijfstak. Schoenen- en kledingwinkels worden in het bijzonder hard geraakt. De vraaguitval die volgt uit de genomen overheidsmaatregelen hebben geleid tot een omzetverlies van 40% in maart 2020. Diverse andere bedrijfstakken, waaronder supermarkten, doe-het-zelf-zaken en verkopers van consumentenelektronica, profiteren juist van de crisis. De omzet van Nederlandse webshops is in maart zelfs met 29% gestegen.  

Gaan we nog op vakantie? 

De afgelopen weken zagen Nederlandse horecaondernemers hun omzet teruglopen. In Den Haag is bijna de helft van de grote hotels inmiddels gesloten. De lage bezettingen van accomodaties leidt er bovendien toe dat gemeenten miljoenen mislopen aan toeristenbelasting. Gemiste belastinginkomsten tellen op dit moment op tot €49 miljoen. Hoewel vakantieplannen onzeker zijn, is 86% van de Nederlanders nog steeds van plan op vakantie te gaan zodra dat weer kan. Een vakantie in eigen land ligt op de korte termijn meer voor de hand. Dat realiseert de consument zich ook: Belvilla zag het aantal boekingen de afgelopen periode met 40% toenemen. 

Nieuwe edities Coronamonitor Zuid-Holland 

Wij zullen de Coronamonitor Zuid-Holland de komende tijd regelmatig updaten. Op die manier hopen we bij te dragen aan een gefundeerde discussie over de gevolgen voor de economie van Zuid-Holland. Mocht u vragen, opmerkingen of suggesties hebben over de monitor, dan kunt u contact opnemen met Jan Jacob Vogelaar (janjacob.vogelaar@innovationquarter.nl). 

Commissaris van de Koning in Zuid-Holland, Jaap Smit, wordt tijdelijk voorzitter van de Economic Board Zuid-Holland (EBZ). In deze rol volgt hij Jan Kees de Jager op, die eerder dit jaar als voorzitter vertrok om in het buitenland te gaan ondernemen. Om de stem van het bedrijfsleven goed te laten klinken heeft de EBZ in de regel een voorzitter uit het bedrijfsleven. “In de huidige gezondheids- en economische crisis is het alle hens aan dek bij Zuid-Hollandse bedrijven en daardoor geen gepast moment om het voorzitterschap op te pakken,” geeft secretaris Linco Nieuwenhuyzen aan. De EBZ is het platform waar ondernemers en bestuurders uit bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheden op bestuurlijk niveau overleggen. “Het is positief voor de regionale samenwerking dat Jaap Smit, als ervaren bestuurder met veel gezag binnen en buiten de regio, deze rol nu op zich neemt,” zegt Nieuwenhuyzen. Na de gezondheidscrisis en economische naweeën, zoekt het dagelijks bestuur verder naar een nieuwe voorzitter uit het bedrijfsleven.

Martin van Gogh vicevoorzitter, Bart van Zijll Langhout treedt toe tot bestuur

Om het primaat van het bedrijfsleven te borgen benoemt de EBZ Martin van Gogh, divisiedirecteur bij Batenburg Industriele Automatisering als vicevoorzitter. Van Gogh was al lid van het dagelijks bestuur van de EBZ. Boardlid Bart van Zijll Langhout, Lead Campus Janssen Nederland, treedt toe tot het dagelijks bestuur. Deze wijzigingen zorgen er voor dat de EBZ op volle sterkte blijft en de regio kan helpen om goed door de crisis te komen. “Juist in tijden als deze is belangrijk om op bestuurlijk niveau nauw te blijven samenwerken en de Zuid-Hollandse economie te vernieuwen en versterken,” zegt Jaap Smit. “Zuid-Holland is goed voor een bijna kwart van de nationale economie, maar is door haar economische structuur en karakter kwetsbaar voor economische crises. Dit is het moment om de regio door de storm te helpen en op koers te houden. De EBZ heeft daarbij een sleutelrol.”

Om een beeld te geven bij de economische impact van de COVID-19-uitbraak hebben de Economic Board Zuid-Holland, InnovationQuarter, de Provincie Zuid-Holland en de Metropoolregio Rotterdam Den Haag de Coronamonitor Zuid-Holland ontwikkeld. Doel van de monitor is inzicht te geven in de economische impact op de economie van Zuid-Holland. Dat inzicht is belangrijk, want de Zuid-Hollandse economie vormt een belangrijk deel van de Nederlandse economie. Negatieve effecten op de economie van Zuid-Holland zijn dus op nationaal niveau voelbaar.

IMF verwacht diepe recessie: Nederlandse economie met 7,5%

Het blijft lastig te voorspellen wat de economische effecten van de corona uitbraak zijn, maar inmiddels is duidelijk dat een recessie (minimaal twee kartalen negatieve economische groei) onvermijdelijk is. Naast eerdere berekeningen van onder andere het Centraal Planbureau, ING, ABN Amro en Rabobank, is het IMF deze week met een uitgebreid scenario gekomen. Het IMF verwacht dat de Nederlandse economie in 2020 met 7,5% krimpt. Dat is fors, ook in vergelijking tot andere economieën. Het IMF verwacht dat de wereldeconomie 3% krimpt. Voor rijke landen is de schatting een krimp van 6%. Hoe lang de recessie voortduurt blijft koffiedik kijken.

De wereldhandel krijgt een knauw: open economieën harder geraakt

De Wereldhandelsorganisatie (WTO) verwacht dat de wereldhandel 13% (optimistisch scenario) tot 32% (pessimistisch scenario) afneemt. Export vanuit Azië en Noord-Amerika wordt het hardst geraakt en dienstenexport wordt harder geraakt dan productie-export, als gevolg van reisrestricties. Landen met een open economie, zoals Nederland, Luxemburg en Singapore, worden relatief harder geraakt. Daarbij ondervinden landen die veel handeldrijven met hard getroffen landen, zoals China en Italië, het meeste problemen.

Eerste effecten crisis: aantal WW-aanvragen loopt op

Uit recente data blijken de voortekenen van een crisis. Het aantal nieuwe bedrijven is landelijk met 40% gedaald. Tegelijkertijd is het aantal faillissementen iets opgenomen ten opzichte van de vorige maand. De komende periode zal dit aantal verder oplopen. In Zuid-Holland valt op dat het aantal WW-aanvragen in maart 2020 met 65% is toegenomen vergeleken met februari 2020. Dat is een serieuze stijging. Heel aanvragen komen binnen vanuit de horeca en de culturele sector, sectoren die momenteel erg hard worden geraakt.

We maken ons op voor een “anderhalvemetereconomie”

Gezondheid en economie zijn sterk verweven. Om de diepte en lengte van de aankomende recessie enigszins te beperken is het belangrijk de economie langzaamaan weer in de buurt van het oude niveau te brengen. Dat vereist dat we serieus gaan nadenken over het vormgeven van een anderhalvemetereconomie. Dat vergt creativiteit en doorzettingsvermogen. In welke mate dat kan verschilt sterk per sector. Rabobank berekende dat in ieder geval 90% van de economische activiteit in Nederland ook op 1,5 meter afstand kan plaatsvinden.

Nieuwe edities Coronamonitor Zuid-Holland

Wij zullen de Coronamonitor Zuid-Holland de komende tijd regelmatig updaten. Op die manier hopen we bij te dragen aan een gefundeerde discussie over de gevolgen voor de economie van Zuid-Holland. Mocht u vragen, opmerkingen of suggesties hebben over de monitor, dan kunt u contact opnemen met Jan Jacob Vogelaar (janjacob.vogelaar@innovationquarter.nl).

[av_iq_teammember name=’22728 – Jan Jacob Vogelaar’ description=’

Meer weten?

Neem gerust contact op met Jan Jacob!’ font_color=” custom_title=” custom_content=” custom_class=” av_uid=’av-n98at5′][/av_iq_teammember]

Studenten doen onderzoek voor Human Capital

Het afgelopen halfjaar hebben twee groepen studenten van de opleiding Human Resource Management van de Hogeschool Rotterdam gewerkt aan een opdracht voor de Human Capital agenda. De ene groep is aan de slag gegaan met Leven Lang Ontwikkelen in de maritieme dienstverlening en de andere groep heeft gekeken naar het beter benutten van deeltijdwerkers.

Een leercultuur stimuleren in de maritieme sector

De eerste groep ging aan de slag met de vraag: Wat hebben MKB-bedrijven binnen de maritieme dienstverlening zonder HR-afdeling nodig om een leercultuur te stimuleren binnen de organisatie en zo de duurzame inzetbaarheid van hun werknemers te verhogen?

In het onderzoek is gekozen om een literatuurstudie te doen, enquêtes uit te zetten en professionals op het gebied van leercultuur te interviewen en vanuit daar een advies te schrijven.

Wat MKB-ers binnen de maritieme dienstverlening volgens de studenten nodig hebben is een verhoogd urgentiebesef over het onderwerp leven lang leren. De leercultuur kan gestimuleerd kunnen worden met de volgende bouwstenen:

  • Leren in de organisatiecultuur opnemen;
  • Beter communiceren en de mogelijkheden op gebied van ontwikkelen duidelijk maken;
  • Urgentiebesef van medewerkers creëren of verbeteren;
  • Motivatie van de medewerkers verhogen;
  • Binden en boeien van medewerkers.

Breder kijken voor meer werk voor deeltijdwerkers

De twee groep richtte zich op de vraag: Welke factoren spelen in Zuid-Holland bij werknemers, werkgevers en overheid een rol bij het feit dat circa 100.000 werknemers onder de 12-uursgrens die meer willen werken onbenut blijven?

Naast de literatuurstudie zijn er interviews afgenomen met werkgevers en werknemers en enquêtes uitgezet voor werknemers die minder dan 12 uur per week werken en eventueel meer willen werken.

Op basis van de onderzoeksresultaten zijn er drie aanbevelingen naar voren gekomen die volgens de studenten voor een oplossing zouden kunnen zorgen:

  • Een website voor werknemers en werkgevers met informatie over het meer aantal uren werken;
  • Een mentaliteitsverandering bij werkgevers en werknemers door te kijken naar competenties en coaching, cursussen en eventueel opleidingen aan te bieden;
  • Richt je ook op sectoren als horeca, zorg en handel. Daar zitten meer deeltijdwerkers dan in de huidige speerpuntsectoren van de Economic Board Zuid-Holland.

Projectleider Human Capital Ferrie Forster:

“We zijn ontzettend blij met de onderzoeken van de studenten. En met hun aanbevelingen kunnen we aan de slag. Zo nemen de we de tips mee voor het stimuleren van een leercultuur en gaan we de komende tijd onderzoeken hoe we kunnen zorgen dat deeltijdwerkers meer gaan werken. Daarvoor nemen we de aanbevelingen mee om breder te kijken. Rinske, Amanda, Hanneke, Elianne, Marcella, Eef, Claire, Tess en Maud: heel erg bedankt voor jullie bijdrage!”

CBS onderzoek

In 2018 was 13,2 procent van de Nederlandse beroepsbevolking, 1.158.000 mensen, werkzaam in een veiligheidsberoep. Een groei van 80.000 banen in vergelijking met 2016. In vergelijking met andere beroepen hebben mensen met veiligheidsgerelateerde banen vaker een voltijd en vast contract, zijn vaak van middelbare leeftijd en hoger opgeleid. De meeste mensen met een veiligheidsfunctie bevinden zich in de provincie Zuid-Holland: 252.000 banen. Dit zijn de resultaten van het bijgewerkte onderzoek ‘Onderwijs en arbeidsmarkt in het veiligheidsdomein’, gepubliceerd door het CBS op verzoek van The Hague Security Delta, de Economic Board Zuid-Holland en de provincie Zuid-Holland.

Groei van secundaire veiligheidsbanen

Het aantal werknemers met primaire veiligheidstaken, zoals brandweer, politieagenten en militair personeel, bleef tussen 2014-2018 redelijk constant. Het primaire en secundaire veiligheidspersoneel (waaronder advocaten, rechters, cyber security specialisten, fraudeonderzoekers en maatschappelijk werkers die zich bezighouden met huiselijk geweld, mensen met een verstandelijke beperking en radicalisering) is sinds 2014 elk jaar toegenomen. Groei kan dus worden toegeschreven aan niet-traditionele beroepen waar veiligheid slechts een deel van het werk is.

Onderzoek CBS

Regionale verschillen

De provincie Utrecht heeft het hoogste aandeel van de beroepsbevolking in veiligheidspersoneel (15 procent) en Zeeland het laagste aandeel (10 procent). De meeste personen werkzaam in zowel primaire als secundaire veiligheidstaken werd gevonden in Zuid-Holland (252.000 banen). De uurlonen variëren sterk per arbeidsmarktregio’s en provincies. De grootste verschillen zijn er tussen regio Groot Amsterdam, waar afgestudeerden van het middelbaar beroepsonderwijs direct na het behalen van een veiligheidsprogramma 129 procent van het landelijke gemiddelde verdienden, en 71 procent in Gorinchem. Over het algemeen lijken de lonen hoger te zijn in Noord-Holland en Zuid-Holland, maar dat is afhankelijk van het opleidingsniveau.

Sectoren en soort werk

In 2018 is ongeveer 43 procent van de veiligheidsgerelateerde professionals actief in twee grote sectoren: gezondheid en maatschappelijk werk (22 procent) en openbaar bestuur en diensten (21 procent). Het aantal werknemers in een veiligheidsgerelateerd beroep is relatief het grootst in de sector informatie en communicatie (49 procent in 2018, wat een grote impact heeft op alle sectoren en cybersecurity omvat) en openbaar bestuur en diensten (48 procent in 2018, waaronder politiediensten en militair personeel vallen).

Van alle veiligheidsberoepen is tussen 2013 en 2018 de meeste groei te vinden in de sector engineering (bijna 40 procent in 2018), in tegenstelling tot sociaal werk, veiligheid, organisatie & overheid en de juridische sector (respectievelijk 27, 14, 13 en 6 procent).

Onderwijs

De groei in de engineering sector is ook terug te zien in het onderwijs. In de loop van de tijd is het aantal deelnemers aan veiligheidsgerelateerde programma’s in engineering toegenomen van bijna 40 duizend deelnemers in het schooljaar 2013-2014 tot iets meer dan 54 duizend deelnemers in het schooljaar 2018-2019.

In het schooljaar 2018-2019 waren in totaal 133.000 studenten ingeschreven voor een veiligheidsgerelateerd programma (11 procent). Het hoger beroeps- en universitair niveau steeg van 75 duizend studenten in schooljaar 2013-2014 tot 105 duizend in schooljaar 2018-2019. Op het middelbaar beroepsonderwijs daalde het aantal studenten in dezelfde periode van 37 tot 29 duizend.

In 2018 had 58 procent van alle werknemers in een veiligheidsgerelateerd beroep een veiligheidsopleiding. Het aandeel is het hoogst in Overijssel (63 procent) en het laagst in Flevoland (53 procent). Flevoland kan samen met Utrecht moeilijk personeel vinden met een relevante opleiding vanwege het bovengemiddelde aandeel veiligheidsbanen.

Over het algemeen genomen zien we een trend dat veiligheidsmedewerkers hoger opgeleid zijn en dat de opleiding van veiligheidsmedewerkers vaker verband houdt met veiligheid.

Carrière maken in veiligheid

De CBS-studie is uitgevoerd in opdracht van The Hague Security Delta als onderdeel van de Human Capital Agenda Security 2019-2022 en ondersteund door de Economic Board Zuid-Holland en de provincie Zuid-Holland. De uitkomsten kunnen inzicht geven aan onderwijsinstellingen die cursussen ontwikkelen, werkgevers in het veiligheidsdomein en toekomstig talent dat zich oriënteert op educatieve programma’s en kansen op de arbeidsmarkt.

The Hague Security Delta onderzoekt in nauwe samenwerking met de Economic Board Zuid-Holland en de provincie Zuid-Holland mogelijkheden om meer mensen te interesseren voor de cybersecurity sector. Het carrièreperspectief en de ontwikkelmogelijkheden komen nog onvoldoende onder de aandacht van potentieel geïnteresseerden. Een van de middelen om een ​​carrière in veiligheid te stimuleren en inzicht te geven in de beschikbare banen, studies en cursussen, is het platform www.securitytalent.nl, onderhouden door The Hague Security Delta.

Mark Ruijsendaal (Innovation Liaison, The Hague Security Delta) over het platform:

“Wat ons dagelijks opvalt, is dat sommige functies moeilijk te vervullen zijn binnen het veiligheidsdomein. In 2019 stonden specifiek applicatie-ontwikkelaars, cyberbeveiligingsspecialisten, cyberconsulenten en leiderschapsrollen bovenaan de lijst ”.

Stimuleren bewustwording cybersecurity

Een grotere afhankelijkheid van IT maakt ons kwetsbaarder bij verstoring van onze digitale veiligheid. Deze digitale veiligheid, of cybersecurity, raakt verschillende aan elkaar gerelateerde aspecten als hardware, software, processen, protocollen, kennis, vaardigheden en gedrag. Bij niet-specialisten is het bewustzijn hiervan groeiende maar nog niet volledig en leidt nog niet tot kennisopbouw of handeling. Door IT-ers in meerdere sectoren te ondersteunen in hun ontwikkeling van cybersecurity kennis en vaardigheden groeien de sectoren van onbewust-onbekwaam, via bewust-onbekwaam naar bewust-bekwaam. In de sectoren smart industry, haven/maritiem, life sciences & health en tuinbouw wordt gekeken of bijscholing van medewerkers op digitale veiligheid kan worden gestimuleerd. Dit initiatief valt binnen de grotere samenwerking van partners binnen het project WE IT.

Het CBS-studie en de statistieken (Nederlands of Engels) kunnen worden gedownload van de CSB-site.

Zuid-HollandInzicht

Hoe staat het ervoor met de arbeidsmarkt in Zuid-Holland? Een discussie over cijfers is niet langer nodig, want er is nu één dashboard voor Zuid-Holland: Zuid-HollandInZicht. Met de actuele informatie van het dashboard kan beter worden ingespeeld op ontwikkelingen op de arbeidsmarkt. Bijvoorbeeld door het actuele overzicht van het aantal vacatures, werkzoekenden en studenten te bekijken. Cijfers die ook in deze tijd van het coronavirus relevant kunnen zijn.

Relevante informatie voor verschillende doelgroepen

Het dashboard wordt constant up-to-date gehouden en is gebruikersvriendelijk voor verschillende doelgroepen. Zo wordt er onderscheid gemaakt tussen het bedrijfsleven, het onderwijs, de overheid en werknemers.

Zij kunnen met de tool relevante inzichten, tabellen en visualisaties exporteren voor een rapport of presentatie. Ook kunnen vergelijkingen tussen regio’s en gemeenten worden gemaakt en geeft het werkzoekenden inzicht in welke beroepsgroepen er actuele vacatures zijn.

Zuid-Hollandinzicht.nl

Inspelen op de vraag

Met deze cijfers kan beter worden ingespeeld op ontwikkelingen op de arbeidsmarkt. Wanneer bijvoorbeeld blijkt dat er veel vacatures voor de functie van data scientist zijn, kunnen bedrijven, onderwijsinstellingen en overheden de handen ineenslaan om actie te ondernemen om meer data scientists op te leiden.

Projectleider Human Capital Ferrie Förster:

“Ook worden er periodiek artikelen en verkenningen uitgevoerd, waarbij een specifiek thema een verdiepingsslag krijgt. We beginnen met een verkenning naar de tuinbouw, een belangrijke sector voor Zuid-Holland. Wat zijn daar de laatste ontwikkelingen op het gebied van banen, vacatures, werknemers en studenten?”

Zuid-HollandInZicht is ontwikkeld door Etil research group en voortgekomen uit de Human Capital agenda Zuid-Holland en tot stand gekomen dankzij de provincie Zuid-Holland en de Economic Board Zuid-Holland. Binnen de provincie wordt samengewerkt met www.rijnmondinzicht.nl en www.haaglandeninzicht.nl.

Voor vragen over inhoud of gebruik van Zuid-HollandInzicht kunt u contact opnemen met Etil research group, via arbeidsmarktinzicht@etil.nl.

Gebruikers kunnen zich inschrijven voor de nieuwsbrief. Ook kunt u updates volgen via LinkedIn en Twitter. Tot slot is het mogelijk om een digitale workshop te volgen om meer te leren over het gebruik van Zuid-HollandInZicht. Bij interesse kunt u contact opnemen met Ferrie Förster, Projectleider Human Capital Zuid-Holland via ferrie.forster@economicboardzuidholland.nl.

Impact op de Zuid-Hollandse economie nationaal voelbaar

Om een beeld te geven bij de economische impact van de COVID-19-uitbraak hebben de Economic Board Zuid-Holland, InnovationQuarter, de Provincie Zuid-Holland en de Metropoolregio Rotterdam Den Haag de Coronamonitor Zuid-Holland ontwikkeld. Doel van de monitor is inzicht te geven in de economische impact op de economie van Zuid-Holland. Dat inzicht is belangrijk, want de Zuid-Hollandse economie vormt een belangrijk deel van de Nederlandse economie. Negatieve effecten op de economie van Zuid-Holland zijn dus op nationaal niveau voelbaar.

Een recessie is onvermijdelijk: 1,2% tot 7,7%

Wat de precieze gevolgen van het virus zijn is op dit moment nog lastig te zeggen, maar dat de gecombineerde vraag- en aanbodschok zal leiden tot een recessie (minimaal twee kwartalen negatieve economische groei) lijkt onvermijdelijk. De lengte en diepte van een recessie laten zich lastig voorspellen. Vorige week donderdag publiceerde het Centraal Planbureau vier mogelijke economische scenario’s.  Afhankelijk van het scenario krimpt de economie 1,2% tot 7,7%. In het lichtste scenario herstelt de economie al in het derde kwartaal van 2020. In het zwaarste scenario blijft herstel ook in 2021 nog uit.

Oplopende staatsschuld blijft te dragen

Om de negatieve economische gevolgen van de corona-uitbraak te mitigeren, heeft de Rijksoverheid een omvangrijk noodpakket opgetuigd. ING schat dat de kosten van de crisismaatregelen de komende drie maanden kunnen oplopen tot € 61 miljard. De Nederlandse staatsschuld als percentage van het bruto binnenlands product is met ca. 45% echter relatief laag ten opzichte van het EU-gemiddelde. Daardoor is er ruimte deze uitgaven te doen en is het waarschijnlijk dat we onder de EBU-norm van 60% blijven. Zowel De Nederlandsche Bank als het Centraal Planbureau concluderen dat de staatschuld te dragen blijft.

Startups en scale-ups dringend behoefte aan overbruggingsfinanciering

Inmiddels is er meer bekend over situatie van startups en scale-ups. Uit een enquête van Techleap onder 445 startups blijkt dat de bedrijven zich met name zorgen maken om drie dingen: liquiditeit, het behouden van klanten en het aantrekken van nieuwe klanten. Maar liefst 86% van de ondervraagde startups verwacht de komende 6 maanden in financiële problemen te komen. Het is dan ook niet gek dat startups aangeven dat het vinden van overbruggingsfinanciering hun voornaamste behoefte is. Gemiddeld genomen hebben de bedrijven € 100.000 tot € 400.000 aan financiering nodig, maar er zijn ook startups die behoefte hebben aan aanzienlijk hogere bedragen.

Kansen voor digitale zorgtoepassingen

Voor sommige bedrijven ontstaan er kansen. Een deel van de bedrijven dat werkt aan digitale zorgtoepassingen, ziet een toename in de vraag ontstaan en kan daardoor sneller schalen dan voor de crisis. Wij verwachten dat deze kansen de komende periode verder zullen toenemen. Voorbeelden hiervan zijn data-oplossingen voor het voorspellen van patiëntenstromen, algoritmes om eerste triages te doen, of toepassingen die virtueel contact met patiënten mogelijk maken.

Nieuwe edities Coronamonitor Zuid-Holland

Wij zullen de Coronamonitor Zuid-Holland de komende tijd regelmatig updaten. Op die manier hopen we bij te dragen aan een gefundeerde discussie over de gevolgen voor de economie van Zuid-Holland. Mocht u vragen, opmerkingen of suggesties hebben over de monitor, dan kunt u contact opnemen met Jan Jacob Vogelaar (janjacob.vogelaar@innovationquarter.nl).

 

Impact op de Zuid-Hollandse economie nationaal voelbaar

Wat de precieze gevolgen van het virus zijn is op dit moment nog lastig te zeggen. Om een beeld te geven bij de economische impact van de COVID-19-uitbraak hebben de Economic Board Zuid-Holland, InnovationQuarter en de Provincie Zuid-Holland de Coronamonitor Zuid-Holland ontwikkeld. Doel van de monitor is inzicht te geven in de economische impact op de economie van Zuid-Holland. Dat inzicht is belangrijk, want de Zuid-Hollandse economie vormt een belangrijk deel van de Nederlandse economie. Negatieve effecten op de economie van Zuid-Holland zijn dus op nationaal niveau voelbaar.

Verwachting: productielocatie niet langer louter kostenoverweging

De Zuid-Hollandse economie wordt gekenmerkt door een veelheid van sectoren, uiteenlopend van een groot Haven- Industrieel Complex tot het Westlandse tuinbouwcluster. Onze verwachting is dat alle sectoren de nadelige gevolgen van de corona-uitbraak gaan voelen. De economie van Zuid-Holland is sterk verweven met de wereldeconomie. Veel internationaal opererende bedrijven merken op dit moment dan ook dat toeleverketens haperen. Op de lange termijn is het niet onwaarschijnlijk dat internationale waardeketens definitief worden verlegd en dat bepaalde strategische goederen dichter bij huis zullen worden geproduceerd. Waar de productie plaatsvindt is daarmee niet langer louter een kostenoverweging.

Afnemende consumentenvraag problematisch voor seizoensgebonden producten

Ook het brede mkb (bv. de detailhandel) zal de gevolgen merken van verstoorde toeleverketens en restricties op (vracht)vervoer. Veel producten zullen lastiger leverbaar zijn dan anders. Een andere uitdaging voor het brede mkb is dat de consumentenvraag, in ieder geval op korte termijn, drastisch afneemt. Dat is in het bijzonder problematisch voor de verkoop van seizoensgebonden producten, omdat uitstel van een aankoop daar ook eerder tot afstel zal leiden.

Startups en scale-ups in zwaar weer

Tot slot dreigen startups en scale-ups in zwaar weer te raken. In tegenstelling tot het brede mkb, zijn startups en scaleups vaak niet bancair gefinancierd. Daarmee hebben ze niet direct baat bij door de Rijksoverheid aangekondigde maatregelen zoals de verruiming van de BMKB-regeling. Voor veel startups geldt bovendien dat ze nog niet winstgevend zijn en daarom ook de voordelen van belastingkortingen mislopen.

Nieuwe edities Coronamonitor Zuid-Holland

Op dit moment staan onze investment managers in nauw contact met onze portfoliobedrijven. Wij zullen de komende tijd regelmatig nieuwe edities van de Coronamonitor Zuid-Holland publiceren. Op die manier hopen we bij te dragen aan een gefundeerde discussie over de gevolgen voor de economie van Zuid-Holland.

Foto ondertekening Deelakkoord Human Capital WE IT

Er is een groot tekort aan IT’ers, ook in Zuid-Holland. Om meer IT’ers op te leiden en de bekendheid met IT bij andere werkenden te vergroten is WE IT opgericht. WE IT is een consortium van overheden, (particuliere en private) opleiders en het bedrijfsleven. De officiële ondertekening van WE IT was op 10 maart op De Haagse Hogeschool.

In Zuid-Holland is een mismatch op de arbeidsmarkt. Om ervoor te zorgen dat alle vacatures in de provincie worden opgevuld door goed gekwalificeerde arbeidskrachten werd juni 2019 het Human Capital Akkoord van de Economic Board Zuid-Holland ondertekend. Dat akkoord, dat werd ondertekend door 66 partijen en sectoren, omschrijft interventies voor de periode tot 2024.

Een van de belangrijkste thema’s binnen het Human Capital Akkoord is digitalisering. Zowel binnen de IT-sector als in andere sectoren is er een groot tekort aan IT’ers. Vorig jaar steeg het aantal IT-vacatures met 27%. Iedere IT-professional kan momenteel kiezen uit vijf openstaande vacatures. Bovendien krijgen ook werkenden in andere functies steeds meer te maken met digitalisering.

Human Capital Akkoord WE IT

Consortium van overheden, opleiders en bedrijfsleven

Daarom is de afgelopen maanden gewerkt aan een deelakkoord binnen het Human Capital Akkoord. Dat heeft geleid tot een consortium van ruim vijftien lokale overheden, (particuliere en private) opleiders en het bedrijfsleven: WE IT. Dit consortium wil ervoor zorgen dat het aantal IT’ers groeit én dat werkenden in andere functies vertrouwd raken met IT. Opleiden, bijscholen en omscholen zijn daarbij essentieel. Daarvoor ondersteunt WE IT een aantal bestaande initiatieven in de provincie.

Er zijn negen deelprojecten die door WE IT worden versterkt of opgeschaald:

  • ICT Praktijk Academie;
  • Make IT Work;
  • Techgrounds;
  • The Young Digitals;
  • TekkieWorden;
  • Next Maritime Professional, Digitalisering MKB;
  • Young Capital Next; en
  • een project voor het stimuleren van de bewustwording rondom cybersecurity.

Voor de ondersteuning van deze projecten vraagt WE IT binnenkort subsidie aan bij Provincie Zuid-Holland. De pilotfase loopt tot en met 2021, daarna wordt WE IT mogelijk verlengd tot en met december 2023.

Ondertekenaars van WE IT zijn De Haagse Hogeschool, ROC Mondriaan, mboRijnland, Computrain/NCOI, ManpowerGroup, IT Campus Rotterdam, ICT Praktijkacademie, Gemeente Den Haag, Gemeente Rotterdam, Hogeschool van Amsterdam, Gemeente Zoetermeer, TechGrounds, The Young Digitals, TekkieWorden, Young Capital Next, The Hague Security Delta en Economic Board Zuid-Holland.


Marja van Bijsterveldt ondertekent het deelakkoord. 

 

‘3.000 extra IT’ers opleiden’

Marja van Bijsterveldt, voorzitter van de Taskforce Human Capital Akkoord, is blij met de ondertekening van WE IT:

“Uit analyses blijkt dat er sectorbreed een groot tekort is aan goed geschoolde IT’ers. Vanuit het Human Capital Akkoord Zuid-Holland zijn we dan ook hard aan de slag gegaan om hier werk van te maken. Ik ben erg tevreden dat we nu een deelakkoord hebben afgesloten waarin we de ambitie hebben om de komende jaren minimaal 3.000 extra IT’ers op te leiden voor alle relevante sectoren in Zuid-Holland.”

Namens De Haagse Hogeschool – penvoerder van WE IT – werd het deelakkoord ondertekend door Leonard Geluk:

“Als publieke en private aanbieders van IT-onderwijs zijn we een consortium gestart om de handen ineen te slaan en samen te werken. Op deze manier hebben we een evenwichtig pakket aan initiatieven weten te bundelen: van het interesseren van een brede doelgroep voor IT, tot het opleiden van jongeren tot het omscholen van werkenden.”

Een van de bedrijven die deelneemt aan het consortium is Nationale Nederlanden. Ellen Vaneker, Manager People & Change Nationale-Nederlanden NL C&C:

“Wij helpen collega’s binnen Nationale Nederlanden zo breed mogelijk inzetbaar te zijn en te blijven. In de wereld om ons heen zien we het belang van technologie steeds groter worden, daarom helpen wij collega’s onder andere  om zich om te scholen tot IT’er zodat ze erna direct op een interne vacature kunnen solliciteren. Wij zijn erg blij met dit programma en denken dat dit ook voor andere bedrijven van toegevoegde waarde kan zijn.”

Haagse Digitale Human Capital Agenda

Naast het deelakkoord WE IT heeft de gemeente Den Haag het initiatief genomen voor een Haagse Digitale Human Capital Agenda. Digitalisering is een belangrijke transitie die invloed heeft op onze samenleving en het werk dat we vandaag de dag kennen. Om hier goed op in te spelen, hebben Haagse partners afspraken gemaakt om op lokaal niveau digitaal talent beter op te leiden. Dit sluit goed aan op het provinciale deelakkoord WE IT.

De potentie en kracht van Zuid-Holland worden niet volledig benut. Sterker, de afgelopen tien jaar was er sprake van achterblijvende economische groei. Tekorten aan talent, gebrek aan financiering, schaarse ruimte, onder druk staande bereikbaarheid en gebrekkige samenwerking zijn hiervan oorzaken. Het aanpakken van deze punten is cruciaal voor ons toekomstig verdienvermogen. In 2019 heeft de regio samen belangrijke stappen gezet om de economische groeibrekers weg te nemen. Drie concrete acties lichten we hier uit. Het door 66 partijen ondertekende Human Capital Akkoord om de Zuid-Hollandse arbeidsmarkt concurrerend te maken. De gezamenlijke visie op innovatiebeleid die we aan de staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat overhandigden. Tot slot de tweede editie van Hét Diner waar de Zuid-Hollandse topondernemers en bestuurders elkaar ontmoetten en spraken over de grote transities.

Human Capital Akkoord

Op 24 juni werd het Human Capital Akkoord Zuid Holland ondertekend door 66 partijen. De agenda loopt in ieder geval tot 2024 en de regio heeft zich voor die periode een aantal concrete doelen gesteld. Zo gaat de regio 85.000 werknemers en flexwerkers in staat stellen zich te ontwikkelen, 55.000 werknemers de overstap laten maken naar een andere sector en 20.000 deeltijdwerkers die meer willen werken, aan werk helpen. Daarvoor start, ondersteunt en verbindt het Human Capital Akkoord initiatieven op het gebied van de arbeidsmarkt. Omdat sommige sectoren een eigen aanpak verdienen, worden deelakkoorden gesloten. Voor de Greenport en de IT-sector (WE IT) is het opstellen hiervan inmiddels gestart. Op het gebied van de maakindustrie wordt er samengewerkt met het programma SMITZH (de Smart Industry hub van Zuid Holland). Daar zijn ook al de eerste cursussen gestart, zoals de cursus ‘Industrial robots for Engineers’ die wordt aangeboden door de RoboAcademy.

Visie Zuid-Holland op innovatie

Op Innovatie hebben we samen met de partners in de regio ‘Van investeren in Zuid Holland plukt Nederland de vruchten’ gepubliceerd, het Zuid-Hollandse perspectief op innovatie. Deze publicatie is overhandigd aan de staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, Mona Keijzer. Dezelfde publicatie is bij het Zuid-Hollandse Industriediner in Brussel gepresenteerd aan de Europese stakeholders: Europarlementariërs, de Nederlandse permanente vertegenwoordiger en vertegenwoordigers van de Europese Commissie en het Comité van de Regio’s. Naar aanleiding van ‘Investeren in Zuid-Holland’ nodigde BNR Jan Kees de Jager en boardlid Paul de Krom uit voor een gesprek over het verdienvermogen van Nederland.

Tweede editie Hét Diner

De EBZ is dé plek waar bestuurlijke boegbeelden vanuit alle relevante private en publieke netwerken uit Zuid Holland elkaar ontmoeten. Dit jaar organiseerden we samen met de Provincie Zuid-Holland, Den Haag, Rotterdam en InnovationQuarter de tweede editie van Hét Diner . Op het podium in het Zuiderstrandtheater in Den Haag troffen de 200 belangrijkste ondernemers en bestuurders uit de regio elkaar.

Jaarverslag

Op dinsdag 3 maart bezocht minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid het innovatieve mkb-bedrijf Weighpack in Den Haag. Op uitnodiging van de Economic Board Zuid-Holland kwam de minister langs om met ondernemers uit de regio te spreken over een leven lang ontwikkelen in het mkb. Hierbij hebben Marja van Bijsterveldt en gedeputeerde Willy de Zoete de minister bijgepraat over ontwikkelingen op de Zuid-Hollandse arbeidsmarkt.

“Werkgevers hebben moeite met het vinden van goed personeel, werknemers hebben moeite met het vinden van een geschikte baan,” zegt Marja van Bijsterveldt, voorzitter van de taskforce Human Capital vanuit de Economic Board Zuid-Holland. “Die mismatch is niet een probleem van de werkgever of van de werknemer, dat is een probleem van ons allemaal. Het is belangrijk dat de Zuid-Hollandse arbeidsmarkt wendbaarder wordt. We willen koploper zijn in het Leven Lang Ontwikkelen.”

Centraal bij het werkbezoek stond de begin maart gelanceerde SLIM-regeling van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Deze regeling stelt € 50 miljoen beschikbaar voor leven lang ontwikkelen, waarvan € 48 miljoen euro is bestemd voor het mkb. De regeling financiert initiatieven die gericht zijn op het stimuleren van leren en ontwikkelen. Dit initiatief is zeer welkom benadrukt gedeputeerde Willy de Zoete: “Leven lang ontwikkelen is een belangrijk thema voor Zuid-Holland. Het is zaak dat obstakels hierbij door alle betrokkenen zoveel mogelijk worden weggenomen.”

“Kennis en vaardigheden bijspijkeren is voor elke organisatie belangrijk,” zegt minister Koolmees. “Zeker voor een bedrijf als Weighpack. Ik heb gezien hoe Weighpack dat in de praktijk aanpakt. Het kabinet wil dat alle bedrijven in Nederland aan de slag gaan met leven lang ontwikkelen. We zien dat kleinere bedrijven daar soms moeite mee hebben. Daarom helpen we hen een handje met de SLIM-regeling. Want leren en ontwikkelen is heel hard nodig om mensen goed inzetbaar te houden op de arbeidsmarkt. En om ervoor te zorgen dat mensen hun werk leuk blijven vinden.”

Leven lang ontwikkelen is één van de kernpijlers van het in juni 2019 afgesloten Zuid-Hollandse Human Capital Akkoord, waarmee de regio de problemen op de arbeidsmarkt wil oplossen en mensen goed inzetbaar wil houden op de arbeidsmarkt. Hierin committeren 66 partijen uit bedrijfsleven, onderwijs en overheid zich aan concrete, harde doelstellingen omtrent het scholen van medewerkers, het aan het werk helpen van niet-werkenden en het aantrekken van internationaal talent. Op deze manier stellen partijen in de regio 40.000 werknemers en 45.000 flexwerkers in staat een vorm van scholing te volgen. Daarbij worden 1.000 werkgevers ondersteund en 55.000 werknemers geholpen de overstap te maken naar een ander werk.

Naast alle regionale inspanningen is het belangrijk dat de rijksoverheid knelpunten op de arbeidsmarkt blijft wegnemen. “De Economic Board Zuid-Holland werkt hierbij samen met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,” zegt Marja van Bijsterveldt. “De kennis, ervaring en het netwerk van het Human Capital Akkoord stellen we daarom graag beschikbaar voor pilots in de regio.”

 

De regio Drechtsteden-Gorinchem heeft van het rijk 22,5 miljoen euro gekregen om onder andere het onderwijs beter aan te laten sluiten op de arbeidsmarkt in het gebied. Maar ook is de Regio Deal-subsidie voor verbetering van oevers, woningbouw en om bedrijven te laten innoveren. Het geldbedrag is samen met de provincie Zuid-Holland eind vorig jaar aangevraagd.

De overheden willen met het geld projecten opzetten om meer opleidingen in het hoger onderwijs aan te bieden en meer studenten te verleiden voor het beroepsonderwijs te kiezen. Concreet wordt er ingezet op de verdere ontwikkeling van het Leerpark in Dordrecht en de Regionale Innovatie- en Beroepencampus in Gorinchem. Tientallen bedrijven in de regio gaan aan de slag met innovatiethema’s bijvoorbeeld op het gebied van energie/duurzaamheid en waterveiligheid. Andere projecten richten zich op het aantrekkelijk maken van de oevers voor werken, wonen en recreëren o.a. met een getijdenpark en door maritiem erfgoed bereikbaar en toegankelijk te maken. Hiervoor worden bedrijven verplaatst, woningbouwprojecten opgestart en wordt gekeken naar alternatieve vervoersmogelijkheden over water zoals de inzet van watertaxi’s.

Via de taskforce Human Capital spant de Economic Board Zuid-Holland zich in om het onderwijs in Drechtsteden-Gorinchem beter aan te laten sluiten op de arbeidsmarkt. Ook InnovationQuarter heeft haar support uitgesproken voor de deal:

“De regiodeal Drechtsteden/Gorinchem heeft onze volledige steun,” zegt directeur Rinke Zonneveld. “Het is een prachtig gebied in Zuid-Holland met veel economische potentie maar ook sociaal-maatschappelijke uitdagingen die support verdienen. Met deze regiodeal worden in dit waterrijke gebied bruggen gebouwd. Tussen sterke sectoren, tussen onderwijsinstellingen, tussen diverse groepen bewoners. Als regionale ontwikkelingsmaatschappij voor Zuid-Holland helpen we graag mee om de pijler Innovatie van deze bruggen steviger neer te zetten.”

Wouter Kolff, voorzitter van de Drechtsteden is zeer tevreden met de deal: “Onze maritieme regio is volwassen geworden en claimt samen met Gorinchem een sterke positie als poort van de randstad. Samen hebben we een krachtige ambitie ontwikkeld om onze sociaal-economische positie te verbeteren. Ik ben trots op de manier waarop we ons vandaag de dag presenteren. Hiermee kunnen we vooruit!” Voorzitter Sjoerd Vollebregt van de Economic Development Board: “Er is door iedereen goed werk verzet. Dit geeft een winnaarsgevoel in de Drechtsteden.”

André Flach, vicevoorzitter regio Drechtsteden, verantwoordelijk voor externe betrekkingen en de indiening van de Regio Deal: “Het is geweldig dat we 22,5 miljoen van het Rijk toegekend hebben gekregen. Dit komt op het juiste moment. Nu kunnen we eindelijk echt werk maken van de verrommelde rivieroevers van de Noord, de Merwede en de Waal. En kunnen we ervoor zorgen dat bedrijven innoveren en meer jongeren via een passende opleiding werk vinden bij onze werkgevers!” Ook Reinie Melissant, burgemeester Gorinchem, is zeer verheugd: “Dit is fantastisch nieuws! We kunnen nu als regio werken aan een duurzame toekomst voor onze inwoners en bedrijven. Neem de beroepencampus in Gorinchem. Daar kunnen studenten uit de hele regio een vak leren. Of de oevers van de Linge. Daar maken we ruimte voor woningen en recreatie. De Arkelsedijk in Gorinchem is zo’n voorbeeld en er zijn er veel meer aan te wijzen in de regio.”

Hoe verder

Overheden, bedrijfsleven en onderwijs hebben de handen ineengeslagen om deze miljoenen naar de regio te halen. De komende maanden gaan de overheden samen met onder meer scholen en bedrijven en het Rijk afspraken maken over hoe de miljoenen precies ingezet gaan worden.

Regio Deal

De Regio Drechtsteden-Gorinchem is een van de 26 regio’s die aanspraak deden op de in totaal 180 miljoen euro die het Rijk beschikbaar stelt in de vorm van Regio Deals.